Sluiten

Welk huisdier past bij kinderen?

Mensen beginnen vaak aan een huisdier als er kinderen zijn. Kinderen vragen er zelf om, of men ziet de voordelen van het opgroeien met een huisdier voor kinderen en wil er daarom een aanschaffen. Een huisdier kan dan ook erg leuk en leerzaam zijn voor een kind.

Maar het succes van een huisdier voor een kind staat of valt met de juiste keuze en een goede begeleiding. In een opwelling een knaagdier of konijn kopen omdat ze er zo schattig uitzien bij de dierenspeciaalzaak, of toegeven om van het gezeur af te zijn ‘als het kind dan maar wel belooft er helemaal zelf voor te zorgen’ zijn recepten voor mislukking en frustratie. Daar is niemand bij gebaat: u niet, uw kind niet, en ook het huisdier niet.

Ook als u een huisdier aanschaft omdat u dat zelf graag wilt en u heeft kinderen, is het belangrijk om te weten waar u op moet letten. Niet elk huisdier combineert goed met kinderen, en in vrijwel alle gevallen zult u het kind moeten leren wat wel en niet kan in de omgang met het dier. Zo zorgt u voor het welzijn en de veiligheid van zowel kind als dier.

In dit document leest u waar u om moet denken als u een dier wilt aanschaffen terwijl u kinderen heeft. Bedenk dat ook het karakter en temperament van uw kinderen meespeelt, en de hoeveelheid tijd die u heeft om de combinatie goed te begeleiden. Ook de leeftijd van het kind is belangrijk. Kleine kinderen, die zich nog niet goed kunnen inleven in een dier en zich nog niet goed door de ouders laten sturen, zijn moeilijker te combineren met dieren dan wat oudere kinderen vanaf een jaar of zes die beter te instrueren zijn. Oudere kinderen vanaf een jaar of tien kunnen wat verantwoordelijkheid aan om deels zelf voor een huisdier te zorgen. Het dragen van die verantwoordelijkheid moeten ze echter eerst leren, en daar zult u hen bij moeten begeleiden. Bedenk dat u als ouder altijd de eindverantwoordelijkheid blijft dragen!

Overweegt u om een huisdier aan te schaffen voor uw kind omdat het graag een ‘eigen’ huisdier wil? Lees dan eerst het Praktisch document ‘Kinderen en een ‘eigen’ huisdier’, zodat u weet waar u rekening mee moet houden.

Honden

Een hond kan een prima toevoeging zijn aan een gezin met kinderen, maar niet elke hond is geschikt. Een veel gehoorde vraag is welke rassen “kindvriendelijk” zijn. Dat is eigenlijk niet te zeggen. Elke hond, van elk ras of kruising, kan bijten. Maar er zijn wel rassen of typen die meer of minder geschikt zijn om te combineren met kinderen. Er zijn echter veel individuele verschillen tussen honden. Bovendien hangt het slagen van een combinatie ook erg af van het karakter en de gehoorzaamheid van het kind, en zult u uw kind moeten leren wat wel en niet mag.

Welke typen honden komen in aanmerking?

Rassen die bekend staan om hun onstuimigheid en energie zijn, zeker als het grote rassen zijn, niet zo’n handige combinatie met kleine kinderen. De kans is groot dat de kinderen omver gelopen worden en dat de honden te wild of ruw met de kinderen omgaan. Ook de sterke rassen die van oorsprong gefokt zijn om te vechten zijn minder verstandig, niet omdat ze eerder zouden bijten maar omdat áls er gebeten wordt, dit grote schade toebrengt.

Rassen die heel klein en teer gebouwd zijn, vormen ook geen goede combinatie met kinderen. Vooral jonge kinderen hebben de neiging om met dieren heen en weer te sjouwen, ze kunnen nog niet goed voorzichtig en zachtjes doen. Daardoor loopt het hondje het gevaar van verwondingen. Kinderen die kruipen of net leren lopen kunnen bovendien op het hondje vallen, met alle risico’s van dien.

