Boomer
Een Boomer is een kruising tussen verschillende kleine hondenrassen. Boomers kunnen daardoor in uiterlijk en karakter variëren. Het zijn kleine, vaak actieve en speelse honden die van aandacht houden. Ze hebben meestal een halflange vacht die regelmatig gekamd moet worden. Aandachtspunten bij de aanschaf van een Boomer zijn een goede socialisatie en gezondheid. De Boomer past bij een eigenaar die tijd heeft om veel aandacht aan zijn hond te geven.
Kies de juiste hond voor uw situatie: lees vóór het kopen eerst of de Boomer de hond is die u zoekt.
Algemeen
De Boomer is geen ras; er worden voor het fokken verschillende kleine rassen gekruist. Vaak wordt een kruising tussen de Maltezer en de Shih Tzu gebruikt, maar andere kruisingen zijn ook mogelijk, zoals met bijvoorbeeld Lhasa Apso of Yorkshire Terriër of met een ander ras uit de bichon-groep (waar ook de Maltezer toe behoort) zoals de Bolognezer of Bichon Frisé. Met uitzondering van de Yorkshire Terriër, die onder rasgroep 3, ‘Terriërs’ valt, zijn dit hondjes uit rasgroep 9, ‘Gezelschapshonden’. De Boomer wordt dan ook gefokt als gezelschapshondje. Het zijn doorgaans vrolijke, actieve hondjes die graag bij hun eigenaar zijn. Gemiddeld bereiken ze een leeftijd van zo’n 12 tot 15 jaar.
Omdat veel Boomers vrijwel geen haren in huis verliezen, wordt wel gezegd dat ze hypoallergeen zijn. Bedenk echter dat er geen honden bestaan die geen allergenen verspreiden! Het kan zijn dan iemand met een allergie wat minder last heeft bij dit type vacht, maar het is zeker geen garantie op het uitblijven van een allergische reactie.
Let goed op waar u een Boomer aanschaft. Er bestaat geen overkoepelende vereniging voor het fokken van Boomers. Boomers worden soms door particulieren of kleine fokkers gefokt, maar ook vaak in grotere fokbedrijven. Er wordt lang niet altijd zorgvuldig geselecteerd op gezondheid en gedrag en er kan onvoldoende aandacht zijn voor moederzorg en socialisatie van de pups. Ook worden veel Boomers geïmporteerd door handelaars, die niet altijd even betrouwbaar zijn. U loopt dan het risico dat uw Boomer pup niet de sociale, vrolijke hond wordt die u zoekt. Zorg dus dat u weet waar u op moet letten en gebruik de LICG-puppychecklist.
Uiterlijk
Omdat de Boomer een kruising is, ligt het uiterlijk niet vast maar hangt het mede af van welke rassen gebruikt zijn bij het fokken. In het algemeen zijn het kleine hondjes met middellang, golvend of iets krullend haar, soms ook ruwharig. Doorgaans is hun lichaam langer dan hoog, zijn de poten vrij kort en hebben ze een relatief korte neus. De oren hangen omlaag.
Het gewicht ligt tussen ongeveer 4 en 10 kilo, de schofthoogte tussen zo’n 20 en 30 cm, waarbij kruisingen tussen Maltezers en Yorkshire terriërs kleiner zullen zijn dan kruisingen met Shih Tzu of Lhasa Apso. Er zijn allerlei verschillende kleuren, van lichte crème kleuren tot overwegend donker of helemaal zwart.
Het uiterlijk van deze honden brengt een aantal aandachtspunten met zich mee. Pas op voor een te korte snuit, een omhoogstaande neus, bolle ogen, een erg ronde kop, erg korte of kromme poten en hele kleine hondjes. Deze kenmerken kunnen gezondheidsproblemen geven die een risico vormen voor het welzijn van uw Boomer. Een te korte snuit kan bovendien in strijd zijn met de criteria die de Nederlandse wet sinds 2019 voorschrijft voor het verantwoord fokken met honden en de beleidsregel hierover van 24 augustus 2023. Zie ook het onderdeel ‘Ziekten en erfelijke aandoeningen’.
