Sluiten

Let op grasaren!

23-07-2020

In deze tijd van het jaar zijn er weer volop grasaren te vinden. Deze grasaren, ook wel 'kruipers' genoemd, kunnen voor vervelende problemen bij uw huisdier zorgen. Vooral honden, maar ook katten en andere dieren kunnen last hebben van grasaren.

Wanneer wild gras tot bloei komt, ontstaan er grasaren. Grasaren zijn de zaden van het gras. Deze aren worden het meest gezien in de periode van juni tot en met augustus. Eerst zijn ze groen, maar wanneer ze uitdrogen, krijgen ze een gele kleur en vallen ze uit elkaar in losse zaden.

Grasaren hebben weerhaakjes. Dit zijn de lange 'stekels' die uit de aar steken. Dankzij deze weerhaken blijven de aren makkelijk in de vacht van uw huisdier zitten. De weerhaakjes en zaden van de aren kunnen echter ook in de neus, oren en ogen van uw dier terechtkomen en zelfs de huid binnendringen. 

In de neus:

Krijgt uw dier een grasaar in zijn neus, dan zal hij gaan niezen en proesten. Dankzij de weerhaken kan een grashaar maar één kant op bewegen en daardoor steeds verder de neusholte inkruipen. Uiteindelijk kan de aar aan het einde van de neusholte in de hersenen terechtkomen. Daarom is het belangrijk dat de aar snel verwijderd wordt.

Uw dierenarts kan de aar met een speciaal tangetje proberen te pakken. Als dat niet lukt, zal uw dier onder narcose moeten om de aar te verwijderen.

In het oor:

Een aar kan in het oor van uw dier terecht komen en steeds dieper kruipen. Uw dier gaat dan met zijn kop en oren schudden, omdat dit erg pijnlijk voor hem is. Hij kan ook steeds met zijn oren tegen andere dingen aanwrijven. Het grootste risico lopen dieren met grotere, hangende oren en veel haar. Als de aar niet op tijd verwijderd wordt, zal hij steeds verder de gehoorgang inkruipen en kan uiteindelijk zelfs het trommelvlies doorprikken.

Ga niet zelf proberen een grasaar uit het oor te halen, maar raadpleeg een dierenarts. Deze zal proberen de aar met een speciale tang te verwijderen. In sommige gevallen is het nodig om uw dier onder verdoving te brengen om de aar te kunnen verwijderen.

In het oog:

Als een zaadje of een weerhaakje van de grasaar in het oog terecht is gekomen, zal uw dier met het oog gaan knijpen en misschien proberen er ook steeds met de poot in te wrijven. Is dit het geval, dan is het belangrijk om snel naar de dierenarts te gaan. De aar kan het hoornvlies aantasten. Beschadigingen van het oog moeten snel behandeld worden, want anders kan uiteindelijk zelfs het oog verloren gaan.

In de poot / in de huid:

Grasaren kunnen de huid binnendringen, omdat de weerhaken erg scherp zijn. Eem bekend probleem is dat aren tussen de tenen van een dier gaan zitten, waarna de stekels door de huid heen prikken. Ook op andere plaatsen kan een grasaar in de vacht vast komen te zitten en uiteindelijk de huid doorprikken.

Dieren kunnen gaan krabben of likken aan de plek waar de weerhaken van een grasaar het lichaam in zijn gedrongen, omdat de huid daar irriteert en/of pijn doet. Een binnengedrongen weerhaak kan uiteindelijk ook tot ontstekingen leiden, al dan niet met een abces. 

Ziet u een aar op de vacht of tussen de tenen zitten? Dan kunt u deze voorzichtig zelf proberen te verwijderen. Let op dat er geen weerhaakjes (stekels) in de huid blijven zitten. Is dat wel het geval, pak deze weerhaken dan zo dicht mogelijk bij de huid vast en trek ze er voorzichtig uit. Als dit niet lukt, ga dan naar de dierenarts om de stekels daar te laten verwijderen.

Voorkomen is beter dan genezen

Probeer te voorkomen dat uw dier op velden met grasaren loopt. Controleer honden altijd na afloop van een wandeling en verwijder eventueel aanwezige grasaren direct uit de vacht. Ziet u weerhaakjes die u niet verwijderd krijgt? Of krijgt uw dier klachten, zoals niezen, kopschudden of mank lopen? Wacht dan niet af, maar neem direct contact op met een dierenarts. Door snel te reageren zijn de aren door de dierenarts vaak relatief makkelijk te verwijderen.