De aanschaf van een hond
De hond is een van de populairste huisdiersoorten in Nederland. Dat is niet zo verwonderlijk, want aan het hebben van een hond zitten veel leuke kanten: honden zijn fijne kameraden die naar veel plaatsen mee kunnen, ze kunnen veel leren waardoor ze zich in allerlei situaties kunnen aanpassen, ze zijn graag bij mensen, ze houden ervan om samen met hun eigenaar te wandelen of sporten en we kunnen met hen communiceren waardoor er een band ontstaat tussen hond en eigenaar. Een hond is dus een huisdier waar u veel aan kunt hebben, vooral als u bij de aanschaf van een hond weloverwogen te werk gaat. Door een juiste keuze voor een bepaalde hond en een goed aanschafadres kunt u veel problemen voorkomen.
Bekijk eerst deze 6 belangrijke tips over de aanschaf van een hond.
Waarom wil ik een hond aanschaffen?
Honden kunnen geweldige huisdieren zijn, maar de beslissing om een hond te nemen is er een om goed over na te denken. Want het hebben van een hond brengt veel consequenties met zich mee: een hond kost tijd, energie, aandacht en geld, en niet even maar jarenlang. Natuurlijk krijgt u daar ook veel voor terug: een leuke vriend om samen actief te zijn, een reden om naar buiten te gaan, iemand die altijd blij is u te zien of een knuffel te krijgen. Sta vooraf eens stil bij wat u zich voorstelt bij het hebben van een hond. Welke verwachtingen heeft u, en zijn die realistisch? Hoe fantastisch honden ook kunnen zijn, het blijven honden, met leuke en minder leuke kanten, voordelen en nadelen. Zorg er dus voor dat u een goed beeld krijgt van het leven met een hond, bijvoorbeeld door met andere hondeneigenaren te praten.
Past een hond bij mij?
Voor u beslist dat u een hond wilt, is het verstandig eerst eens na te gaan of een hond bij u en uw leven past. Hieronder leest u waar u zoal aan moet denken.
Tijd voor verzorging?
Een hond kost tijd. Hij wil tenminste vier keer per dag naar buiten, ook als het regent. Zeker tweemaal daags moet dat een langere wandeling zijn. Hoeveel tijd u daarmee kwijt bent, ligt aan het ras: de ene hond heeft veel meer beweging nodig dan de andere. Natuurlijk moet de hond twee keer per dag eten krijgen, sommige honden moeten veel geborsteld worden, veel honden spelen graag met u of worden graag geknuffeld. Er is ook tijd nodig om de hond te trainen en op te voeden. Een pup kost heel veel tijd: die moet u in het begin continu in de gaten houden en kunt u de eerste maanden nog nauwelijks alleen laten.
Voldoende ruimte beschikbaar?
Een hond heeft binnenshuis niet zo heel veel ruimte nodig omdat hij vrij rond kan lopen. Toch scheelt het natuurlijk of het een grote of kleine hond is en of het een beweeglijke hond is of een rustige hond. Elke hond heeft tenminste een eigen, veilige en rustige plek nodig waar hij zich kan terugtrekken en kan slapen zonder steeds gestoord te worden.
Ook buiten moet er ruimte zijn om de hond uit te laten en een plek waar hij lekker los van de lijn kan uitrennen. Heeft u een auto, dan kunt u eventueel wat verder weg gaan wandelen, bijvoorbeeld in het bos of op de hei.
Wat vinden huisgenoten ervan?
Een hond is duidelijk aanwezig in huis en heeft veel invloed op hoe uw dagelijks leven eruitziet. Het is daarom belangrijk dat het hele gezin achter de aanschaf van een hond staat. Als iedereen bovendien dezelfde regels hanteert, is dat voor de hond wel zo duidelijk. Dat maakt de opvoeding een stuk gemakkelijker.