Karakter
Ook voor het karakter van de Boomer geldt dat dit kan variëren afhankelijk van welke kruising gebruikt is. In het algemeen zijn het energieke, intelligente hondjes die graag bij hun eigenaar zijn en van aandacht houden. Ze zijn actief en speels, soms ook eigenzinnig. Kruisingen met Lhasa Apso en Shih Tzu kunnen wat terughoudend zijn naar vreemden. De meeste Boomers zijn waaks, bezoek wordt vaak wel aangekondigd en vooral kruisingen met Maltezers of Yorkshire Terriërs kunnen snel blaffen. Met honden en andere dieren gaan ze meestal goed om. Als een Boomer goed gesocialiseerd is, gaat hij meestal goed met kinderen om. Let wel op dat de kinderen de hond niet als speelgoed behandelen en ermee rondsjouwen. Laat honden en jonge kinderen nooit alleen samen, want zowel hond als kind kan zich onvoorspelbaar gedragen zonder uw toezicht. Kruisingen met de Yorkshire terriër kunnen wat pittiger en soms overmoedig zijn en meer jachtinstinct vertonen.
Voor het karakter zijn niet alleen de rassen van de ouderdieren bepalend, maar veel hangt ook af van de socialisatie. Het is belangrijk dat de pups al jong op een leuke manier kennis maken met verschillende mensen, kinderen, andere honden en andere diersoorten. Als dat niet goed gebeurt, kan de Boomer ook angstig of nerveus zijn en daardoor ook agressie gaan vertonen. Omdat Boomers regelmatig afkomstig zijn van grote fokbedrijven, niet zelden uit het buitenland, bestaat de kans dat ze niet goed gesocialiseerd zijn bij de fokker of op jonge leeftijd veel stress hebben gehad door bijvoorbeeld lange transporten of slechte leefomstandigheden. Ook slechte en stressvolle leefomstandigheden van de moederhond kunnen de pups gevoeliger maken voor stress. Mede daarom is het belangrijk te kiezen voor een goede fokker die goed voor de dieren zorgt, de pups goed socialiseert en ouderdieren uitkiest op zowel gezondheid als een sociaal en stabiel karakter.
Verzorging
Boomers hebben een vacht die regelmatig geborsteld moet worden. Houd er rekening mee dat u waarschijnlijk dagelijks en anders zeker meerdere keren per week bezig bent met vachtverzorging. Er zijn Boomers met verschillende vachttypen, hoe gemakkelijk de vacht van uw Boomer te onderhouden is hangt mede af van welke ouderdieren gebruikt zijn. Doorgaans verliezen ze weinig haar. Wen uw pup er al jong aan vachtverzorging door dit stapsgewijs op te bouwen.
Borstel of kam de vacht laagje voor laagje helemaal door en begin onderop bij de huid. Bij plekken waar het haar langer is en meer in beweging, zoals bij de oksels, oren, snuit en staart, kunnen extra snel klitten ontstaan. Ontwar die voorzichtig met een kam of borstel of gebruik uw vingers. U kunt het beste aan de fokker of bij een trimsalon vragen hoe u de vacht van uw specifieke kruising kunt behandelen en welke materialen u nodig heeft. Een regelmatige trimbeurt is vaak ook nodig om de vacht in een goede conditie en gemakkelijker te verzorgen te houden.
Is het eens nodig uw Boomer te wassen, gebruik dan alleen shampoo die bedoeld is voor honden want mensenshampoo kan zijn huid irriteren. Vooral de haren rondom de snoet kunnen soms vies worden. Was deze regelmatig met water en eventueel wat shampoo en dep de haren droog.
Zorg ervoor dat het haar op de kop niet in de ogen kan prikken. Heeft uw Boomer langere haren boven op de kop, dan kunt u die eventueel samenbinden met een haarelastiek. Pas op met haren op de neus die in de ogen kunnen prikken, houd deze goed kort.
Bekijk de ogen regelmatig. Boomers kunnen last hebben van haren die in hun ogen prikken en dan tranende ogen veroorzaken. Dat geeft traanstrepen in de vacht. Als de ogen te bol zijn, raken ze bovendien snel geïrriteerd. Tranende, geïrriteerde ogen kunnen ook ontstaan doordat er wimperharen verkeerd groeien en de oogbol beschadigen (distichiasis / trichiasis), dus laat uw dierenarts hierop controleren. Traanstrepen kunt u schoonmaken met wat gekookt, afgekoeld water en een wattenschijfje. Veeg niet in het oog zelf. Er bestaan speciale druppels om traanstrepen te verwijderen.
Controleer ook de oren dagelijks. Als er veel haar voor en in de oren groeit, kan dat de luchttoevoer beperken en het afvoeren van oorsmeer verhinderen. Maak wanneer dat nodig is de oorschelp schoon met een wattenschijfje (liefst niet met een watje vanwege losse pluisjes) maar ga niet met watjes of wattenstaafjes in het oor zelf en gebruik geen cleaner zonder te overleggen met uw dierenarts. Overtollig haar vóór de ingang van de gehoorgang kan eventueel kortgeknipt worden zodat er voldoende lucht bij het oor kan. Trek geen haren uit de gehoorgang want dat kan beschadiging en ontstekingen geven, zeker bij honden die eerder een oorontsteking hebben gehad. Groeit er erg veel haar in het oor, vraag dan uw dierenarts om advies. Stinkende oren of veel schudden en krabben kunnen wijzen op een oorontsteking, ga dan naar de dierenarts.