Andere typen die niet zo goed combineren met jonge kinderen zijn de gevoelige rassen die snel onder de indruk zijn, of die snel geprikkeld zijn en op alles reageren. Voor gevoelige honden kunnen kinderen (en hun speelgoed) veel te luidruchtig en druk zijn. De hond zal zich hierbij niet prettig voelen. Honden die heel alert zijn en overal op reageren, kunnen lastig te combineren zijn omdat kinderen en honden elkaar continu ‘aan de gang’ houden. De hond komt niet tot rust omdat hij steeds reageert op de kinderen, de kinderen zijn door de activiteit van de hond geneigd zich steeds met de hond te bemoeien, en u loopt er de hele tijd tussenin om alles in goede banen te leiden...

Honden die goed combineren met kinderen zijn stabiele, rustige typen die niet snel onder de indruk zijn maar wel goed te trainen zijn en die zich niet druk maken over hun plek in de rangorde.

Een slechte combinatie is om een pup bij een baby te nemen. Pups vergen heel veel van uw tijd en energie. U moet ze continu in de gaten houden en ze hebben nog heel veel opvoeding nodig. Datzelfde geldt voor een baby of jonge kinderen. Uw kind heeft veel van uw tijd en aandacht nodig, maar als u niet voldoende tijd en energie in de opvoeding van uw pup steekt, geeft dit onherroepelijk problemen waar u nog jaren last van zult hebben. Kortom: als u probeert een pup en een baby of dreumes te combineren, heeft u twee paar handen, ogen in uw achterhoofd en een onuitputtelijke voorraad energie nodig om alles in goede banen te kunnen leiden.

Socialisatie

Het type hond kan iets zeggen over zijn mogelijkheden als gezinshond, maar het allerbelangrijkste is dat de hond die u in huis neemt goed gesocialiseerd is met kinderen. Dat betekent dat hij al vanaf zeer jonge leeftijd in contact is geweest met kinderen en daar goede ervaringen mee heeft opgedaan. De fokker moet daar al in het nest mee begonnen zijn. Krijgt u een volwassen hond in huis, dan is het belangrijk dat deze door zijn vorige eigenaar ook daarna regelmatig in contact gebracht is met kinderen en dat de hond niet bang is of agressief doet tegen kinderen.

Wat moet uw kind leren, en waar moet u zelf op letten?

Honden zijn leuk, maar ze hebben scherpe tanden. Elke hond kan bijten, hoe kindvriendelijk hij ook is. Als uw kind op een verkeerde manier met de hond omgaat en u dit niet in de gaten houdt, dan kan het fout gaan. Om dat te voorkomen is het belangrijk om uw kind te leren wat er wel en juist niet kan in de omgang met honden. Ook zult u zelf goed moeten opletten. In het Praktisch document ‘Kind en hond: houd het veilig’ vindt u de tien gouden regels voor kinderen en nuttige tips voor u zelf.

Katten

Katten en kinderen vormen een goede combinatie, als u tenminste een kat kiest die kinderen leuk vindt en uw kinderen katvriendelijk zijn. Sommige rassen passen van nature meer bij een gezin met kinderen dan andere rassen, dus overweegt u een raskat, informeer hier dan naar. Verreweg het grootste deel van de katten is echter geen raskat. In dat geval zijn socialisatie, individueel karakter en eerdere ervaringen bepalend voor het slagen van de combinatie kind – kat.

Kiest u voor een kitten, ga dan na of het dier al op jonge leeftijd, tussen twee en zeven weken, goede ervaringen heeft opgedaan met kinderen. Dit is belangrijk om op latere leeftijd goed met kinderen te kunnen omgaan. Ook daarna moet het kitten contact met kinderen hebben om er goed aan te wennen.

Kiest u voor een volwassen kat, dan is misschien al bekend of deze met kinderen kan omgaan. Een kat die geen of vervelende ervaringen heeft met kinderen, zal er vaak moeilijk aan kunnen wennen en stress ervaren als hij in een gezin met kinderen wordt geplaatst. Een kat die erg verlegen of schrikachtig is, is geen goede combinatie met kleine kinderen. Maar ook een kat die snel van zich af slaat of helemaal niet van aanhalen houdt, is voor kinderen geen leuk huisdier. Kies dus een kat die uit zichzelf bij de kinderen komt kijken en zich gemakkelijk laat benaderen.

