Sluiten

Rode rattenslang

De rode rattenslang is een beweeglijke slang die tegenwoordig in allerlei aantrekkelijke kleurvarianten voorkomt. Hij is voornamelijk ’s avonds en ’s nachts actief. Hij is gek op klimmen en heeft dus voldoende ruimte nodig. Hij is ook een meester in ontsnappen, een goed afgesloten terrarium is daarom erg belangrijk.

Kies het juiste dier voor uw situatie: lees vóór het kopen eerst of de rode rattenslang het huisdier is dat u zoekt.

Algemeen

De rode rattenslang (Pantherophis guttatus), ook wel korenslang genoemd, is een wurgslang die veel als huisdier wordt gehouden. Rode rattenslangen zijn relatief gemakkelijk te houden, vrij stressbestendig en nauwelijks agressief. Ze kunnen zo’n 150 cm lang worden en soms nog langer.

Een rattenslang wordt in gevangenschap vaak tenminste 15 jaar oud, maar er zijn ook exemplaren bekend van 25 jaar.

Verschillende varianten

De oude Latijnse naam van de rode rattenslang was Elaphe guttata, maar in 2002 is er een naamsverandering voorgesteld. Sinds die tijd is de Latijnse naam van deze slang Pantherophis guttatus.

De in het wild voorkomende rode rattenslang is rood, oranje, bruin en zwart gekleurd, met een zwart-wit geblokte buikzijde. In gevangenschap bestaan allerlei kleurvormen.

Van nature

Van oorsprong komt de rode rattenslang voor in het zuidoosten van de Verenigde Staten en in het noorden van Mexico. Hij leeft vooral in subtropische bossen, maar ook op landbouwgrond en in moerasgebieden. Hij is ’s avonds en ’s nachts het meest actief en jaagt dan op knaagdieren, vogels, amfibieën, jonge reptielen en eieren. Daarbij maakt de rode rattenslang gebruik van het orgaan van Jacobson, een reukorgaan dat in het monddak ligt. Daarnaast gebruikt hij zijn gezichtsvermogen waarmee hij vooral goed bewegingen kan waarnemen.

Rattenslangen leven alleen (solitair).

Huisvesting

Bij het opzetten, inrichten en onderhouden van een terrarium komt heel wat kijken. In de handleiding over terrariumtechniek leest u hoe u dat aan kunt pakken.

De rode rattenslang is een meester in ontsnappen. Het terrarium moet dan ook goed afgesloten kunnen worden.

Het helemaal uit kunnen strekken van hun lichaam behoort tot de natuurlijke behoeften van een slang. Wetenschappelijke onderzoeken laten zien dat het houden van slangen in te kleine verblijven schadelijk is voor het dierenwelzijn. Verblijven die te klein zijn om zich in uit te strekken worden in verband gebracht met meer stress, gedragsproblemen en een groter risico op ziekte.

Een rode rattenslang wordt ongeveer 150 cm lang. Voor een volwassen dier heeft u dus een terrarium nodig met een minimale lengte van 150 cm. Houd er rekening mee dat sommige rode rattenslangen langer worden dan 150 cm. In dat geval heeft uw dier een groter terrarium nodig. Voor de breedte van het terrarium kan 50 tot 60 cm worden aangehouden. Een hoog terrarium wordt op prijs gesteld, want rattenslangen houden van klimmen en zijn daar ook erg goed in. Kies het liefst voor een hoogte van minimaal 80 cm.

Voor pasgeboren slangen kunt u eerst een kleiner terrarium gebruiken, omdat een jonge rattenslang zich niet op zijn gemak voelt in een te grote ruimte.

Zet het terrarium op een rustige, trillingsvrije plek en niet in de zon.

In het terrarium moeten verschillende temperatuurzones zijn zodat de slang kan kiezen hoe warm hij het wil hebben. Dit kunt u doen met behulp van een warmtelamp of warmtemat aan één zijde van het terrarium. De dagtemperatuur moet tussen 24 en 30 graden Celsius liggen. ’s Nachts mag de temperatuur zakken tot ongeveer 20 graden.

Voor verlichting kunt u een gewone 60 Watt lamp gebruiken in het warme deel van de bak. Daarnaast is UV-licht nodig voor de aanmaak van vitamine D. Dat geldt overigens niet voor de ‘snow’ kleurvariant: omdat deze slang geen beschermend pigment aanmaakt, mag hij geen UV licht krijgen. UV-lampen gaan vaak niet zo lang mee, controleer hoeveel UV-licht de lamp nog uitzendt of vervang de UV-lamp elke vier maanden. Warme delen moeten afgeschermd worden zodat de slang zich er niet omheen kan wikkelen en verbranden, ook niet als hij in een tak klimt. Gebruik om deze reden ook geen rotsverwarming.

De vochtigheidsgraad in het terrarium moet tussen 40 en 60% liggen. Controleer dagelijks het klimaat in het terrarium.

