Overzicht erfelijke aandoeningen bij vogels
Bij vogels komen erfelijke aandoeningen voor. In deze lijst vindt u van diverse erfelijke aandoeningen de naam en een korte omschrijving. De lijst is niet volledig maar geeft een indruk van wat voor erfelijke afwijkingen er bij vogels bekend zijn. Meer informatie en uitleg over erfelijke aandoeningen en gebruikte termen vindt u in de Praktische documenten ‘Inleiding erfelijke aandoeningen’ en ‘Meer over erfelijkheid’.
Sierduiven - Almondfactor
De Almondfactor is de erfelijke code voor een bepaalde kleur veren. Het kruisen van twee dieren met de kleur Almond zal bij een deel van de jongen tot onder andere blindheid en slechte gezondheid of zelf vroege sterfte leiden.
Sierduiven - Extreem korte snavels
Dit is een kenmerk van onder andere ‘meeuw’ duivenrassen. Doordat hun snavel erg kort is, kunnen de duiven niet zelfstandig hun eigen jongen voeren. Vaak worden de eieren dan uitgewisseld met die van postduiven zodat de jongen bij pleegouders opgroeien.
Sierduiven - Overmatige bevedering van het hoofd
Sommige duivenrassen hebben een krans of kraag van veren om hun hoofd en nek. Daardoor hebben ze geen zicht meer op hun omgeving. In extreme gevallen hangen de veren over de ogen.
Sierduiven - Overmatige kropvorming
Het extreem opblazen van de krop komt voor bij een aantal kropperrassen. Opblazen van de krop hoort bij het normale baltsgedrag en kan worden gestimuleerd door andere duiven of door de eigenaar. Veel duiven met extreme ballonvorming hebben hele dunne poten; daarom kost het ze moeite om in balans te blijven en niet om te vallen.
Sierduiven - Overmatige voetbevedering
Een aantal duivenrassen heeft lange veren aan de poten. Deze zitten in de weg bij het lopen en worden snel vies.
Sierduiven - Sidderhals
Bij de Stargarder sidderhals slaan de kop en hals regelmatig heen en weer. Dit is een onderdeel van het baltsgedrag van duiven. Duiven van dit ras zijn geselecteerd op hun baltsgedrag en vertonen het dus extra vaak en sterk, vooral bij stress en opwinding.
Sierduiven - Vliegproblemen bij tuimelaarduiven
Tuimelaarduiven vertonen een spectaculaire vlucht, waarbij zij in de lucht duikelen of tuimelen. Sommige tuimelaars duiken hierbij omlaag en vliegen vlak voor ze de grond raken al tuimelend weer omhoog. Dit gaat niet altijd goed, en het komt voor dat zij tegen de grond slaan en overlijden. Oudere dieren hebben soms moeite om goed te landen, zeker als er weinig ruimte is. Bij sommige lijnen komen duiven voor die zo vaak tuimelen dat ze overal tegenaan vliegen.
Sierduiven - Wratvorming
Wratduiven hebben rondom de ogen en snavel wratten zitten. Dat is een raskenmerk van deze duiven. De wratten kunnen bij doorgroeien wel hinderlijk voor de duiven worden: ze kunnen het er benauwd van krijgen of krijgen last van hun ogen.
Sierhoenders - Overmatige bevedering op het hoofd
Deze aandoening komt bij enkele hoenderrassen, waaronder de kuifhoenders, voor. Ze hebben bijvoorbeeld een kraag van veren om hu nek of een grote kuif op hun kop. Omdat de veren in de weg zitten, is het gezichtsvermogen van de dieren beperkt.
Sierhoenders - Overmatige kortbenigheid
Bij enkele hoenderrassen, zoals bij het kippenras ‘chabo’, is kortbenigheid een raskenmerk. Als twee kortbenige hoenders met elkaar paren, dan is een deel van de nakomelingen verminderd levensvatbaar en sterven ze in het ei.
Sierhoenders - Overmatige voetbevedering
Sommige rassen hebben heel veel veren aan hun poten. Dat hindert hen bij het lopen, maar kan ook leiden tot een verkeerde stand van de tenen en het ontbreken van één of meerdere nagels. Dit geeft pijn en ontstekingen. De dieren vertonen daardoor ook minder natuurlijk gedrag zoals scharrelen.