De aanschaf van een konijn
Het konijn staat op de derde plaats van veel gehouden huisdieren in Nederland. Konijnen zijn populair bij kinderen, maar zeker ook voor volwassenen is het leuk om een stel konijnen te hebben. Ze geven gezelligheid en het is boeiend om hun gedrag te observeren. Konijnen zijn slimmer dan veel mensen denken en het is zelfs mogelijk om hen dingen aan te leren. Bovendien kunnen konijnen zowel in huis als in de tuin gehouden worden en heeft u de keus uit allerlei rassen en maten.
Wie konijnen wil gaan houden, moet echter wel goed weten waar men aan begint. Nog veel te vaak worden konijnen gekocht in een impuls, omdat ze er zo schattig uitzien of voor de kinderen. Zo'n aankoop loopt vaak uit op een teleurstelling, de verwachtingen vooraf kloppen niet of men weet niet genoeg van wat een konijn nodig heeft. Dat is vervelend voor het konijn, maar zeker ook voor u! Een konijn dat in zijn eentje in een hokje in de tuin zit, kwijnt weg, en daar heeft ook zijn eigenaar weinig aan. Een konijn dat samen met een soortgenoot flink de ruimte krijgt en goed verzorgd wordt, is levendig en interessant. Dat geeft u veel meer voldoening en plezier van uw aankoop! Zorg daarom dat u een juiste keuze maakt en weet waar u op moet letten.
Bekijk eerst deze 7 belangrijke tips over de aanschaf van een konijn.
Waarom wil ik een konijn aanschaffen?
Konijnen zijn gezellige en interessante huisdieren. Als u overweegt om een konijn aan te schaffen, moet u er wel even bij stil staan wat u van een konijn verwacht. Konijnen worden vaak gezien als knuffeldieren, maar niet elk konijn is daar dol op. De meeste konijnen houden er niet van om opgepakt en vastgehouden te worden, zeker als ze dat niet van jongs af aan gewend zijn. Het zijn dus meestal geen schootdieren! Konijnen die aan mensen gewend zijn, vinden het wel heel gezellig als u bijvoorbeeld bij hen op de grond komt zitten om hen te aaien, of ze komen bij u op de bank zitten. Zoekt u een dier dat het fijn vindt om aandacht te krijgen en geaaid te worden, dat leuk is om naar te kijken als het rondrent in de kamer of in een groot buitenverblijf en dat bij een goede verzorging wel ouder dan tien jaar kan worden, dan kan een konijn een geschikte keuze zijn.
Past een konijn bij mij?
Voor u beslist dat u een konijn, of liever: twee konijnen, wilt aanschaffen, is het verstandig eerst eens na te gaan of konijnen bij u en uw situatie passen. Hieronder leest u waar u daarbij aan moet denken.
Tijd voor verzorging?
Konijnen hebben natuurlijk verzorging nodig. De hoeveelheid tijd die u hieraan kwijt bent hangt mede af van de manier waarop u de konijnen huisvest. In elk geval moeten de konijnen dagelijks gevoerd worden, vers water krijgen en moet het hok regelmatig worden schoongemaakt, minstens eens per week. Ook moet u de konijnen dagelijks observeren om te zien of het goed met hen gaat en willen de meeste konijnen graag geaaid worden. Konijnen met een lange vacht moeten meestal een paar keer per week gekamd worden om vervilten van hun vacht te voorkomen.
Voldoende ruimte beschikbaar?
Konijnen zijn groepsdieren die beter niet in hun eentje gehouden kunnen worden. U heeft dus in de eerste plaats een voldoende groot hok nodig voor tenminste twee konijnen. De konijnen moeten daarin languit kunnen liggen en moeten rechtop op hun achterpoten kunnen staan, er moet ruimte zijn voor een toilethoek en ze moeten natuurlijk loopruimte hebben. Voor twee kleine konijnen komt dit al snel op een hok van 160 bij 60 cm en 50 cm hoog.
Maar alleen een hok is niet voldoende. Konijnen hebben ruimte nodig om te rennen en springen. Als u konijnen binnen houdt, kunt u ze prima door de kamer laten lopen, want konijnen kunnen vaak zindelijk worden. Maar dan moet u er wel voor zorgen dat dit veilig is voor zowel de konijnen (denk aan het wegwerken van elektriciteitssnoeren) als voor uw huisraad! Als u de konijnen buiten wilt houden dan moet u zorgen voor een flinke ren waar de konijnen niet uit kunnen springen en waar ze zich niet uit kunnen graven. Een konijn dat alleen in een hok zit en niet kan rennen zal sneller dik worden, zwakkere botten hebben, geen goede spieren kunnen ontwikkelen, geen conditie opbouwen en meer kans hebben op gezondheidsproblemen. Bovendien kan hij geen soorteigen gedrag vertonen en zal hij zich niet gelukkig voelen. Heeft u geen ruimte om uw konijnen te laten rennen dan kunt u beter voor een andere diersoort kiezen.