Rattenslangen zijn vooral in de avonduren heel actief. Ze klimmen graag en goed. Geef de slang daarom de mogelijkheid tot klimmen door wat schone takken zonder schors stevig vast te zetten in het terrarium.

Verdere aankleding van het terrarium geeft meerdere schuilmogelijkheden en kan bijvoorbeeld bestaan uit plastic planten, die net als de takken en stronken stevig moeten worden vastgezet. Echte planten gaan kapot of worden uitgegraven.

Een slang moet altijd de beschikking hebben over een waterbak om uit te drinken. Rattenslangen vinden het prettig om een bad te nemen en zijn goede zwemmers. Een waterbad kan helpen om af te koelen en ook bij het vervellen. Zorg voor een makkelijk schoon te maken waterbak die stevig is en voldoende groot (de slang moet er helemaal in passen), maar niet te diep. Zet de waterbak aan de koelere kant van het terrarium, op die manier wordt de luchtvochtigheid het minst beïnvloed.

Op de bodem van het terrarium kunt u schors (beuken) snippers en/of humus gebruiken. Deze materialen nemen goed vocht op. Ook kan papier worden gebruikt, dit is gemakkelijk te vervangen tijdens het schoonmaken. Bladeren en mos kunnen eventueel worden toegevoegd. Gebruik geen cederhout, want dit is giftig voor slangen. Ook zand is niet geschikt omdat het ingeslikt kan worden, weinig vocht en vuil opneemt en bovendien tussen de schubben kan komen en de huid kan irriteren.

Ruim uitwerpselen en resten van vervelling op en vervang regelmatig de natte bodembedekking om bacteriën en schimmelgroei te voorkomen.

Verzorgen en hanteren

Slangen kunnen drager zijn van op mensen overdraagbare ziekten (zoönosen). Een voorbeeld hiervan is Salmonella. Het is daarom belangrijk om na het verzorgen, voeren of hanteren van uw slang en/of het schoonmaken van het terrarium altijd uw handen te wassen met warm water en zeep gedurende tenminste 30 seconden.

Verschoon dagelijks de waterbak en verwijder voedselresten en uitwerpselen uit het terrarium. Vervang het bodemmateriaal iedere maand.

Het terrarium moet een aantal keer per jaar helemaal worden leeggehaald en goed schoon worden gemaakt. Voor het schoonmaken van het terrarium kunt u water met 10% bleekmiddel gebruiken. Verwijder dit achteraf goed, droog de bak af en laat hem even uitdampen voor u de slang terugzet.

Observeer de slang regelmatig zodat u onregelmatigheden bijtijds opmerkt. Het is handig om een overzicht bij te houden van wanneer en hoe uw slang eet en vervelt, zodat u afwijkingen kunt herkennen.

Controleer dagelijks de luchtvochtigheid en de temperatuur in het terrarium, zowel in het warme als in het koudere deel.

De rode rattenslang is niet gevaarlijk voor mensen en zal, als hij aan mensen gewend is, niet snel bijten. Wen uw rattenslang er dus op jonge leeftijd aan om gehanteerd te worden. Rattenslangen kronkelen zich niet om uw arm zoals sommige andere wurgslangen wel doen. Was voor het hanteren uw handen zodat u niet naar voedsel ruikt. Pak een slang niet vlak bij zijn kop of staart vast. Bij een beet is het verstandig de hand niet terug te trekken, maar te wachten tot de slang loslaat. Desinfecteer vervolgens de wond. Een slang die vervelt, is sneller geïrriteerd en zal sneller bijten. Laat de slang met rust na het eten, anders heeft u kans dat hij zijn eten uitbraakt.

Laat kinderen nooit zonder toezicht een slang hanteren. Zorg er ook voor dat ze het terrarium niet open kunnen maken als u er niet bij bent. Een beet van een rattenslang is weliswaar niet gevaarlijk, maar kan wel degelijk pijn doen. Een verkeerde reactie kan voor zowel het kind als de slang verwondingen opleveren.

Voeding

Voer voor uw veiligheid altijd met een voedertang!

Rattenslangen kunt u het beste muizen of ratjes voeren. Een pasgeboren rattenslang zal na vijf tot tien dagen vervellen, daarna kunt u hem voor het eerst voeren met een babymuis. Voer in het begin eens in de drie tot vijf dagen. Naarmate de slang groeit, gaat u over op steeds iets grotere muizen en verlaagt u de voerfrequentie. Een volwassen rattenslang geeft u eens per één tot twee weken een volwassen muis of ratje. Soms wordt aangeraden om bijvoorbeeld eenmaal per maand het voer (de muis of het ratje) te verrijken met multivitaminen om daarmee tekorten bij de slang te voorkomen. Overleg met uw reptielen-dierenarts wat voor uw slang het beste is.

U kunt dode voerdieren diepgevroren inkopen bij een dierenspeciaalzaak. Laat ze wel goed ontdooien (niet in oven of magnetron!) en op kamertemperatuur komen. Heeft de slang geen interesse, haal de muis dan na een paar uur weg. Levende prooidieren voeren is op basis van de Wet dieren niet toegestaan. Heeft u meerdere slangen, voer ze dan apart om te voorkomen dat ze dezelfde prooi pakken. Het kan dan namelijk gebeuren dat de ene slang de andere opeet!