Allergie
Honden kunnen allergische reacties opwekken bij mensen die daar gevoelig voor zijn. De allergene stoffen zitten vooral in de huidschilfers; een haarloze hond is dus niet "hypo-allergeen"! Ook haren en speeksel kunnen allergieën opwekken, en bij honden die verharen worden via die haren ook de huidschilfers verspreid. Er wordt van sommige rassen gezegd dat ze geen allergieën kunnen veroorzaken, maar helaas is dit nog niet bewezen. Wel geven honden die geen haar verliezen maar geknipt moeten worden, zoals de poedel, minder kans op allergische reacties. Dit geeft echter geen zekerheid. Als u vermoedt dat u of een van uw huisgenoten allergisch is voor bepaalde huisdieren, laat dan voor u een hond aanschaft een allergietest doen. Een allergoloog kan u advies geven over wat in uw situatie verstandig is.
Uw hond en de buren
Als u een hond aanschaft, is de kans groot dat uw buren dit zullen merken. Elke hond blaft wel eens en als dit veel gebeurt of uw huis is erg gehorig, dan kan dit een probleem gaan vormen. Door vooraf na te denken over welke hond het beste in uw situatie past, kunt u eventuele problemen proberen te voorkomen.
Alles weten over honden
Het houden van een hond vergt kennis over verzorging en opvoeding. Zorg er daarom voor dat u beslagen ten ijs komt en verzamel vooraf al informatie. Zo hoeft u straks niet gehaast op zoek naar kennis en bovendien geeft een goede voorbereiding ook al veel voorpret. Een goed beginpunt is de LICG Huisdierenbijsluiter Hond en de verschillende documenten over honden die u op onze website vindt. Daarnaast kunt u boeken lezen over honden, praten met mensen die een hond hebben, tentoonstellingen bezoeken en informatie inwinnen bij bijvoorbeeld de Raad van Beheer of de Hondenbescherming.
Consequenties van het hebben van een hond
Het hebben van een hond heeft consequenties voor uw leven. Een hond kost u tijd en geld en verandert vaak ook uw dagritme. Bedenk vooraf met welke veranderingen u te maken zult krijgen.
Eenmalige en vaste kosten
Als u een hond aanschaft, zijn er in de eerste plaats een aantal eenmalige kosten. Natuurlijk zijn dat de kosten voor de hond zelf. Koopt u een raspup, dan kan dit bedrag uiteenlopen van zo’n 400 euro tot wel meer dan 1500 euro. Voor een volwassen hond uit een asiel betaalt u tussen de 125 en 225 euro, vaak afhankelijk van de leeftijd van de hond en voor pups is de prijs vaak wat hoger. Verdere eenmalige kosten zijn die voor een mand, bench, eet- en drinkbak, halsband, riem en borstels en eventueel voor castratie. Terugkerende kosten zijn die voor voer, medische kosten zoals behandeling tegen wormen en vlooien en de vaccinaties. In een aantal gemeenten betaalt u jaarlijks hondenbelasting waarvan de hoogte uiteenloopt. Ook het registreren van het chipnummer van de hond bij een portaal kost geld, dit kan per portaal verschillen. Heeft u een hond die getrimd moet worden dan is dit ook een post om rekening mee te houden. Verdere kosten zijn die voor een hondencursus of hondensport, eventuele vakantieopvang, een uitlaatdienst en onverwachte ziektekosten. Voor deze laatste kunt u een verzekering afsluiten.
Socialisatie en opvoeding
Om van een hond een prettige huisgenoot te maken is het erg belangrijk dat hij als pup goed gesocialiseerd wordt en dat hij een goede opvoeding krijgt. Daar moet u dus voldoende tijd en energie in steken, zeker het eerste jaar. Laat u daarin begeleiden door een goede hondenschool. Ook een volwassen hond moet goed worden opgevoed en voldoende leiding krijgen. Op een cursus leert u hoe u met uw hond kunt omgaan en wat voor uw hond de beste aanpak is. In de Praktische informatie op onze website vindt u meer over deze belangrijke onderwerpen.
Wie zorgt er voor het dier als u dat niet kunt?
Als u op vakantie gaat naar een bestemming waarbij de hond niet mee kan, onverhoopt ziek wordt of om een andere reden niet voor uw hond kunt zorgen, moet er iemand zijn die dit van u over kan nemen. Het kan geen kwaad om vooraf al na te denken wat u in dergelijke gevallen kunt doen. Misschien zijn er familieleden of vrienden die uw hond graag een tijdje in huis nemen of voor u uitlaten, of is er een goed pension in de buurt. Als u dit vooraf al heeft uitgezocht, weet u op het moment zelf alvast wat u kunt doen. Houd er rekening mee dat een pension in het hoogseizoen al maanden van tevoren geboekt moet worden!