In de huisdierenbijsluiter van het konijn vindt u een uitgebreide beschrijving met aanbevolen maten voor huisvesting van verschillende formaten konijnen onder verschillende omstandigheden.
Wat vinden huisgenoten ervan?
Het is leuker als uw huisgenoten uw huisdieren ook leuk vinden. De kans is dan groter dat zij willen helpen bij het verzorgen en bovendien zullen zij de dieren dan ook aandacht geven. Omdat het houden van konijnen zowel tijd als ruimte vergt, is het onverstandig deze dieren aan te schaffen wanneer uw huisgenoten negatief tegenover de aanschaf staan.
Allergie
Konijnen kunnen allergische reacties uitlokken bij mensen die gevoelig zijn voor allergieën. Ze verharen bovendien minstens twee keer per jaar. Ook de bodembedekking of het hooi van het konijn kan aanleiding geven tot een allergie, bijvoorbeeld als het stoffig is (wat ook voor het konijn niet gezond is). Heeft een van uw huisgenoten of u zelf last van allergieën, dan is het misschien niet verstandig om een konijn te kiezen. Laat dan in elk geval vooraf testen of u allergisch bent voor konijnen. U kunt er ook voor kiezen de konijnen buiten te huisvesten. Bij ernstige allergieën helpt dit echter niet afdoende omdat u toch met de dieren en het verschonen van hun hok bezig zult moeten zijn.
In de ruiperiode kunnen de loskomende haartjes uit de vacht ook de ogen en luchtwegen irriteren, ook als u niet allergisch bent.
Uw konijn en de buren
Buren hebben in het algemeen geen last van uw konijnen. Uw konijnen kunnen echter wel last hebben van bijvoorbeeld buurkatten of -honden als de konijnen in de tuin wonen. U zult er dus voor moeten zorgen dat u katten en honden uit uw tuin houdt. Ook als deze dieren niet daadwerkelijk bij het konijn kunnen komen, kan een konijn van een loerende en jagende kat of hond enorm schrikken. Door stress kan de gezondheid van het konijn in gevaar komen. Een goede schuilplaats is dus heel belangrijk!
Alles weten over konijnen
Konijnen worden vaak gezien als gemakkelijke huisdieren. Dat is echter niet terecht. Konijnen zijn ontzettend leuk, maar het zijn ook vrij gevoelige dieren die ruimte, goede voeding en aandacht nodig hebben. Als u weet wat u doet, kunt u een konijn prima als huisdier houden. Ze kunnen gemiddeld tien jaar oud worden. Helaas gaan veel konijnen op te jonge leeftijd dood. Vaak heeft dat te maken met ziekten en problemen door verkeerde voeding, niet laten inenten, verkeerde huisvesting of stress. Om konijnen op een verantwoorde manier als huisdier te kunnen houden is het nodig dat u zich hier goed in verdiept.
Er bestaan verschillende mogelijkheden om u te oriënteren. De LICG huisdierenbijsluiter van het konijn geeft u de basisinformatie die u moet weten. Daarnaast is op de website onder ‘Praktisch’ nog meer informatie over konijnen te vinden. Ook bij bijvoorbeeld Stichting Konijnenbelangen of op de website van Kleindier Liefhebbers Nederland vindt u nuttige informatie. Er bestaan ook boeken over het trainen van konijnen.
Consequenties van het hebben van konijnen
Als u konijnen aanschaft, heeft dit consequenties. Konijnen kosten u tijd en geld voor verzorging en ze hebben aandacht nodig. Sta daarom eerst even stil bij de hieronder genoemde punten.
Eenmalige en vaste kosten
Een konijn is meestal niet duur in aanschaf, de prijs van een jong konijn begint vanaf ongeveer 15 euro, soms zelfs nog lager. Raskonijnen zijn vaak wat duurder. Behalve het konijn, of beter, twee konijnen, heeft u nog meer nodig: een hok, eetbakjes, een drinkbakje of -flesje, een schuilhokje, speelgoed, een ren als deze niet standaard bij het hok zit of materiaal om uw woonkamer veilig te maken zoals kabelgootjes. Verder heeft u een vervoerbox nodig zodat u de dieren veilig mee kunt nemen naar bijvoorbeeld de dierenarts. Voor een groot binnenhok of een kleiner binnenhok met een ren voor twee kleine konijntjes bent u al snel vanaf 100 euro kwijt, terwijl een mooi groot buitenhok nog een stuk duurder is.