Een kitten nemen als u een baby heeft, is niet handig. Kittens moeten opgevoed worden, hebben veel energie en u zult ze steeds in de gaten moeten houden. Daar heeft u waarschijnlijk niet voldoende tijd voor als u ook de zorg voor een baby of dreumes heeft.

Wat moet uw kind leren?

Veel katten bepalen graag zelf wanneer ze geaaid worden of op schoot komen zitten. Leer uw kind om de kat niet achterna te lopen of steeds op te tillen. Heeft uw kat een eigen rustplekje, leer uw kind dan dat het de kat daar met rust moet laten. Natuurlijk mag het kind de kat niet aan zijn staart trekken, in de vacht knijpen of in de ogen prikken. Leer jonge kinderen dat ze de kat rustig moeten benaderen, niet op mogen jagen en voorzichtig moeten aaien.

Waar moet u zelf op letten?

Bij hele jonge kinderen moet u zorgen dat de kattenbak niet als speelgoed gebruikt wordt. Bovendien moet een kat altijd ongestoord van de bak gebruik kunnen maken. Als de kat zich niet veilig voelt op de kattenbak, bestaat de kans op ongelukjes buiten de bak. Zet de kattenbak dus ergens op een rustige plek waar uw kat er gemakkelijk bij kan maar uw kind niet.

Houd erg kleine kinderen (baby’s en dreumesen) goed in de gaten. Zij zien een kat nog als ‘speelgoed’ dat ze vast willen pakken en kunnen het dier dan onbedoeld pijn doen. De kat kan hierop reageren door te slaan of te bijten. Laat zulke jonge kinderen niet alleen met de kat.

De meeste katten houden niet van erge drukte, zoals rennen, stampen en schreeuwen. Zorg dat de kat de ergste kinderdrukte kan ontvluchten als hij daar behoefte aan heeft. Zorg er ook voor dat de kat voldoende plaatsen heeft waar het kind niet bij kan. Veel katten vinden het fijn om hoog te zitten, plankjes tegen de muur zijn goede plekken om zich terug te trekken en toch alles te kunnen overzien.

Konijnen en knaagdieren

Waarschijnlijk zijn konijnen en knaagdieren de huisdieren die het vaakst voor de kinderen aangeschaft worden. Vooral konijnen, cavia’s en hamsters zijn populair bij de wat jongere kinderen vanwege hun aaibare uiterlijk. Niet zelden worden ze in een impuls gekocht, doordat de kinderen blijven vragen en de ouders het moeilijk vinden dit te weerstaan. Bovendien is het een hardnekkig misverstand dat deze dieren gemakkelijke huisdieren zijn die geschikt zijn voor kinderen. Helaas blijkt in de praktijk dat er ook heel veel van deze dieren worden afgestaan omdat de kinderen er niet meer naar omkijken of omdat het dier tegenvalt. Een goede oriëntatie vooraf kan zoiets voorkomen.

Ook als u voor uzelf een konijn of knaagdier wilt aanschaffen en u heeft kinderen, is het verstandig even te kijken of het type dier dat u voor ogen heeft goed combineert met uw kinderen.

In de eerste plaats zijn veel van de dieren uit deze groep uitgesproken groepsdieren die dus samen met een soortgenoot gehouden moeten worden. Wilt u echt maar 1 dier, dan blijven de Syrische hamster (goudhamster), de Chinese dwerghamster en eventueel de overige dwerghamsters over. Syrische hamsters en Chinese dwerghamsters leven alleen en dulden geen soortgenoten in hun verblijf. De overige dwerghamsters, zoals de Russische dwerghamster, leven in de natuur vaak in groepen, maar in gevangenschap gaat dat lang niet altijd goed. Daarom kunnen deze dieren in hun eentje gehouden worden.

Van de hamsters is eigenlijk alleen de Russische dwerghamster geschikt voor kinderen. De overige hamsters slapen namelijk overdag en worden pas actief als het kind naar bed gaat. Zet dan ook geen hamsters op de kinderkamer, ze kunnen ’s nachts flink herrie maken! De Russische dwerghamster is ook overdag wel wakker. Vanwege hun formaat zijn ze niet geschikt voor kleine kinderen, ze moeten voorzichtig gehanteerd worden. Russische dwerghamsters kunnen redelijk tam zijn, maar het zijn geen echte knuffeldieren die op schoot blijven zitten.