Bekijk regelmatig het gebit en poets het liefst dagelijks met speciale tandpasta voor honden (tandpasta voor mensen is niet geschikt!). Boomers kunnen zoals veel kleine honden snel last krijgen van tandplak en tandsteen en dan kan het tandvlees gaan ontsteken. Zorg dat uw pup leert om het tandenpoetsen en controleren van zijn gebit toe te laten door hem er langzaam aan te wennen. Let tijdens het wisselen op dat het melkgebit niet te lang blijft staan terwijl er al nieuwe tanden of kiezen doorkomen, want dan krijgt het gebit een verkeerde stand. Neem dan contact op met uw dierenarts.
Controleer wekelijks of de nagels (ook de duimnagel) niet te lang worden en knip ze als dat nodig is.
Pas op dat uw Boomer niet te dik wordt. U kunt hem het beste regelmatig wegen, want door de langere vacht is dit lastig te zien. Zorg voor voldoende beweging, voer niet te veel en let op met tussendoortjes. Na castratie heeft uw hond minder voer nodig, een goede richtlijn is om dan zo’n 30% minder te geven.
Beweging en activiteiten
Boomers zijn doorgaans vrolijke, actieve honden die graag spelen en rennen. Ze hoeven geen lange wandelingen te maken, drie maal daags een half uur tot drie kwartier is vaak genoeg, maar geef ze tijdens de wandeling wel genoeg te doen zoals rondsnuffelen en spelen met hun eigenaar. Geef hen ook de rest van de dag voldoende lichamelijke, maar vooral ook geestelijke uitdaging. Wilt u langere wandelingen maken dan is dat vaak wel mogelijk als u dat rustig opbouwt. Dit hangt echter ook af van wat voor rassen er in uw kruising zitten; de kleine Boomers moeten al aardig rennen als u stevig doorloopt en zullen sneller moe worden. Kijk goed naar uw hond en overdrijf het niet. Ook moet de hond goed gezond zijn; Boomers met een (te) korte neus, erg korte poten of bijvoorbeeld knieproblemen (patella luxatie) zijn niet geschikt voor lange wandelingen. Twijfelt u of uw hond geschikt is voor bepaalde activiteiten, overleg dan met de dierenarts. Let op met warm weer, want door de relatief korte neus en de dikke vacht kunnen Boomers het snel warm krijgen.
Een gezonde Boomer kan geschikt zijn voor activiteiten zoals balspelletjes, behendigheid en doggydance en ook gehoorzaamheidstraining is mogelijk, hoewel dit bij sommige, meer eigengereide exemplaren een uitdaging is. Belangrijk is dat u de training leuk en afwisselend kunt houden. Daarnaast kunt u uw Boomer ook thuis verschillende oefeningen en trucjes leren en hem bezighouden met voerpuzzels of zoekspelletjes. Zo kan hij ook zijn geestelijke energie kwijt en bovendien vindt hij het fijn om samen met u bezig te zijn.
Geef uw Boomer ook voldoende rust. Heeft u kinderen, let dan op dat ze uw Boomer niet steeds storen als hij ligt te slapen.
Socialisatie en opvoeding
Zoals bij alle honden is een goede socialisatie erg belangrijk. Op een leeftijd tussen 3 en 12 weken is een pup extra gevoelig voor het kennismaken met nieuwe dingen en leren hoe hij daarmee om moet gaan. Hij leert dan hoe hij goed kan functioneren in zijn leefomgeving. Wat de pup in deze periode meemaakt, heeft gevolgen voor de rest van zijn leven. Dit moet dus zorgvuldig worden aangepakt.
De fokker moet al met de socialisatie begonnen zijn: vraag na wat hij of zij al heeft gedaan met de pup. Het is daarvoor het beste als de pup in huis is opgegroeid. Omdat de Boomer regelmatig gefokt wordt door grotere, bedrijfsmatige fokkers die de honden niet in huis maar in kennels houden, moet er extra aandacht zijn geweest voor de socialisatie. Ga na of de fokker hier voldoende personeel voor in dienst heeft en vraag op welke manier de socialisatie is aangepakt.