Uw hond en de wet
Voor honden gelden bepaalde regels en wetten. Zo hebben veel gemeenten een Hondenbeleid. Hierin is vastgelegd waar u de hond los mag laten lopen, waar u ontlasting moet opruimen en of u hondenbelasting moet betalen. Vraag dit eens op bij uw gemeente en kijk hoe dit bij u in de buurt geregeld is. Sinds 1 april 2013 is er een chip- en registratieverplichting, waarover u hieronder meer leest. Verder mag uw hond natuurlijk geen overlast veroorzaken of anderen een onveilig gevoel geven. Het is verstandig om na te gaan of uw WA-verzekering ook eventuele schade dekt die uw hond veroorzaakt, bijvoorbeeld als hij per ongeluk een fietser omverloopt.
Verplicht chippen en registreren
Alle honden die geboren of geïmporteerd zijn vanaf 1 april 2013 vallen onder de chip- en registratieverplichting. Pups moeten voordat ze zeven weken oud zijn verplicht gechipt worden. Binnen een week na het chippen, en in elk geval voordat ze verkocht worden, moeten ze geregistreerd worden bij één van de daarvoor aangewezen portalen op naam van de fokker. Vanaf 1 november 2021 moet de fokker, ook als dit een particulier met een gelegenheidsnestje is, daarvoor eerst een UBN (registratienummer) aanvragen bij RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland). Ook moet elke pup die na 1 november 2021 geboren is en elke hond die na die datum van eigenaar wisselt een EU-dierenpaspoort hebben.
Na de verkoop moet de fokker de registratie binnen veertien dagen beëindigen en u als koper bent verplicht het chipnummer met uw eigen gegevens binnen veertien dagen te laten registreren via een portaal. Doet u dit niet, dan riskeert u een boete.
Alle honden, ongeacht hun leeftijd, die vanuit het buitenland naar Nederland worden gebracht, moeten binnen veertien dagen geregistreerd worden op naam van degene die de hond heeft geïmporteerd. Dat kunt u zelf zijn als u de hond zelf naar Nederland haalt. In dat geval moet u zich eerst registreren bij RVO. U krijgt dan een UBN, een registratienummer. Binnen twee weken na aankomst in Nederland moet u de hond door een dierenarts laten registreren bij een van de aangewezen portalen. Daarvoor heeft de dierenarts uw UBN nodig. Als de hond nog geen EU-dierenpaspoort heeft dan moet u dat ook binnen twee weken door de dierenarts laten aanmaken.
Koopt of adopteert u de hond via een stichting of asiel of iemand anders die de hond naar Nederland heeft gehaald? Dan moet deze de registratie al geregeld hebben en hoort de hond op naam van deze importeur geregistreerd te staan. Nadat u eigenaar of adoptant van de hond bent geworden moet deze importeur de registratie binnen twee weken afmelden en moet u binnen twee weken het chipnummer en uw eigen gegevens laten registreren bij een van de aangewezen portalen. De chip mag dus niet op naam van een stichting of het asiel blijven staan! Ook hier geldt dat de hond een EU-dierenpaspoort moet hebben.
Een hond uit een asiel hoort gechipt en geregistreerd te zijn op naam van het asiel en ook deze honden moeten een EU-dierenpaspoort hebben.
Elke hond mag alleen overgedragen worden als hij een chip heeft, geregistreerd is op naam van de verkoper en een EU-dierenpaspoort heeft. Is dit niet in orde, dan houdt de verkoper zich niet aan de wet. Koop de hond niet, want dan bent u zelf ook in overtreding! Vraag daarom bij aankoop om een bewijs van registratie en om het EU-dierenpaspoort.
Is de hond geboren in Nederland, dan moet het chipnummer bestaan uit 15 cijfers en beginnen met 528, de landcode van Nederland. Let ook bij een hond uit het buitenland op dat het chipnummer niet met 999 begint; dit zijn testnummers die niet gegarandeerd uniek zijn en niet gebruikt horen te worden.