Natuurlijk zijn er kosten die steeds terugkomen: hooi, bodembedekking zoals houtkorrels en stro, droogvoer en groenten. Bij elkaar loopt dat voor twee kleinere konijnen al op tot zo’n 45 euro per maand. Ook maakt u medische kosten: konijnen moeten jaarlijks worden ingeënt tegen myxomatose en de beide varianten van RHD (ook VHD of VHS genoemd). U bent daarvoor zo’n 60 euro per jaar per konijn aan kwijt. Wilt u uw konijnen laten castreren dan kost dit gemiddeld vanaf 85 euro voor een mannetje, voor vrouwtjes zelfs vanaf 150 euro omdat de castratie van een vrouwtje een ingrijpendere operatie is. De kosten zijn mede afhankelijk van het formaat van het konijn en de gekozen methoden. Medische kosten kunnen bovendien per dierenarts verschillen.
Ook kan het voorkomen dat u onverwacht met een konijn naar de dierenarts moet. Bij konijnen moet er snel worden ingegrepen als ze ziek zijn, vaak is het niet mogelijk om een dag te wachten. Soms zult u daardoor in het weekend naar de dierenarts moeten. Dat is bijvoorbeeld nodig als het konijn niet eet, niet poept, niet meer kan plassen, verlamd is, benauwd is of bloed verliest. Zoiets brengt extra consultkosten met zich mee voor een spoed- of nachtconsult. Er bestaat een ziektekostenverzekering voor konijnen, overweeg of het voor u zinvol is deze af te sluiten.
Wie zorgt er voor uw konijnen als u dat niet kunt?
Voor u konijnen aanschaft moet u bedenken wie er voor de konijnen kan zorgen als u op vakantie wilt of om andere redenen tijdelijk niet zelf voor de dieren kunt zorgen. Als de konijnen thuis blijven, moet er minstens elke dag iemand bij de konijnen komen om hen vers water, voer en hooi te geven. Die moet ook even blijven kijken of ze zich normaal gedragen, goed eten en of alles in orde is. Omdat konijnen niet zo snel laten zien dat ze ziek zijn, is het belangrijk dat de oppas uw konijnen redelijk kent en weet waar hij of zij op moet letten.
U kunt de konijnen ook naar iemand toe brengen die er voor wil zorgen. Maar dan moet die persoon wel de mogelijkheid hebben om de dieren los te laten lopen! Misschien kunt u een ren meegeven die aan het hok gekoppeld kan worden, want in het huis van de oppas kan het gevaarlijk zijn uw konijnen los te laten rondwandelen, bijvoorbeeld omdat er snoeren liggen.
Er bestaan ook pensions die konijnen kunnen onderbrengen. U moet dan op tijd reserveren en ervoor zorgen dat de dieren ingeënt en helemaal gezond zijn.
Al een huisdier in huis?
Als u al een huisdier heeft, is het natuurlijk belangrijk dat een konijn hierbij past. Heeft u al een konijn en wilt u een tweede konijn erbij zetten, dan kan dit heel goed gaan. De beste combinatie is daarbij een man en een vrouw samen te zetten, want twee mannetjes gaan vaak vechten en ook tussen twee vrouwtjes gaat het lang niet altijd goed. Het is dan wel erg belangrijk dat in elk geval het mannetje gecastreerd is.
Zet nooit twee vreemde konijnen zomaar bij elkaar in een hok, de kans is erg groot dat ze flink gaan vechten en elkaar ernstig verwonden! Beter is het om ze op neutraal terrein langzaam en onder begeleiding aan elkaar te laten wennen.
Katten kunnen soms prima omgaan met konijnen die niet te klein zijn. Vaak vindt de kat het konijn zelfs een beetje eng, maar er zijn katten die kunnen gaan jagen. Hoe dan ook moet u de kennismaking altijd goed begeleiden. Honden zien konijnen ook vaak als prooi, zeker als ze er niet als pup al aan gewend zijn. Het vergt training om hond en konijn aan elkaar te wennen en met jachthonden zal het vaak niet lukken. Fretten zullen het konijn ook als prooi zien. Laat honden, katten of fretten nooit alleen met uw konijnen, zorg ervoor dat ze niet in het hok kunnen komen en niet voor het hok op de loer kunnen gaan zitten omdat dat stress oplevert. Zorg voor een goede schuilplaats.
Vogels kunnen geneigd zijn naar het konijn te pikken. Vooral de ogen zijn daarbij vaak doelwit. Konijnen en kippen samen in een ren is dan ook niet verstandig.
Konijnen worden soms met cavia’s gehouden. Dat kan goed gaan, maar konijnen en cavia’s spreken elkaars taal niet en het konijn kan de cavia verwonden of er op gaan rijden. Ook hebben cavia’s voer met extra vitamine C nodig en konijnen niet. Het is dan ook geen ideale combinatie.