Eenmaal in huis moet u zelf verder gaan met socialiseren. Wen uw pup op een leuke manier aan het omgaan met allerlei verschillende mensen, kinderen, andere honden, verschillende dieren en andere nieuwe zaken en situaties. Het moeten positieve ervaringen zijn, dus houd het kort, ontspannen en beloon goed gedrag. Combineer nieuwe ervaringen met iets prettigs, zoals brokjes of een spelletje, zodat de pup er een goed gevoel bij krijgt. Voorkom vervelende ervaringen door zelf het gedrag van andere honden en ook kinderen in te schatten en uw pup goed te begeleiden bij ontmoetingen. Veel mensen zullen uw pup willen aaien, maar zorg dat hij niet overweldigd wordt en laat de pup het tempo bepalen. Zorg er bovendien voor dat uw pup ook tussendoor steeds voldoende rust krijgt om alle nieuwe ervaringen te verwerken, slaap is daarvoor erg belangrijk.
Zindelijkheidstraining kan bij Boomers soms wat langer duren dan gemiddeld. Voorkom zoveel mogelijk dat de pup in huis plast door hem goed in de gaten te houden en bijtijds mee naar buiten te nemen.
Boomers zijn slimme honden die meestal snel leren. Dat kan fijn zijn bij de opvoeding, maar u moet er ook op letten dat ze geen verkeerde dingen leren. Bedenk daarom vooraf wat u wel en niet wilt en probeer ongewenst gedrag te voorkomen. Boomers kunnen eigenwijs zijn, maar ze zien er zo schattig uit dat u geneigd kunt zijn te toegeeflijk te worden. Doe dat niet, want dan gaat uw Boomer zijn eigen regels maken. Wees vriendelijk maar wel duidelijk en consequent. Beloon gewenst gedrag, bijvoorbeeld met uw aandacht of een brokje.
Wen uw pup vanaf het begin aan kammen en borstelen door dat dagelijks even kort te doen, liefst op een rustig moment als de pup moe is en het fijn vindt om bij u te liggen. Beloon de pup als hij het goed toelaat. Breid dit steeds iets verder uit en kam dan ook even op de lastige plekken zoals bij de oksels en oren. Ook tanden poetsen is iets wat u het beste van jongs af aan kunt oefenen.
Boomers zijn graag bij hun eigenaar. Ze kunnen wel leren een paar uur alleen te blijven, maar u moet het rustig opbouwen. Laat de pup niet steeds achter u aan lopen in huis zodat hij leert dat het niet erg is als hij even niet bij u is. Maak de tijd dat uw hond alleen moet blijven langzaam iets langer. Laat uw pup nooit langer alleen dan hij aankan en voorkom zo dat hij leert dat alleen zijn iets vervelends is. Zeker de eerste maanden heeft u dus een oppas nodig als u eens langer weg moet dan waar u met de training gebleven was.
Ook veel blaffen is een aandachtspunt, zeker bij kruisingen met Yorkshire Terriers of Maltezers. Leer uw pup dat hij naar zijn mand moet gaan als de bel gaat en niet hoeft te blaffen, anders zal zijn waaksheid in combinatie met behoefte aan aandacht en enthousiasme er vaak voor zorgen dat hij bij het horen van de bel meteen blaffend naar de deur rent. Laat de hond niet zonder toezicht in de tuin, want als u er niet bij bent kan hij leren om te blaffen naar voorbijgangers.
Bij het aanleren van oefeningen werkt een strenge stem vaak averechts; gevoelige Boomers kunnen schrikken, terwijl de eigenwijzere types er geen zin meer in hebben. Wees daarom vriendelijk en duidelijk en maak de training afwisselend en vrolijk. Ga met uw pup op cursus, u leert daar hoe u uw pup iets kunt leren en hij leert om op u te letten terwijl er andere mensen en honden bij zijn.
Leer uw Boomer om bij u te komen als u roept en voorkom dat hij op andere honden afrent als die aangelijnd zijn. Boomers kunnen wel eens overmoedig zijn en voelen zich groter dan ze zijn. Let daarom goed op en voorkom dat uw hond in de problemen komt of zichzelf bezeert. Pas op dat kleine kinderen tijdens het spelen met de hond niet over hem struikelen.
Elders op onze website leest u meer over hoe u socialisatie en opvoeding kunt aanpakken.
Ziekten en erfelijke aandoeningen
Bij elke hond kunnen erfelijke aandoeningen voorkomen. Er is geen specifiek onderzoek gedaan naar erfelijke aandoeningen bij Boomers. Omdat Boomers kruisingen zijn, is het verstandig te kijken naar erfelijke aandoeningen die bij de rassen van de ouderdieren voorkomen.