Valt uw hond onder deze verplichting, dan moet u tijdens het verdere leven van de hond bovendien alle wijzigingen (zoals bij een verhuizing) binnen veertien dagen doorgeven via het portaal en u moet de hond afmelden als hij overlijdt of verkocht of herplaatst wordt.
Meer informatie over deze verplichting leest u op www.chipjedier.nl.
Een grote verandering
De belangrijkste consequentie van het hebben van een hond is dat het u tijd kost en dat u altijd rekening zult moeten houden met de hond. Een hond zal in uw huishouden meedraaien als een extra gezinslid. Dat is natuurlijk erg gezellig, maar het kan betekenen dat u minder vrij bent in uw doen en laten. De hond moet immers bijtijds worden uitgelaten, hij moet eten, en u kunt dus niet meer zo gemakkelijk onverwachts een weekendje weg. Als u de hond meeneemt op vakantie, kunt u soms een museum of andere bezienswaardigheid niet in omdat de hond niet mee mag.
Daar staat tegenover dat u een reden hebt om het huis uit te gaan voor een lekkere wandeling, dat het leuk is om met de hond te spelen of te sporten, dat een hond structuur biedt en dat er iemand is die blij is als u thuiskomt.
Een hond verandert uw leven. Maar als u een goede doordachte keuze maakt en u alles goed voorbereidt, dan is dat een verandering waar u blij mee zult zijn!
Wat voor hond wil ik aanschaffen?
Welke redenen u ook heeft om een hond aan te schaffen: uiteindelijk is het de bedoeling dat dit voor beide partijen een succes wordt. Om die kans zo groot mogelijk te maken, is er direct volgend op de vraag óf u een hond neemt, alweer een tweede belangrijke beslissing: wát voor hond past het beste bij u, uw wensen en uw omstandigheden? Een goede match vormt de beste basis voor een geslaagde relatie met uw nieuwe huisdier.
Wat wilt u wel en wat niet?
De eerste stap in het keuzetraject is dan ook om eens op een rijtje te zetten wat u eigenlijk van een hond verwacht, u maakt als het ware een verlanglijstje. Wat wilt u graag, wat wilt u juist niet? Wilt u een hond die waaks is, eentje die goed met kinderen kan omgaan, een hond om uren mee te kunnen lopen, of juist eentje die vooral gezellig bij u komt zitten? En wat willen uw eventuele huisgenoten? Laat ieder een lijstje maken met die eigenschappen die hij graag ziet in de hond en ook die eigenschappen die hij juist niet wil zien. Leg dan die lijstjes naast elkaar. Wat zijn de belangrijkste punten? Welke dingen zijn “onderhandelbaar”?
Wat kan wel en wat niet?
Vervolgens moet u de randvoorwaarden en beperkingen van uw situatie bekijken. Woont u op een flat zonder lift, dan is een grote zware hond meestal niet zo handig, zeker niet als het ras gevoelig is voor heupproblemen. Traplopen is niet goed voor de gewrichten van de hond, en hoe doet u dat dan als hij pijn krijgt? Woont u in een gehorig huis, dan is een hond die veel en snel blaft niet handig. Heeft u kleine kinderen, dan is het belangrijk dat het een hond is die daar goed mee om kan gaan. Dat geldt ook als u zelf geen kinderen heeft maar wel veel kinderen in de buurt. Werkt u veel en moet de hond regelmatig enige tijd alleen zijn, dan is een aanhankelijk gezelschapsras geen handige keuze. Bent u slecht ter been, dan is een actief werkras vaak geen optie. Denk ook aan de mogelijkheden in uw omgeving: is er ruimte om de hond te laten loslopen? Zo niet, dan kunt u beter geen hele actieve hond kiezen, of u moet er steeds met de auto op uit. Op die manier gaat u na welke typen honden in elk geval niet in aanmerking kunnen komen.
Welk uiterlijk spreekt u aan?
