Sluiten

Regels rondom vervoer paarden naar buitenland veranderd

16-05-2017

Vanaf 1 juni 2017 hoeven paarden die worden verplaatst tussen België, Nederland, Luxemburg en Frankrijk voor bepaalde soorten van verkeer niet meer te worden geïnspecteerd door een officiële dierenarts voor hun vertrek. Ook is er dan geen gezondheidsattest/gezondheidscertificaat meer nodig tijdens hun verplaatsing.

Omdat de gezondheidssituatie van deze vier landen vergelijkbaar is, is er geen specifiek gezondheidsrisico, waardoor deze vereenvoudiging van regels mogelijk is. Dit betekent ook dat paardenhouders bij het reizen tussen deze landen minder kosten hoeven te maken.

Op voorwaarde dat de dieren terugkeren naar hun land van vertrek als het verkeer beëindigd is, heeft deze opheffingsmaatregel betrekking op het verkeer van:

  • paardachtigen die voor sportieve of recreatieve doeleinden worden bereden of geleid (of daartoe bestemd zijn)
  • paardachtigen waarmee wordt deelgenomen aan culturele manifestaties
  • paardachtigen die exclusief voor beweiding of voor werkzaamheden zijn bestemd, voor een maximale duur van 90 dagen
  • paardachtigen die vervoerd worden omwille van diergeneeskundige redenen (met inbegrip van handelingen gericht op de voortplanting, indien deze worden uitgevoerd in een dierartsenpraktijk/ dierenartsenkliniek of door een dierenarts)

De dieren moeten bovendien geïdentificeerd zijn overeenkomstig de wetgeving. Ze moeten vergezeld gaan van een paspoort dat in overeenstemming is met de Europese wetgeving en geïdentificeerd zijn met een microchip (de barcode is opgenomen op het paspoort). De dieren moeten ook geregistreerd zijn in de centrale databank van het partnerland waar ze gewoonlijk worden gehouden.

(bron: Belgische confederatie van het paard)