De overige huisdieren uit deze groep: konijnen, cavia’s, ratten, muizen, gerbils, degoes en chinchilla’s, zijn allemaal groepsdieren waarvan u er meer dan 1 moet houden. Dat hoeft geen probleem te zijn maar neemt soms wel wat meer ruimte in beslag. Bovendien moet u nagaan welke combinatie u kunt maken, want het bij elkaar zetten van ongecastreerde mannetjes en vrouwtjes geeft al heel snel jongen en dat is niet de bedoeling.

Konijnen zijn geen geschikte knuffeldieren voor kleine kinderen. Ze houden er meestal niet van om op schoot te zitten en opgepakt te worden. Ook kunnen ze bijten en krabben. Ze zijn bovendien kwetsbaar: als ze verkeerd opgepakt worden, kunnen ze door te trappelen hun eigen rug breken. De verzorging vergt oplettendheid. Konijnen zijn gevoelig voor voedingsfouten en kunnen dan gevaarlijk ziek worden.

Ook cavia’s zijn voor erg jonge kinderen niet zo geschikt. Hoewel deze niet snel zullen bijten, houden ze ook niet van opgepakt worden. Ook zij zijn kwetsbaar en een val kan levensgevaarlijk zijn.

Konijn en cavia’s kunnen wel prima gehouden worden in een gezin met kinderen, als men beseft dat het geen schootdieren zijn, de ouders verantwoordelijk blijven voor de verzorging en de kinderen goed begeleid worden in de omgang met de dieren.

Ratten en muizen kunnen goed tam worden. Ze vinden het meestal niet erg om vastgepakt te worden of over een arm of schouder te lopen. Van nature zijn het klimmers. Voor hele jonge kinderen zijn deze dieren niet geschikt vanwege hun snelheid en formaat. Voor wat oudere kinderen kunnen het leuke huisdieren zijn. De verzorging is niet moeilijk. Ratten en muizen op de kinderkamer is geen goed idee, want ze zijn ook ’s nachts actief.

Mongoolse gerbils, ook wel foutief ‘woestijnratjes’ genoemd, zijn geen knuffeldieren. Ze kunnen wel zo tam worden dat ze op uw hand komen zitten, maar op schoot zitten en aaien is er niet bij. Ze zijn dan ook voor kleine kinderen niet geschikt, maar oudere kinderen kunnen het wel leuk vinden deze dieren te helpen verzorgen. Een voordeel kan zijn dat ze niet zo veel tijd kosten in hun verzorging. Gerbils zijn, behalve overdag, ook ’s nachts actief. Zet het verblijf daarom niet op de kinderkamer.

Degoes en chinchilla’s zijn geen dieren voor kinderen. Ze zijn gevoelig en hun verzorging is niet zo eenvoudig. Chinchilla’s slapen bovendien veel overdag.

Wat moet uw kind leren?

Heeft u konijnen of cavia’s, leer uw kind dan de dieren niet op te pakken maar bij hen op de grond te gaan zitten als ze de dieren willen aaien. Op die manier vinden de dieren het vaak heerlijk om aandacht te krijgen. Leer hen om u erbij te roepen als een dier opgepakt moet worden.

Het is ook belangrijk dat de kinderen de cavia’s of konijnen geen ander voer geven dan wat u hen geeft om de dieren mee te voeren. Koekjes, chips en andere lekkernijen kunnen fataal zijn voor deze dieren, evenals andere voedingsmiddelen waar ze niet aan gewend zijn. Ook een overmaat aan voer kan de darmen flink verstoren en plakpoep veroorzaken.

Natuurlijk mogen uw kinderen niet aan oren of staarten trekken of in ogen prikken: pas daarvoor op bij hele jonge kinderen! Ook achterna lopen vinden de dieren niet prettig.

Heeft u ratten of muizen, leer jonge kinderen dan om de dieren niet zelf op te pakken. Bij oudere kinderen kan dit wel. Leer hen om deze dieren nooit bij hun staart op te pakken. Pas op dat de dieren niet kunnen ontsnappen.

Hamsters moeten voorzichtig benaderd worden. Leer kinderen de dieren niet zomaar wakker te maken, want dan kunnen ze gebeten worden. Laat jonge kinderen de dieren niet oppakken en pas ook bij wat oudere kinderen op dat dit voorzichtig gebeurt.