Voor veel mensen is het uiterlijk van hun hond ook belangrijk, en bovendien heeft een bepaald uiterlijk soms gevolgen voor de verzorging. Bedenk dus ook eens wat u leuk vindt om te zien en welke consequenties dit heeft. Heeft u graag een grote hond of juist een kleintje? Beide hebben voor- en nadelen. Wilt u een hond met staande oren of hangoren, of een spitse of een stompe neus? Het is maar net wat u aanspreekt. Vergeet niet dat sommige uiterlijke kenmerken ook gevolgen hebben voor de gezondheid van de hond. Dat betekent soms dat er extra verzorging nodig is of dat sommige activiteiten niet geschikt zijn voor de hond. Kies geen hond met overdreven uiterlijke kenmerken, zoals een erg platte neus. Dat is slecht voor het welzijn en de gezondheid van de hond.
Ook de vacht is een punt om bij stil te staan. Sommige mensen vallen op het knuffelige uiterlijk van een langharige hond, maar vindt u het ook leuk om een paar keer per week die vacht uitvoerig uit te kammen en te borstelen? Ook moeten deze vachten vaak getrimd worden, een steeds terugkerende kostenpost. Een kortharige vacht betekent dat u minder hoeft te kammen, maar ook deze vachten kunnen flink verharen en de korte haartjes blijven soms overal in hangen. Ruwharige vachten moeten meestal geplukt worden door een hondentrimmer.
Als u bovenstaande vragen heeft kunnen beantwoorden, ontstaat al een plaatje van een hond. Nu wordt het tijd om dat plaatje in te kleuren: wat wordt het precies? Een ras, een kruising, of een bastaard?
Rassen
Er bestaan meer dan 300 verschillende hondenrassen. Elk ras heeft zijn eigen combinatie van eigenschappen. Hoe kiest u uit zoveel verschillende mogelijkheden een hond die bij u past?
De FCI (Federation Cynologique International) is de internationale overkoepelende organisatie die verantwoordelijk is voor het erkennen van rassen en uitgeven van stambomen. Stambomen die niet afkomstig zijn van de FCI worden dus ook niet in alle landen erkend. Binnen Nederland is de Raad van Beheer op Kynologisch Gebied de nationale overkoepelende organisatie die FCI-stambomen mag uitgeven en het Nederlands Hondenstamboek (NHSB) bijhoudt.
De rassen die door de FCI worden erkend zijn ingedeeld in tien rasgroepen. Deze worden onderscheiden naar uiterlijk, kenmerken en verwantschap. Het is een goed begin om deze rasgroepen te vergelijken en te zien welke u het meeste aanspreekt en het beste bij uw situatie past.
In de Praktische informatie over ‘Rasgroepen’ vindt u een overzicht van belangrijke kenmerken per rasgroep. Over diverse hondenrassen zijn er bovendien speciale Huisdierenbijsluiters: de Rassenbijsluiters. Op de website van de Raad van Beheer op Kynologisch Gebied vindt u een beschrijving van elke rasgroep en van alle erkende rassen. Ook een goede hondenencyclopedie kan u een beeld geven van wat u van een bepaald ras kunt verwachten.
Stamboomhonden
Stamboomhonden zijn honden van een bepaald ras die, zoals de naam al zegt, een officiële FCI- of NHSB-stamboom hebben. Dat betekent dat van hen precies bekend is wie hun ouders en grootouders zijn, en dat die allemaal tot datzelfde ras behoren. Dit wordt door een DNA-test gecontroleerd. U heeft dus zekerheid over de afkomst van de hond, en u weet zeker dat het een echte rashond is. Daarnaast kunt u zo ook met zekerheid nagaan of de voorouders gezondheidsonderzoeken hebben gedaan. Alleen stamboomhonden kunnen worden ingeschreven in het Nederlands Hondenstamboek (NHSB) dat wordt bijgehouden door de Raad van Beheer.
Stamboomhonden worden vaak gefokt door fokkers die zijn aangesloten bij een rasvereniging. Zo’n vereniging heeft regels over zorgvuldig fokken. Het is ook mogelijk dat fokkers die niet zijn aangesloten bij een rasvereniging honden met een stamboom fokken. Zij hoeven niet te voldoen aan de fokregels van de rasverenigingen Zij moeten wel voldoen aan de gezondheids- en welzijnseisen van de Raad van Beheer voor het uitgeven van een stamboom, bijvoorbeeld over het tegengaan van inteelt en het welzijn van de fokdieren. U herkent een in Nederland gefokte stamboomhond aan het unieke chipnummer dat altijd begint met 52814000.