Tijd om te genieten
En dan is er nóg een consequentie: de konijnen gaan u tijd kosten. Niet alleen voor de verzorging, maar vooral ook om ze te aaien, naar ze te kijken, speeltjes voor ze te bedenken, te lachen om hun rare sprongen als ze vrolijk zijn en mee te genieten als ze heerlijk tegen elkaar aan in het zonnetje liggen. Maar gelukkig is genieten van uw huisdieren een gezonde en leuke vorm van tijdsbesteding!
Wat voor konijn wil ik aanschaffen? Konijnen in allerlei rassen en maten
Er bestaan allerlei konijnenrassen. Deze verschillen van elkaar in onder andere kleuren, afmetingen en gedrag. Een dwergkonijntje dat anderhalve kilo zwaar wordt is heel iets anders dan een flinke Vlaamse reus die wel acht kilo kan wegen. Dit heeft natuurlijk ook gevolgen voor de huisvesting, de kosten voor voer en bodembedekking, de mogelijkheden voor vervoer en de hanteerbaarheid van het dier. De hele grote konijnenrassen worden vaak minder oud dan dwergrassen.
Ook in karakter zijn er verschillen. Hoewel elk konijn weer anders is, blijken dwergkonijntjes in het algemeen wat feller, schichtiger en minder aaibaar te zijn dan de grote konijnenrassen, die meestal rustiger en gelijkmatiger van karakter zijn. Zeker voor kinderen zijn de wat grotere konijnen dan ook een geschiktere keuze.
Heel veel konijntjes die in dierenwinkels of asielen zitten zijn geen raskonijnen. Vaak zijn dit kleine tot middelmatig grote konijnen. Ook hiervan zijn gemiddeld de grotere exemplaren wat rustiger dan de kleintjes.
Er bestaan konijnen met een speciale vacht, zoals ‘leeuwkonijntjes’ die lange haren bij de kop hebben of 'teddydwergen' met een lange, pluizige vacht. Deze laatste moeten minstens om de dag gekamd worden om te voorkomen dat de vacht gaat vervilten en een dikke, dichte laag vormt. Ook bestaan er rasechte angorakonijnen, ze hebben een dikke, lange en wollige vacht waar angorawol van gemaakt wordt. Deze dieren moeten regelmatig geborsteld worden, en bovendien moet de vacht tenminste elke drie maanden geknipt worden!
Konijnen hebben van nature rechtopstaande oren maar er zijn ook konijnen gefokt met hangende oren. Vaak wordt gezegd dat hangoorkonijnen rustiger of vriendelijker zijn, dit gaat echter niet altijd op. Hangoorkonijnen zijn er in verschillende maten. Jonge hangoorkonijntjes hebben vaak nog staande oren of oren die zijwaarts van de kop af staan, later gaan deze pas hangen. De Engelse hangoor is een ras met extreem lange oren. Deze konijnen krijgen daardoor snel beschadigingen aan hun oren. Het is daarom extra belangrijk om hun nagels goed kort te houden.
Erfelijke gebreken
Bij konijnen kan een aantal erfelijke afwijkingen voorkomen. Een voorbeeld daarvan zijn afwijkingen aan de kaak en de stand van tanden en kiezen. Deze zorgen ervoor dat tanden en kiezen niet goed op elkaar afslijten waardoor problemen met eten ontstaan. Vooral bij dwergkonijnen, waarbij gefokt is op een rond hoofd, komt een kaakstand voor waarbij de ondertanden voor de boventanden uit steken, de zogenaamde olifantstanden. Kijk dus bij aanschaf goed of de voortanden netjes recht staan door voorzichtig de lippen wat op te tillen. Ook bestaat er een afwijking aan de poten, splay legs geheten. Dit kan erfelijk zijn maar kan ook een ontwikkelingsfout zijn. Daarbij kan een jong konijn zijn poten steeds minder goed bij elkaar brengen onder het lichaam, waardoor ze in een spreidstand naar buiten komen te staan. Het konijn kan zich dan niet meer goed voortbewegen. Deze aandoening kan voor verlamming zorgen. Bij witte konijnen met blauwe ogen komt soms epilepsie voor. Kleine dwergkonijntjes kunnen soms problemen hebben met de geboorte. Konijnen met hangoren zijn gevoeliger voor oorontstekingen.
Jong of volwassen dier?