Mongoolse gerbils zijn alleen geschikt voor oudere kinderen. Leer hen de dieren nooit bij de staart op te pakken, want de huid kan dan loslaten. Laat hen de dieren alleen oppakken als dit nodig is en altijd boven het verblijf, zodat ze niet ontsnappen en diep vallen.

Bij degoes en chinchilla’s kunnen oudere kinderen wel helpen bij de verzorging, maar laat hen de dieren niet oppakken. Ze zijn te beweeglijk en bij de degoe kan de huid van de staart loslaten als men deze vastpakt. Zorg zelf voor het vullen van de voerbakjes. Deze dieren zijn gevoelig voor voedingsfouten en kunnen dan erg ziek worden. Leer kinderen dat ze geen tussendoortjes of snoepgoed mogen geven!

Al deze dieren kunnen flink schrikken van kinderspeelgoed dat geluid maakt en van gillende, rennende of stampende kinderen. Leer uw kinderen dan ook om dit niet te doen in de buurt van de dieren en om luidruchtig speelgoed op hun eigen kamer te gebruiken. Leer hen om de dieren met rust te laten als ze slapen, ook overdag.

Waar moet u zelf op letten?

Heeft u konijnen of knaagdieren en erg jonge kinderen, let dan op dat de kinderen het verblijf niet zelf open kunnen maken. Het dier kan dan gemakkelijk ontsnappen. Let op dat kleine kinderen de dieren niet najagen, in ogen prikken, aan staarten of oren trekken of de dieren optillen. Zoek voor het dier een plek uit de loop, zodat de kinderen er niet steeds voorbij lopen of rennen tijdens het spelen. Blijf er bij als de kinderen met de dieren bezig zijn. Let ook op dat ze de dieren niet steeds voeren of stukjes van hun eigen eten of snoepgoed geven, ze kunnen daar vaak niet tegen of worden er snel dik van. Zet verblijven zo neer dat baby’s en dreumesen er niet gemakkelijk bij kunnen en geen handjes door tralies heen kunnen steken.

Vogels

Vogels die binnenshuis gehouden worden zijn meestal zangvogels, zoals kanaries of (pracht-) vinken, of kromsnavels: papegaaien en parkieten. Als huisdier voor een jong kind zijn deze eigenlijk geen van allen geschikt. Voor oudere kinderen vanaf een jaar of 12 kunnen sommige soorten in aanmerking komen. Wilt u zelf één of meerdere vogels aanschaffen terwijl u kinderen heeft,  dan moet u ook nagaan of de soort die u wilt nemen goed samengaat met kinderen. Het slagen van de combinatie hangt zowel af van het temperament van de vogels als van het karakter van uw kind.

Zangvogels verschillen van temperament. Als huisdier in een huishouden met drukke kinderen zijn de soorten die snel nerveus zijn niet geschikt. Vaak kunt u ze dan beter buiten in een volière huisvesten als de soort zich daarvoor leent. Zangvogels die goed gehouden kunnen worden in een gezin met kinderen zijn vooral de niet schuwe soorten, zoals de zebravink, de Japanse meeuw en de kanarie. Daarbij is het niet de bedoeling dat de vogels door kinderen worden gehanteerd: ze zijn erg kwetsbaar en de stress kan hen fataal zijn!

Tussen de verschillende soorten papegaaien en parkieten zijn grote verschillen in karakter. Daarmee verschillen ze ook in hun geschiktheid voor een huishouden met kinderen. Soorten die gevoelig zijn, zoals de grijze roodstaartpapegaai, kunnen slecht tegen drukke, rennende of gillende kinderen. Ze kunnen last krijgen van stress en problemen ontwikkelen, zoals verenplukken. Soorten die gemakkelijker bestand zijn tegen drukte zijn bijvoorbeeld de amazonepapegaaien, maar deze kunnen agressief zijn en zijn daarom ook niet geschikt voor kinderen. Overigens zijn er veel individuele verschillen! Daarbij komt dat papegaaien erg veel aandacht nodig hebben en goed opgevoed moeten worden. Geeft u hen te weinig tijd en bent u niet consequent, dan kunnen lastige gedragsproblemen ontstaan. Papegaaien kunnen bovendien hard krijsen, en als uw kinderen erg druk zijn loopt u de kans dat de papegaai mee gaat doen!