Look-alikes
Er zijn ook honden die er uitzien als een bepaald ras en ook twee ouders hebben die lijken op dat ras, maar zonder dat de honden een stamboom hebben. Dit worden vaak ook rashonden genoemd, maar er is niet na te gaan of al hun voorouders ook tot dat ras behoorden en of het dus wel echt rashonden zijn. Het is heel goed mogelijk dat er tussen hun voorouders een hond van een ander ras zit, of een kruising. Maar ze hebben wel alle kenmerken van dat ras. Deze honden worden ook wel ‘look-alikes’ genoemd. Ze hebben geen stamboom en kunnen dus niet worden ingeschreven in het Nederlands Hondenstamboek. Omdat de afkomst niet is vastgelegd is bij de look-alikes dus ook niet na te gaan of de voorouders bepaalde gezondheidsonderzoeken hebben ondergaan.
Kruisingen en bastaards
Ook als u geen rashond (met of zonder stamboom) maar een kruising of bastaard wilt aanschaffen, heeft u er iets aan om de verschillende rasgroepen en rassen eens nader te bekijken. Een kruising is een hond waarvan de ouders wel tot een ras te herleiden zijn, bijvoorbeeld omdat men één of beide ouders kent. Een bastaard is een mengelmoes waar van alles in kan zitten. Vaak is van een kruising wel te zeggen uit welk type honden deze ontstaan is. En zelfs van een bastaard kan iemand die er een beetje kijk op heeft, zoals een dierenarts, hondeninstructeur of asielmedewerker, u wel vertellen welke rasgroepen er waarschijnlijk in terug te vinden zijn. Zo kunt u toch een indicatie krijgen van welke eigenschappen u kunt verwachten.
Let op gezondheid
Rashonden kunnen gevoelig zijn voor specifieke gezondheidsproblemen. Zo zijn er rassen met meer aanleg dan gemiddeld voor heupproblemen, knieproblemen, oogproblemen en dergelijke, en bij een aantal rassen kunnen de erfelijke problemen zo groot zijn dat het welzijn van de hond en zijn levensverwachting verminderd is.
Op de speciale website van het LICG, de Rashondengids, vindt u van de populairste rassen welke erfelijke aandoeningen er bij dit ras binnen Nederland van belang zijn. De gegevens zijn afkomstig van recent onderzoek door het ExpertiseCentrum Genetica Gezelschapsdieren van de Faculteit Diergeneeskunde van Universiteit Utrecht.
Rasverenigingen kunnen u vaak meer vertellen over de aandoeningen die bij hun ras voorkomen en hebben doorgaans een fokreglement. Daarin kunnen verplichtingen zijn opgenomen om ouderdieren te laten testen voor er mee gefokt wordt. Koop uw hond bij een fokker die zich aan dit fokreglement houdt en ga na wat de resultaten van eventuele tests zijn, maar realiseer u ook dat dit helaas geen garantie geeft dat uw hond de aandoening niet zal krijgen. Houd er daarom rekening mee dat bepaalde rassen voor bepaalde situaties niet geschikt zullen zijn. Een hond van een ras dat gevoelig is voor heup- of knieproblemen kunt u bijvoorbeeld beter niet op een bovenwoning houden, tenzij het dier klein genoeg is om de trap op en af te tillen.
Behalve erfelijke aandoeningen die door fouten in bepaalde genen worden veroorzaakt, zijn er ook gezondheidsproblemen die te maken hebben met de raskenmerken waarop de honden gefokt zijn. Kortneuzige honden hebben bijvoorbeeld eerder problemen met de ademhaling, langharige honden met hangende oren kunnen eerder last krijgen van oorontsteking, honden met veel huidplooien kunnen last krijgen van ontstekingen of huidirritatie. Dit soort kenmerken stellen dus hun eigen eisen aan de verzorging en daar zult u tijd voor vrij moeten maken als u een dergelijk ras kiest.