Jonge konijntjes kunnen meestal goed tam gemaakt worden door hen rustig aan mensen te laten wennen. Veel mensen vinden jonge konijntjes schattig om te zien. Denk er wel aan dat dit niet lang zo blijft en dat u het konijn ook nog leuk moet vinden als het volwassen is! Een nadeel van het kopen van een jong konijntje is dat u vooraf niet weet welk karakter het dier zal krijgen. Sommige konijnen houden bijvoorbeeld helemaal niet van opgepakt worden of zijn veel te actief voor uitgebreide knuffelbeurten terwijl anderen dit heerlijk vinden. U weet dit pas zeker als het dier volwassen is. Als u een rasloos konijntje kiest waarvan u niet weet hoe de ouders waren, dan heeft u bovendien weinig zekerheid over het uiteindelijke formaat van het konijn. Vaak worden konijntjes verkocht als dwergkonijntjes terwijl ze een forse middenmaat worden. De lengte van de oren kan een aardige indicatie geven voor de uiteindelijke maat van het konijn: hoe langer de oren, hoe groter het konijn. Een ander punt om rekening mee te houden is dat heel jonge konijntjes nog hele gevoelige darmen hebben waardoor ze eerder ziek worden bij verkeerde voeding of plotselinge verandering van voer. Ook dragen jonge konijnen soms ziektekiemen bij zich die de darminfectie coccidiose veroorzaken, waardoor ze flink ziek kunnen worden. Laat een jong konijntje daarom altijd even nakijken door uw dierenarts.
Bij een volwassen konijn, dat u bijvoorbeeld bij een konijnen- of knaagdieropvang kunt aanschaffen, weet u precies wat u krijgt: hij heeft zijn maximale formaat bereikt en u kunt zelf merken wat het karakter is, bijvoorbeeld of hij van eindeloos knuffelen houdt of liever zelf actief bezig is en niet dol is op aaien. Het konijn is al een echte persoonlijkheid waarvan u kunt kijken of dit hij u past. Het is soms moeilijk om een konijn dat niet aan mensen gewend is nog helemaal tam te maken. Vraag na of bekend is waarom het dier herplaatst wordt.
Verschil tussen mannetjes en vrouwtjes
Er zijn bij konijnen wel wat karakterverschillen tussen mannetjes (rammen) en vrouwtjes (voedsters). Denk er wel aan dat dit niet altijd opgaat omdat konijnen individueel sterk van karakter kunnen verschillen.
In het algemeen zijn vrouwtjeskonijnen wat sterker gericht op het verdedigen van hun territorium en hun voerbak. Vooral als ze weinig ruimte hebben kan het dan voorkomen dat ze naar uw hand bijten of grommen als u in het hok moet zijn. Ze kunnen schijnzwanger worden en dan ander gedrag vertonen, soms lichtgeraakt zijn en hun buik kaalplukken.
Mannetjeskonijnen zijn vaak wat rustiger en gelijkmatiger van karakter. Wel heeft u meer kans dat het konijn urine gaat sproeien, hoewel dit ook voorkomt bij voedsters. Ook hebben mannetjes soms de neiging om u als partner te zien en bijvoorbeeld knorrend om u heen te rennen of op uw voet te rijden.
Dit soort verschillen verdwijnen voor een groot deel als u de dieren laat castreren. Bij voedsters wordt dit overigens vaak ‘steriliseren’ genoemd, maar dat klopt niet omdat het in feite om een castratie gaat: het weghalen van de geslachtsklieren. Bij voedsters is dit zeker aan te raden omdat zij een grote kans hebben op baarmoederkanker en baarmoederontsteking op latere leeftijd. Bij mannetjes is het vooral belangrijk om hen te kunnen laten samenleven met een ander konijn.
Eén dier of meer?
Konijnen zijn groepsdieren en horen dan ook niet in hun eentje gehouden te worden. Ze hebben behoefte aan een soortgenoot om tegenaan te liggen, elkaar te wassen en mee rond te rennen. Dat wil niet zeggen dat u zomaar twee konijnen bij elkaar kunt zetten. Konijnen moeten rustig aan elkaar kunnen wennen en bovendien voldoende ruimte hebben met schuilmogelijkheden zodat ze niet verplicht continu dicht bij elkaar hoeven te zijn.
De beste combinatie is een mannetje en een vrouwtje. In dat geval moet tenminste het mannetje gecastreerd zijn om jongen te voorkomen. Fokken met uw eigen konijn is niet aan te raden, er zitten al veel konijnen in de opvang en voor u het weet heeft u meer konijnen dan u lief is. Ook als het vrouwtje gecastreerd is (ook wel “gesteriliseerd” genoemd, hoewel het in feite om een castratie gaat), is het beter ook het mannetje te laten castreren omdat hij haar anders zal blijven lastig vallen. Dat kan gevechten veroorzaken.