Vlak voor het vervellen eet de slang soms niet.

Zorg ervoor dat de slang altijd vers drinkwater heeft.

Voortplanting

Het verschil tussen man en vrouw is bij de rattenslang te zien aan de staartwortel, die bij de man dikker is. Daarnaast kan het geslacht bepaald worden door met een sonde de diepte van de geslachtsopening te bepalen, bij het mannetje is deze dieper. Laat dit altijd doen door iemand met ervaring.

Ongeveer 35 tot 60 dagen na de paring worden de eieren gelegd. Eén tot twee weken voor het leggen van de eieren zal het vrouwtje een keer vervellen. Het legsel bestaat uit 5 tot 30 eieren. Deze kunnen bebroed worden bij 26 tot 29 graden Celsius in een broedstoof of een gesloten bak met een vochtigheidsgraad van minimaal 80 tot 90%, waar u wel regelmatig wat verse lucht in moet laten. Na 50 tot 70 dagen komen de eieren uit. De pasgeboren jongen zijn zo’n 15 tot 30 centimeter lang.

Na twee tot drie jaar is de rattenslang geslachtsrijp. De leeftijd waarop dat gebeurt, is mede afhankelijk van de hoeveelheid voer die de slang krijgt. De rattenslang blijft zijn hele leven doorgroeien en zal daarom ongeveer zes tot zeven keer per jaar vervellen.

Ziekten en aandoeningen

Was altijd uw handen na het verzorgen, voeren of hanteren van uw slang en/of het schoonmaken van het terrarium om overdracht van ziekten te voorkomen. Doe dit met warm water en zeep gedurende tenminste 30 seconden.

Houd een nieuw dier in quarantaine voordat u hem bij uw andere dier plaatst.

Gezonde rattenslangen hebben een schone stevige huid zonder mijten, een schone cloaca, ze kijken helder uit de ogen en zijn alert.

Problemen met de vervelling komen bij slangen regelmatig voor, met name als de luchtvochtigheid in het terrarium te laag is. Slangen hebben een transparante huid over hun ogen, dit wordt een bril genoemd. Deze huid hoort in één geheel met de rest van de huid losgelaten te worden. Een teken dat uw slang binnenkort gaat vervellen is dat de bril ondoorzichtig melkachtig of blauw wordt. Controleer altijd of de vervelde huid compleet is.

Slangen kunnen onder andere lijden aan schimmel- of bacteriële infecties, wormen, bekrot en legnood.

Symptomen die kunnen wijzen op ziekte zijn bijvoorbeeld slecht eten, slecht vervellen, overtollig slijm in de bek, braken, afwijkende ontlasting of afwijkend gedrag. Raadpleeg bij twijfel uw dierenarts.

Benodigde ervaring

Voor het op een verantwoorde wijze houden van dit huisdier is geen specifieke ervaring nodig. De rattenslang is geschikt voor de beginnende slangenhouder. Zorg er wel voor dat u zich van tevoren goed informeert.

Aanschaf en kosten

U kunt een rattenslang kopen bij een gespecialiseerde reptielenzaak, bij kwekers of op beurzen. Kies een kweekdier en geen wildvangdier. In het wild gevangen exemplaren kunnen ziekten bij zich dragen en zijn niet gewend om in een terrarium te leven. Bovendien is er ruim voldoende aanbod van kweekdieren.

Een volwassen rode rattenslang kost gemiddeld tussen de 50 en 100 euro, pasgeboren dieren zijn wat goedkoper. Prijzen zijn onder andere afhankelijk van de leeftijd en de (kleur)variant.

Daarbij komen de kosten van een voldoende ruim terrarium (vaak meer dan 300 euro exclusief inrichting). Ook de kosten voor voeding moeten worden meegerekend. Voedseldieren lopen in prijs uiteen van één tot enkele euro’s per muis of klein ratje. Andere terugkerende kosten zijn die voor bodembedekking, verwarming en verlichting.

Houd naast de kosten voor de aanschaf en verzorging ook rekening met onvoorziene kosten zoals dierenarts rekeningen. Het is verstandig om hier geld voor opzij te zetten dat u echt alleen voor uw dier(en) bestemt.

Aandachtspunten

  • Ga na of uw gemeente en/of woningbouwvereniging slangen als huisdier toestaat voordat u er een aanschaft.
  • Bedenk voordat u een rattenslang koopt wie er in uw vakantie voor hem wil zorgen. Regel dit vóórdat u het dier aanschaft.
  • Laat kinderen nooit alleen met een slang.
  • Sluit u aan bij een vereniging van slangenliefhebbers. Hier vindt u ervaren mensen die u kunnen helpen als u vragen heeft of bij het vinden van een dierenarts met verstand van reptielen.

Bronnen

De informatie in deze huisdierenbijsluiter is mede gebaseerd op de bronnenlijst die u hier vindt.​