Grofweg kan men zeggen dat van de kromsnavels de grasparkiet, valkparkiet, Agapornis en Forpus soorten (dwergpapegaaien), een aantal Pyrrhura soorten en vrouwelijke exemplaren van sommige Pionus soorten eventueel geschikt kunnen zijn voor een gezin met jongere kinderen. Het minst geschikt voor gezinnen met kinderen, ook als de kinderen wat ouder zijn, zijn bijvoorbeeld de caique, kaketoe, Ara en Poicephalus soorten (zoals de Senegal papegaai of bont boertje). Bedenk altijd dat papegaaien zeker geen gemakkelijke huisdieren zijn, dat ze oud kunnen worden en dat u zich voor aanschaf zeer goed in hun gedrag en behoeften moet verdiepen!

De kromsnavels die eventueel geschikt zijn als huisdier voor oudere kinderen zelf zijn de bekende grasparkieten. Deze worden redelijk tam en hebben een vrij stabiel en vriendelijk karakter. Voor oudere, niet te drukke kinderen kunnen het leuke huisdieren zijn. Bedenk wel dat het geen knuffeldieren zijn en dat zij een soortgenoot nodig hebben. Ook valkparkieten komen in aanmerking. Deze kromsnavels kunnen zo’n vijftien tot twintig jaar oud worden (hoewel de kleurvarianten dit vaak niet halen) realiseer u dat uw kind tegen die tijd al uit huis is!

Wat moet uw kind leren?

Als u vogels heeft, leer uw kind dan om niet langs de vogelkooi te rennen of bij de vogel te gillen of lawaaierig speelgoed te gebruiken. Leer hen nooit een kromsnavel op hun schouder of hoofd te zetten, deze vogels kunnen flink bijten dus houd ze uit de buurt van oren en ogen. Uiteraard mag uw kind niet tegen de kooi slaan, aan veren trekken of vingers door de tralies steken.

Waar moet u zelf op letten?

Heeft u vogels en jonge kinderen, dan is het verstandig ervoor te zorgen dat de kinderen de kooi niet kunnen openen zodat de vogel wegvliegt. Zet de kooi op een rustige plek waar de kinderen tijdens het spelen uit de buurt blijven en zorg dat jonge kinderen er niet bij kunnen om vingers door tralies heen te steken. Laat jonge kinderen nooit vogels hanteren.

Reptielen en amfibieën

Veel reptielen en amfibieën zijn niet geschikt als huisdier voor een kind. Ze moeten meestal in een terrarium gehouden worden dat precies moet worden afgesteld en bijgehouden. Dat vergt wat technische kennis. De meeste reptielen en zeker amfibieën zijn niet gemakkelijk hanteerbaar. En natuurlijk zijn er soorten die gevaarlijk kunnen zijn, zoals wurgslangen. Voor jonge kinderen worden alle reptielen afgeraden. Voor kinderen vanaf een jaar of twaalf kan een moerasschildpad zoals de geelwang een optie zijn, zo lang u zelf meehelpt en u zich samen goed verdiept in wat zij nodig hebben. Houd er rekening mee dat dit uiteraard geen knuffeldieren zijn (ze kunnen bijten!), dat ze een groot verblijf nodig hebben en dat ze oud kunnen worden! Ook een aantal andere, relatief gemakkelijk te houden reptielen zoals de baardagame of de Aziatische huisgekko, zou u samen met uw kind kunnen houden.

Wilt u zelf een reptiel of amfibie aanschaffen, verdiep u dan in de specifieke soort en houd rekening met de eventuele risico’s. Dieren als een netpython of gifslangen kunt u, om risico’s te vermijden, beter niet houden in een huishouden met kinderen. Voor de wat minder moeilijke soorten kan het leuk zijn om uw al wat oudere kind bij de verzorging te betrekken.

Wat moet u uw kind leren?

Leer kinderen om niet op de ruiten van het terrarium te kloppen. Helpt uw kind bij de verzorging of heeft uw oudere kind een ‘eigen’ reptiel of amfibie, laat dan altijd de handen wassen voor en na de werkzaamheden om het overbrengen van ziekten te voorkomen.