Aandoeningen waar men rekening mee moet houden, zijn:
- Patella luxatie (verschuivende knieschijf)
- Oogaandoeningen
- Hartaandoeningen
- Gebitsproblemen
- Chiari-like malformatie en Syringomyelie (pijnlijke aandoening van hersenen en ruggenmerg)
- BOAS (luchtwegproblemen door een te korte snuit)
- Blaasstenen; nierziekte
- Portosystemische shunt (verkeerde aanleg van bloedvaten rondom de lever)
- Problemen met de wervelkolom: Degeneratie van de tussenwervelschijven / IVDD (Intervertebral Disc Disease; Hernia); atlantoaxiale subluxatie
- Cryptorchidie (niet ingedaalde teelballen)
- Dystocia (geboorteproblemen)
Bij alle vier de genoemde rassen die voor Boomer-kruisingen gebruikt worden, komt patella luxatie vaker dan gemiddeld voor. Dat betekent dat ook de Boomer hier een verhoogde kans op heeft. Patella luxatie is een afwijkende bouw van het kniegewricht waardoor de knieschijf van zijn plaats schuift. Dit geeft uiteindelijk schade aan het gewricht en pijn. Het komt vaker voor bij kleine rassen. Het is aan te raden om een pup te kiezen waarvan de ouders getest zijn op patella luxatie.
Boomers kunnen verschillende oogaandoeningen hebben. Bij Boomers met een relatief korte neus en bolle ogen kan dit verband houden met dat uiterlijk. De klachten vallen onder het Brachycephalic Ocular Syndrome(BOS). Bolle ogen kunnen sneller beschadigen. Ook kunnen de oogleden soms niet helemaal gesloten worden, waardoor de ogen uitdrogen. Bovendien kan er een aandoening aanwezig zijn waarbij te weinig traanvocht geproduceerd wordt (keratoconjunctivitis sicca). Door deze oorzaken kunnen ontstekingen en zweren van het hoornvlies ontstaan (keratitis). Ook oogharen die naar binnen gericht staan (trichiasis), het naar binnen krullen van een ooglid waardoor oogharen tegen het oog komen (entropion), extra oogharen op het binnenste deel van de ooglidrand (distichiasis) of te lange haren op de snuit kunnen de ogen irriteren. Daardoor gaan ze tranen en ontstaan er traanstrepen, die de haren verkleuren en vieze stinkende plekken op de snuit kunnen geven. De ogen kunnen bovendien rood worden en gaan ontsteken.
Andere oogaandoeningen die kunnen voorkomen zijn onder andere cataract (grauwe staar, waarbij de lens verkleurt en het zicht verslechtert) en glaucoom (een verhoogde oogboldruk die tot blindheid kan leiden).
Soms kunnen hartaandoeningen voorkomen, o.a. mitralisklep degeneratie. Hierbij sluit de klep tussen de linkerboezem en linkerkamer van het hart niet goed. De aandoening wordt langzaam erger, komt vaker voor bij kleine rassen en vaker bij oudere honden. De aandoening wordt veel gezien bij de Cavalier King Charles Spaniel maar in onderzoeken worden ook de Yorkshire terriër en Shih Tzu genoemd als rassen waarbij dit wat meer dan gemiddeld voorkomt.
Het gebit is bij kleine hondjes vaak een aandachtspunt, ook bij Boomers. Het komt voor dat de tanden niet recht naast elkaar staan of dat er tanden missen doordat er te weinig ruimte in de kaak is. Soms kan de onderkaak te ver naar voren staan waardoor het gebit niet goed aansluit. Ook komen tandvleesontstekingen relatief vaak voor, die kunnen leiden tot terugtrekkend tandvlees, ontsteking van het kaakbeen en tandverlies maar ook tot ontstekingen elders in het lichaam. Het tandvlees wordt rood en de adem van de hond stinkt. Goede reiniging en controle van het gebit is erg belangrijk om dit te voorkomen.
Bij Boomers kan chiari-like malformatie en syringomyelie voorkomen. Dit kan erg pijnlijk zijn. Het komt veel voor bij de Cavalier King Charles Spaniel maar wordt onder andere ook gezien bij Maltezers, Yorkshire Terriërs en een enkele keer bij Shih Tzu’s. Chiari-like malformatie (CM) is een aandoening waarbij de opening van de schedel naar de wervelkolom te ruim is en de schedel te klein is voor zijn inhoud. Hierdoor puilen delen van de kleine hersenen en hersenstam uit door het achterhoofdsgat. Daardoor wordt ook de stroom van de hersenvloeistof geblokkeerd. Er ontstaat dan te veel druk, wat pijn kan geven. Als gevolg van deze druk kan syringomyelie (SM) ontstaan: met vocht gevulde holtes in het ruggenmerg. Dit kan zenuwverschijnselen veroorzaken. De aandoeningen komen vooral voor bij kleine rassen met een korte snuit, waarbij een kortere snuit meer kans op problemen geeft. De symptomen kunnen op elke leeftijd ontstaan maar vaak al op vrij jonge leeftijd. Niet alle honden met chiari-like malformatie ontwikkelen ook syringomyelie.