Castratie kan bij mannetjes worden gedaan vanaf het moment dat ze geslachtsdrift gaan laten zien en de testikels zichtbaar zijn, zo rond drie tot vier maanden. Bij vrouwtjes wordt het gedaan vanaf ongeveer vijf maanden. Konijnen kunnen echter ook al vanaf drie tot vier maanden vruchtbaar zijn (bij grote konijnenrassen is dat meestal wat later, 5 tot 8 maanden). Als u twee jonge dieren koopt, moet u dus erg goed opletten en er voor zorgen dat u het mannetje bijtijds laat castreren.
Veiliger is om bij kleinere rassen de dieren rond de leeftijd van 3 maanden te scheiden door middel van gaas, het mannetje zodra dat kan te laten castreren en hen daarna weer (stapsgewijs!) bij elkaar te zetten. Na de castratie duurt het bij oudere mannetjes, die al geslachtsrijp waren, nog zo’n twee tot vier weken voor het mannetje echt onvruchtbaar is. Daarna kunt u de dieren aan elkaar laten wennen. Denk er wel aan dat castratie, vooral bij het vrouwtje, een echte operatie is met de daarbij behorende risico’s en kosten.
Twee mannetjes is vaak geen goede combinatie, zeker als ze niet gecastreerd zijn. Ze zullen zeer waarschijnlijk gaan vechten en kunnen elkaar daarbij zwaar verwonden. Soms lukt het om twee gecastreerde mannetjes samen te laten leven als ze veel ruimte hebben en elkaar van jongs af aan kennen, en als er geen vrouwtjes in de buurt zijn.
Twee vrouwtjes kan goed gaan, maar het kan ook op vechten uitlopen. Ook in dit geval is castratie meestal een methode om de dieren wat rustiger en gelijkmatiger van karakter te maken zodat ze beter met elkaar overweg kunnen. Bedenk wel dat dit niet altijd werkt. Vaak worden zusjes uit hetzelfde nest samen verkocht, maar ook zij kunnen als ze volwassen worden gaan vechten.
Een enkele keer komt het voor dat een konijn niet te koppelen is, bijvoorbeeld omdat het dier nooit gewend is geweest om samen met een ander konijn te leven. Als het met meerdere potentiële partners niet lukt, zult u er op een andere manier voor moeten zorgen dat het konijn niet eenzaam en inactief wordt. Breng dan zelf veel tijd met het konijn door, doe bijvoorbeeld spelletjes en zorg voor interessant speelgoed. Soms is een konijn van jongs af aan gewend aan een andere diersoort, bijvoorbeeld een cavia, en accepteert het geen konijnen meer. In dat geval kan zo’n andere diersoort een goede tweede keuze zijn, maar houd in de gaten dat de dieren elkaar niet dwarszitten of verwonden en dat beide dieren geen stress ondervinden van de combinatie.
Twee konijnen koppelen
Wilt u twee volwassen konijnen samen zetten dan moet u dit zorgvuldig begeleiden en langzaam opbouwen. Verzamel vooraf informatie over hoe u dit het beste kunt aanpakken. Begin altijd op neutraal terrein dat voor beide dieren onbekend is. Zet nooit twee vreemde konijnen zomaar bij elkaar in een hok! Bij een konijnenopvang kunt u vaak ook koppels vinden die al aan elkaar gewend zijn en al gecastreerd zijn. Dat scheelt u een hoop tijd, zorgen en kosten. Ook kunnen zij u vaak helpen bij het koppelen van uw konijn aan een nieuw konijn.
Waar wil ik mijn konijn gaan aanschaffen?
Er zijn verschillende manieren om aan een konijn te komen. Het is belangrijk dat u een goed adres vindt zodat u een goede aanschaf doet. Hieronder leest u waar u op kunt letten.
Een betrouwbaar adres?
Konijnen worden aangeboden via dierenspeciaalzaken, fokkers, asielen, speciale konijnen- en knaagdierenopvangadressen of via particulieren. Koopt u bij een dierenspeciaalzaak, dan is het prettig als deze is aangesloten bij Dibevo. De hierbij aangesloten dierenspeciaalzaken hebben een klachtenregeling en een geschillencommissie. Zoekt u een speciaal ras dan kunt u informeren naar adressen van fokkers bij een vereniging voor dat ras, die u kunt vinden via Kleindier Liefhebbers Nederland. Raskonijnen van fokkers hebben meestal een tatoeage in het oor waarmee het konijn kan worden geïdentificeerd. Er bestaan geen officiële stamboompapieren voor raskonijnen. Een konijnen- en knaagdierenopvang vindt u onder andere via de website van Stichting Dierenasiels & Internet.