Waar moet u zelf op letten?

Zorg ervoor dat terraria goed afgesloten zijn met een kindbestendig slot. Plaats het op een rustige plek waar kleine kinderen niet bij kunnen. Werk elektriciteitsdraden veilig weg en pas op dat kinderen niet bij pompen en waterslangen kunnen komen.

Vissen

Voor kleine kinderen zijn vissen nog niet zulke interessante huisdieren, maar voor wat oudere kinderen kan een beginnersaquarium leuk zijn. Kies dan voor gemakkelijk te houden vissen die goed bestand zijn tegen een wisselende waterkwaliteit en niet schrikkerig zijn. U zult wel zelf moeten helpen bij het opzetten van het aquarium en de benodigde techniek zoals temperatuurregeling, filterpomp en licht. Realiseer u dat het onderhouden van een aquarium soms al snel niet meer leuk is voor een kind, en in dat geval bent u degene die zult moeten zorgen voor het schoonmaken en water verversen. U kunt natuurlijk ook zelf een aquarium beginnen als u kinderen heeft.

Wat moet u uw kind leren?

Leer kinderen niet op de aquariumruiten te kloppen. Is het aquarium van uw kind, dan moet u het kind leren hoe het water moet verversen en de kwaliteit ervan kan controleren. Leer het kind ook hoeveel voer de vissen nodig hebben, kinderen geven snel te veel.

Waar moet u zelf op letten?

Zorg ervoor dat het aquarium afgedekt is zodat er geen kinderhandjes ingestopt kunnen worden of andere zaken in het water kunnen belanden. Werk elektriciteit, waterslangen en de pomp goed weg zodat uw kinderen er niet aan kunnen komen.

Ongewervelden

De groep ongewervelden is erg divers, en het hangt dan ook geheel van de diersoort af of deze een goede combinatie kan vormen met een gezin met kinderen. In het algemeen leven deze dieren in een terrarium of aquarium. Veel ervan kunt u prima houden als u ook kinderen heeft. Sommige ongewervelden, zoals veel schorpioenen, zijn giftig en daardoor minder geschikt als u kinderen heeft, omdat er altijd een kleine kans bestaat op ontsnappen.

Een aantal soorten kan ook voor wat oudere kinderen zelf leuk zijn om als huisdier te houden. Dat geldt bijvoorbeeld voor wandelende takken. Sommige daarvan zijn niet zo moeilijk om te houden. Ook de gemakkelijker te houden zoetwatergarnalen kunnen interessant zijn. Andere soorten zijn kwetsbaar en niet geschikt voor kinderen, zoals vogelspinnen of ongewervelden die hoge eisen stellen aan hun omgeving, zoals luchtvochtigheid, temperatuur of waterkwaliteit.

Wat moet u uw kind leren?

Leer kinderen om niet op de ruiten van een aquarium of terrarium te kloppen. Heeft uw kind zelf een ongewervelde als huisdier, help het dan met het opzetten van het verblijf en leer het om voorzichtig met de dieren om te gaan.

Waar moet u zelf op letten?

Zorg ervoor dat terraria goed afgesloten zijn met een kindbestendig slot en dat aquaria afgedekt zijn zodat er niks ingegooid kan worden. Plaats het op een rustige plek waar kleine kinderen niet bij kunnen. Werk elektriciteitsdraden veilig weg en pas op dat kinderen niet bij pompen of waterslangen kunnen komen.

Gezondheid

Hygiëne is belangrijk als het om het houden van huisdieren gaat, en zeker als er kinderen in huis zijn. Leer uw kind om de handen goed te wassen als zij het verblijf van een dier hebben schoongemaakt of u daarbij geholpen hebben, of als zij een dier gehanteerd hebben. Denk bij kruipende baby’s en dreumesen extra aan de hygiëne: zij steken alles in hun mond. Dieren kunnen ziekten overbrengen op mensen.

Zorg goed voor de gezondheid van uw huisdier en behandel preventief tegen parasieten zoals wormen, zodat uw kind niet via uw dier besmet wordt.

Ook moet u rekening houden met zaken als astma en allergie. Heeft uw kind hier last van, neem dan geen dieren met haren of veren in huis.