Honden met CM en SM kunnen ernstige pijn hebben bij bepaalde houdingen, aanraking en bewegingen, waardoor dieren overgevoelig zijn en kunnen gillen. Ze zijn vaak sloom, willen niet springen of klimmen, krabben of schuren hun kop en oren, soms slapen ze slecht, houden ze hun kop laag of gaan in vreemde houdingen liggen om pijn te verminderen. Ook afwijkend lopen komt voor. Bij syringomyelie wordt ook vaak gezien dat honden ‘in de lucht krabben’ en kan de wervelkolom bij de nek een kronkel gaan vertonen.
Veel van deze symptomen kunnen ook andere oorzaken hebben die onderzocht moeten worden. Een MRI-scan kan de diagnose van CM ondersteunen en kan SM aantonen. De aandoening kan niet genezen worden maar er kan vaak wel behandeld worden met medicatie om de pijn te verminderen. Operaties zijn soms mogelijk als medicijnen niet goed werken.
Bij Boomers met een erg korte snuit kan BOAS voorkomen, Brachycephalic Obstructive Airway Syndrome. Dit is een groep van afwijkingen die ontstaan door een abnormale bouw van de kop bij honden met een korte neus (brachycephalic, of brachycephaal, = kortschedelig). Mogelijke afwijkingen zijn vernauwde neusgaten, te lang of dik zacht gehemelte, vergrote amandelen, afwijkende bouw van het strottenhoofd (de larynx) en een te smalle luchtpijp. Hierdoor ontstaan klachten als benauwdheid. De honden maken dan vaak snurkende geluiden. Deze zijn een teken van gezondheidsproblemen. Door de belemmering van de ademhaling kunnen honden met BOAS slecht tegen hitte doordat ze niet snel genoeg kunnen afkoelen door te hijgen. Ook kunnen problemen ontstaan bij activiteit en opwinding. Sommige honden met BOAS geven voedsel of slijm op. Overgewicht vergroot het risico op problemen.
De Maltezer, Shih Tzu, Yorkshire Terriër en Lhasa Apso hebben allemaal een verhoogde kans op blaasstenen, dus ook bij de Boomer is dit iets om op te letten. De hond krijgt moeite met plassen en er kan bloed in de urine zitten. Dit kan ook andere oorzaken hebben; om te onderzoeken of er blaasstenen zijn is urineonderzoek nodig en soms ook röntgen- of echo-onderzoek. Bij honden die hieraan lijden is vaak een aangepast dieet nodig. Voldoende drinken en bewegen en het tegengaan van overgewicht helpen daarnaast om blaasstenen te voorkomen. Bij een aantal van deze rassen komt soms ook nierziekte voor.
Een portosystemische shunt (meestal de extrahepatische variant) wordt bij Maltezer, Shih Tzu en Yorkshire Terriër relatief vaak gezien. Hierbij is de bloedsomloop naar de lever afwijkend. Normaal gesproken stroomt het bloed vanuit het maagdarmgebied door de lever, waar het gezuiverd wordt. Bij een portosystemische shunt zijn de bloedvaten niet goed aangesloten waardoor het bloed buiten de lever om loopt. Daardoor blijven afvalstoffen in het bloed, waardoor de hond zichzelf vergiftigt. Ook groeit de lever niet mee, waardoor hij niet voldoende kan functioneren. Symptomen zijn onder andere hersenverschijnselen, sloomheid, braken, diarree en slecht eten. Een operatie is nodig om de bloedsomloop te herstellen.