Waar u het dier ook koopt, het is altijd belangrijk om op een aantal punten te letten. Het is erg belangrijk dat de konijnen in een schoon en voldoende ruim hok zitten. Ze moeten hooi ter beschikking hebben en schoon drinkwater en brokjes. Uiteraard moet het konijn gezond zijn. Een betrouwbare verkoper geeft u informatie over het dier.
Eerste hulp bij lokkertjes
Jonge konijntjes zien er natuurlijk heel schattig uit en zijn moeilijk te weerstaan. Ga dus niet naar nestjes kijken als u niet zeker weet dat u konijnen als huisdier wilt en dat u voldoende weet om er goed voor te kunnen zorgen. Gratis af te halen klinkt aanlokkelijk, maar controleer goed of het dier wel gezond is en oud genoeg om bij de moeder weg te kunnen (zie ‘Waar moet ik bij de aanschaf op letten’). Een consult bij een dierenarts is immers vaak duurder dan de aanschafkosten van een konijn! Ga ook niet in op zielige verhalen en koop geen konijnen bij handelaars die hun dieren niet goed behandelen ‘om ze te redden’. Hoe moeilijk het ook is, door deze konijnen te kopen kan zo’n handelaar op dezelfde voet doorgaan en de volgende dag neemt een nieuw konijn de plaats in van het door u geredde konijn.
Waar moet ik bij de aanschaf op letten?
Als u een goed adres heeft gevonden, is er nog een aantal zaken waar u goed op moet letten bij het kiezen van een konijntje. U wilt immers een gezond konijntje dat aan uw verwachtingen voldoet. Hieronder leest u wat de belangrijkste punten zijn.
Gezondheid
In de eerste plaats moet het konijn dat u wilt aanschaffen natuurlijk gezond zijn. Let er op dat het dier niet te dik of te dun is (kijk bijvoorbeeld hier). De ogen, oren, neus en anus moeten netjes schoon zijn. De vacht moet er glad en glanzend uitzien, hoewel het bij een volwassen dier kan zijn dat het konijn in de rui is. Dan is zijn vacht plukkerig en laten er haren los, meestal gebeurt dit niet overal tegelijk op het lichaam. Er zijn ook dan vaak nog plekken te zien waar de vacht er mooi en glanzend uitziet. De nagels mogen niet te lang zijn. De tanden moeten netjes recht staan, waarbij de bovenste snijtanden over de onderste snijtanden sluiten, en ze mogen niet te lang zijn of uit elkaar wijken. Kijk ook even hoe het konijn loopt: beweegt het zich gemakkelijk? De keutels van het konijn horen mooi droog en vezelig te zijn, niet klein en keihard en ook niet zacht en plakkerig. Het konijn mag niet heel snel of moeilijk ademen of niezen en moet levendig zijn. Houd er wel rekening mee dat konijnen 's middags meestal rustiger zijn dan in de ochtend en avond.
Gedrag
Ook het gedrag van het dier is belangrijk. Een konijntje dat wild wegschiet als u het probeert te aaien is niet goed aan mensen gewend. Het zal veel tijd kosten om het konijn te leren dat u te vertrouwen bent.
Wilt u een konijn om mee te knuffelen dan moet u wel een konijn hebben dat dit leuk vindt. Kijk hoe het konijn op u reageert. Zit het er ontspannen bij als u het aait? Vindt het konijn het vervelend om opgetild te worden? Veel konijnen vinden dit eng, als prooidier hebben ze graag hun pootjes op de vloer zodat ze kunnen vluchten als dat nodig is. Vastgehouden worden lijkt voor hen al snel op gegrepen (en opgegeten) worden. Het kan soms lastig zijn om te zien dat een konijn het eng vindt: niet elk konijn probeert meteen te vluchten. Een konijn dat gespannen is spert zijn ogen open en trekt vaak de neus aan de zijkant wat in terwijl de bovenkant van de neus iets opgetild wordt, waardoor de neus er puntiger uitziet dan als het dier ontspannen zit. Zijn spieren voelen gespannen aan.
Maar er zijn ook konijnen die er helemaal aan gewend zijn en er geen bezwaar tegen hebben om gezellig bij u op schoot te zitten. Overigens kunt u ook prima uw konijn aaien en knuffelen als u zelf op de grond naast het konijn gaat zitten, bijna elk konijn dat mensen gewend is vindt dat wel prettig.
Sommige konijnen reageren agressief als u een hand in het hok steekt of de voerbak wilt pakken. Met veel geduld kunt u dit vaak wel afleren door het konijn meer ruimte te geven en hem te leren dat u niet eng bent. Maar voor kinderen is zo'n konijn minder geschikt.
Leeftijd
Volgens de wet mogen jonge konijntjes pas op een leeftijd van zes weken weg van hun geboorteplek. (Ze mogen daar vanaf een leeftijd van vier weken van hun moeder gescheiden worden maar moeten dan nog tenminste twee weken op het geboortebedrijf blijven). Het is ook om gezondheidsredenen belangrijk dat konijntjes niet jonger verkocht worden. Konijnen hebben een kwetsbare spijsvertering. Ze zijn ook gevoelig voor stress. Als jonge konijntjes bij hun moeder worden weggehaald, dan naar een handelaar gaan en vervolgens in een dierenwinkel terecht komen, hebben ze steeds ander voer, andere omstandigheden en veel stress. Daardoor ontstaan soms darmziekten en helaas komt het regelmatig voor dat jonge konijntjes daaraan dood gaan. Koopt u een jong konijntje, vraag dan naar de leeftijd en neem geen te jong dier, ook niet als u via een particulier koopt. Veel rasfokkers verkopen hun konijnen niet voor ze acht of negen weken oud zijn.
Veel mensen willen een dwergkonijntje, hoewel deze voor kinderen juist wat minder geschikt zijn dan de iets grotere rassen. Bij het kopen van een jong konijntje in een dierenspeciaalzaak kiest men vaak voor een zo klein mogelijk konijntje, in de veronderstelling dat het dan ook echt een dwergje is. Maar dit zijn soms konijntjes die zo klein zijn omdat ze nog heel jong zijn. De wat oudere en dus al wat grotere konijntjes blijven vaak achter in de winkel. Bedenk dat zo’n klein, jong konijntje uiteindelijk natuurlijk even groot wordt als zijn al iets oudere en daarom al iets grotere neefjes en nichtjes! Kies liever voor een wat ouder konijntje, u loopt daarmee minder risico omdat het beter bestand is tegen stress en ziekten. Het is natuurlijk heel vervelend als uw jonge konijntje ziek wordt of zelfs overlijdt! Vraag de verkoper dus naar de leeftijd van de konijntjes.
Het is lastig om in te schatten hoe oud een jong konijntje daadwerkelijk is en hoe groot het zal worden. Om u een idee te geven van het formaat van jonge konijntjes en hoe groot zij worden kunt u bij de foto’s hieronder kijken. U kunt bijvoorbeeld letten op de maat van de oren ten opzichte van de rest van het konijn; echte dwergjes hebben relatief korte oortjes, konijnen met langere oren worden meestal groter en zijn op een leeftijd van zes weken dus ook wat groter. Hele jonge konijntjes hebben een wat rondere kop, bij de meeste rassen wordt de kop als ze wat ouder zijn wat spitser van vorm. Uitzonderingen daarvan zijn de dwergkonijnen en ook de Duitse en Franse Hangoor, zij hebben ook als ze volwassen zijn een vrij ronde kop.
Koopt u een volwassen konijn, bijvoorbeeld bij een opvang, dan is het lastig om te weten te komen hoe oud het konijn is. Bij andere dieren zoals kat en hond kan de dierenarts dit vaak aan het gebit zien, maar omdat de tanden en kiezen van konijnen steeds blijven doorgroeien en zich vernieuwen, kan dat bij konijnen niet. Als een konijn echt al oud begint te worden, steekt de ruggengraat en het bot van de heupen vaak wat meer uit, soms krijgen ze wat last van staar en zijn de ogen daardoor minder helder en ze bewegen minder soepel. Natuurlijk heeft ook zo'n 'ouwetje' nog graag een fijn tehuis en met goede verzorging kunnen ze soms nog jaren mee. En het kan ook voordelen hebben: ze zijn misschien minder springerig, maar ook minder geneigd om overal aan te komen en in uw bank te graven.
Foto's jonge konijntjes
Hier vindt u een aantal foto's van jonge konijntjes zodat u een idee krijgt van het formaat. Door op het plaatje te klikken ziet u een grotere versie.
Bent u er klaar voor?
Zorg dat u een hok klaar heeft staan als u konijnen gaat kopen. Op die manier kunnen de dieren meteen na het vervoer rustig wennen op hun eigen plek. U kunt een konijn niet eerst in een kartonnen doos neerzetten tot u een hok heeft gekocht: ze knagen zich er zo doorheen! In de Huisdierenbijsluiter over het konijn leest u waar u bij de huisvesting voor uw konijnen op moet letten. Zorg ook voor het juiste voer, hooi, bodembedekking, eetbakjes en een drinkflesje of drinkbak. Wilt u het konijn door uw huis laten lopen, maak dan de kamer alvast konijn-proof.
Voor het vervoer op weg naar huis heeft u een stevige en tochtvrije bak nodig waar natuurlijk wel frisse lucht in moet kunnen komen, zoals een plastic vervoerbox voor knaagdieren of katten. Houd rekening met de temperatuur tijdens het vervoer: konijnen kunnen slecht tegen hitte.