Bij degeneratie van de tussenwervelschijven en Intervertebral disc disease (IVDD) gaan de tussenwervelschijven achteruit in kwaliteit. Deze schijven zitten tussen de ruggenwervels en vangen daar schokken op en stabiliseren de wervelkolom. Het zijn als het ware stootkussen met een ring van bindweefsel er omheen. Als de ring zwakker wordt en de schijf gaat uitpuilen, kan dat druk geven op de zenuwen en het ruggenmerg, wat pijn oplevert. Ook kan de ring doorbreken en dan ontstaat een hernia. Er kunnen dan naast pijn ook verlammingsverschijnselen ontstaan. Honden willen bepaalde bewegingen niet meer uitvoeren, zoals springen, trap lopen of ook wandelen of omhoog kijken en hebben pijn bij bijvoorbeeld het aanraken van de nek. Ze kunnen ineens gillen, bijvoorbeeld bij een beweging of als ze worden opgetild. Een hernia ontstaat vaak in de hals of in de lage rug. Het komt vaker voor bij honden met chondrodystrophie. Dit zijn honden waarbij de lichaamsverhoudingen afwijken: ze hebben een relatief lange rug en korte poten. Dat geldt vaak ook voor Boomers en de rassen waaruit zij gefokt worden. Bij de Shih Tzu en Yorkshire Terriër komt IVDD vaker dan gemiddeld voor, bij de Yorkshire Terriër en Maltezer wordt ook het uitpuilen van de tussenwervelschijf zonder duidelijke symptomen gezien.
Bij Yorkshire Terriërs en soms ook wel Shih Tzu’s wordt nog een andere afwijking in de wervelkolom gezien, namelijk atlantoaxiale subluxatie. Hierbij is het gewricht tussen de eerste twee nekwervels instabiel, wat pijn en verlamming kan veroorzaken; in ernstige gevallen ook verlamming van de ademhaling waardoor het dier overlijdt. Het komt vooral voor bij kleine (toy-) rassen.
Bij reuen kan cryptorchidie voorkomen. Hierbij zijn een of beide teelballen niet ingedaald. Deze blijft dan in de buikholte of in het lieskanaal zitten. Dit kan complicaties geven zoals een teelbal die om zijn as draait, wat hevige, plotselinge pijn geeft doordat de bloedtoevoer wordt afgesneden. Ook is de kans op tumoren aan de teelballen wat groter en er kan meer testosteron geproduceerd worden, wat invloed kan hebben op onder andere het gedrag van de hond.
Bij teefjes kan dystocia optreden, het niet vorderen van de bevalling doordat de pup te groot is voor het geboortekanaal. Dat kan gevaarlijk zijn voor zowel de pups als de teef.
Het is belangrijk dat er niet gefokt wordt met honden die een te korte snuit, te nauwe neusgaten, ademhalingsproblemen en/of te bolle ogen hebben. Er zijn hiervoor in 2019 wettelijke handhavingscriteria opgesteld waar ouderdieren aan moeten voldoen om met hen te mogen fokken. Zie hiervoor ook het artikel over ‘BOAS bij kortsnuitige honden’.
Om fokkers de mogelijkheid te geven naar langere snuiten toe te werken is tijdelijk toegestaan dat hooguit één van de ouderdieren een te korte snuit had, mits er wel aan alle andere criteria werd voldaan en er gekruist werd met een hond die een voldoende lange snuit had en aan alle overige criteria voldeed. Die uitzondering is per 24 augustus 2023 opgeheven en sindsdien moeten beide ouderdieren aan alle criteria voldoen.
Benodigde ervaring
Voor het op een verantwoorde wijze houden van een Boomer heeft u geen specifieke ervaring nodig. Zorg dat u zich van tevoren goed informeert over het houden en opvoeden van een hond en verdiep u in de rassen waaruit uw Boomer gekruist is.
Aanschaf en kosten
Lees voor u een hond aanschaft het Praktisch document 'De aanschaf van een hond'.
Let goed op als u een Boomer pup wilt aanschaffen.
Omdat de Boomer geen ras is, bestaan er ook geen rasverenigingen. U zult zelf een fokker moeten zoeken. Let daarbij op of de fokker zorgvuldig te werk gaat: zijn de ouderdieren uitgekozen op goede gezondheid en sociaal gedrag, zijn ze getest op veelvoorkomende erfelijke aandoeningen en worden de pups goed gesocialiseerd?
Zorg dat u de ouderdieren of in elk geval de moederhond kunt zien. Let heel goed op de snuitlengte, neusgaten en bolling van de ogen bij zowel ouderdieren als pups om te voorkomen dat u een hondje koopt met gezondheidsproblemen. Kijk of de neusgaten mooi open zijn en of de ogen er schoon en niet geïrriteerd uitzien. Ook bij kruisingen zoals de Boomer moeten de ouderdieren aan de wettelijke criteria voor kortsnuitige honden voldoen! Zie hiervoor ook het artikel over ‘BOAS bij kortsnuitige honden’ elders op onze website. Om binnen de wet te fokken moeten beide ouderdieren aan alle handhavingscriteria voldoen.
Vraag of de ouders getest zijn op patellaluxatie en oogaandoeningen en of u de uitslagen mag zien. Kijk ook of het gebit normaal sluit en de hondjes geen uitstekende onderkaak hebben of hele scheve tanden. Dat is bij een pup nog niet zo goed te zien, dus let ook daarbij op de ouders.
Boomers worden vrijwel altijd aangeschaft via internet en ze worden vaak gefokt door grootschalige fokkers. De socialisatie is daarbij een extra belangrijk aandachtspunt omdat de honden niet in huis opgroeien. Dat maakt de socialisatie lastiger. Vraag wat er gedaan is aan socialisatie, waar de pups aan gewend zijn en hoe dit is aangepakt. Het is in elk geval belangrijk dat de pups kennis hebben gemaakt met verschillende mensen (mannen, vrouwen en kinderen) en gewend zijn aan verschillende geluiden en voorwerpen. Kijk hoe de pups op u reageren: ze horen nieuwsgierig te zijn en niet angstig. Uiteraard is dit ook van belang bij pups die wél in huis zijn opgegroeid; ook daar moet de fokker aandacht besteed hebben aan socialisatie en een positieve kennismaking met verschillende nieuwe mensen, dieren en dingen.
Er worden ook veel Boomers uit het buitenland geïmporteerd. Daarbij zit helaas ook veel malafide hondenhandel: de hondjes zijn vaak niet gesocialiseerd en soms ook niet goed gevaccineerd en ontwormd. Aanwijzingen dat het om een handelaar gaat zijn bijvoorbeeld een heel groot aantal nestjes van allerlei verschillende rassen en kruisingen. Soms wordt echter ook gedaan alsof de pups in een gezin opgroeien. Het stappenplan ‘Puppy via internet’ vertelt u waar u op moet letten om malafide handelaars te vermijden.
Gaat u bij een nest kijken, gebruik dan de LICG-puppychecklist om te beoordelen of u bij een betrouwbaar adres bent.
Wilt u een volwassen Boomer aanschaffen dan kunt u kijken bij een asiel of op herplaatsings-websites op internet. Maak altijd eerst uitgebreid kennis met de hond en vraag goed door over waarom de hond herplaatst moet worden. Let ook op de gezondheid van de hond: let op de neuslengte en de bolling van de ogen, kijk of de neusgaten voldoende open zijn en of de hond goed ademt zonder bijgeluiden, kijk of de hond normaal loopt zonder te ‘hinkelen’ en spreek af dat u hem eerst door uw eigen dierenarts mag laten nakijken voordat de koop definitief wordt.
Maak bij de aanschaf van een pup of oudere hond duidelijke afspraken. Het gebruik van een koopcontract is aan te raden.
Het chippen en registreren van honden is verplicht. Pups moeten geregistreerd zijn op naam van de fokker. Honden uit het buitenland moeten geregistreerd zijn op naam van de importeur. Honden die verkocht of herplaatst worden moeten geregistreerd zijn op naam van de vorige eigenaar. Vraag altijd om een bewijs van registratie! Elke hond die na 1 november 2021 geboren of geïmporteerd is of van eigenaar wisselt moet bovendien een EU-dierenpaspoort hebben.
Krijgt u een hond aangeboden die niet gechipt is, niet geregistreerd is op naam van de verkoper of geen EU-dierenpaspoort heeft, dan houdt de verkoper zich niet aan de wet. Koop de hond niet, want dan bent u zelf ook in overtreding!
U bent verplicht de registratie binnen twee weken na aanschaf op uw naam te zetten via één van de aangewezen portalen. Houd de registratie steeds up-to-date. Meer informatie vindt u op www.chipjedier.nl. Lees daar ook hoe u de registratie moet regelen als u zelf een pup wilt importeren.
De prijzen van Boomer pups variëren tussen ongeveer 500 en 1400 euro. Daarnaast bent u geld kwijt aan benodigdheden zoals een mand, een riem, een etensbak en speeltjes. Kosten voor voeding zijn mede afhankelijk van welk type voer u kiest, maar reken op zo’n 20 euro per maand.
De tarieven van de eventuele hondenbelasting variëren per gemeente. Denk ook aan de kosten van de puppycursus en vervolgcursussen of hondensport. Afhankelijk van de vacht moet u bovendien rekening houden met kosten van de trimsalon.
Houd rekening met terugkerende dierenartskosten zoals entingen, ontworming en behandeling tegen vlooien. Denk daarnaast aan eventuele castratiekosten. Deze zijn mede afhankelijk van het gewicht van uw hond en zijn voor teven hoger dan voor reuen. Informeer vooraf naar dergelijke kosten bij uw dierenarts. Daarnaast kunt u voor kosten komen te staan als uw dier onverhoopt ziek wordt. Voor (onverwachte) dierenartskosten kunt u een ziektekostenverzekering afsluiten.