Als er door de fokkers te veel wordt geselecteerd op overdrijving van dit soort kenmerken, kunnen het welzijn en de gezondheid van de hond hier flink onder lijden. Van een aantal rassen ligt de gemiddelde leeftijd bijvoorbeeld relatief laag doordat ze met allerlei gezondheidsproblemen kampen. De Raad van Beheer probeert dit terug te dringen door op tentoonstellingen niet meer te belonen voor overdrijving. Rasverenigingen gaan verschillend met deze problematiek om. Ga daarom zelf na wat eventuele problemen van het ras van uw keuze zijn, bijvoorbeeld via de LICG Rashondengids. Probeer te achterhalen wat de rasvereniging hieraan doet en houd er rekening mee bij het kiezen van een fokker.
Dit alles geldt overigens niet alleen voor officiële rashonden met stamboom, maar ook voor look-alikes. Zij komen immers voort uit dezelfde verzameling genen.
Meer informatie over erfelijke problemen bij honden vindt u in de LICG Rashondengids en in de Rassenbijsluiters. U kunt ook uw dierenarts om advies vragen.
Laat u niet verleiden
Regelmatig ontstaan problemen door een verkeerde raskeuze. Mensen hebben soms de neiging zich te laten verleiden door schattige puppy’s of letten te veel op het uiterlijk van een hond zonder aandacht te geven aan het karakter. Film en televisie hebben invloed op de raskeuze terwijl ze vaak een verkeerd beeld van een ras geven. Ook zijn hondenrassen regelmatig ‘in de mode’. Maar bijvoorbeeld Border Collies kunnen dan mooi zwart-wit zijn en een leuk tussenmaatje hebben, het zijn echte werkers met een uitgesproken karakter en voor heel veel mensen totaal niet geschikt als huishond. De Dalmatiër heeft door de Disney-film het imago van gemakkelijk, slim en aanhankelijk gekregen en die leuke stippen vinden veel mensen aantrekkelijk, maar ook dit zijn zeker geen honden voor beginners, ze kunnen flink eigenzinnig en zelfverzekerd zijn en zijn bovendien ontzettend sterk. En kleine hondjes zoals Chihuahuas worden door sommige mensen als mode-accessoire gezien, maar vergis u niet: ook al zijn ze klein, het zijn echte honden die dus ook echte honden-eisen stellen aan verzorging en opvoeding!
Kies dus in de eerste plaats met uw verstand voor een bepaald type hond en laat u niet verleiden door het uiterlijk of imago.
Een reu of een teef?
Voor sommige mensen maakt het niet uit of hun hond een mannetje (reu) of een vrouwtje (teef) is. Toch zijn er wel wat verschillen die voor uw keuze een rol kunnen spelen.
Het meest opvallend is natuurlijk dat de reu zijn poot optilt bij het plassen, hoewel er ook teven zijn die dat doen. Ze doen dit om hun territorium te markeren. Van sommige rassen kunnen de reuen op volwassen leeftijd minder goed omgaan met andere reuen. Reuen zijn vaak iets groter, zwaarder en sterker dan teven. Ze kunnen de neiging hebben om zich buiten meer te laten gelden tegenover andere honden, wat kan resulteren in imponerend gedrag. Door een goede opvoeding is dit doorgaans wel in goede banen te leiden. In huis zijn reuen vaak wat aanhankelijker dan teven. Reuen kunnen last van hun hormonen krijgen als er loopse teven in de buurt zijn en kunnen dan weglopen en slecht luisteren.
Teven kunnen loops en schijnzwanger worden, en uiteraard nestjes krijgen. Ze kunnen soms wat minder gelijkmatig van karakter zijn dan reuen vanwege hun hormooncyclus. Buiten zijn teven vaak wat rustiger dan reuen, hoewel er ook teven zijn die vooral tegen andere teven hun status duidelijk willen maken met overheersend gedrag.
Beide geslachten hebben zo hun voor- en nadelen, het loont dus de moeite om hier even bij stil te staan.
Jong of volwassen?
Een belangrijke keuze is ook: wordt het een pup of kiest u een volwassen hond, of zelfs een senior?
Pups zijn leuk, maar kosten erg veel energie en tijd, zeker het eerste jaar. Onderschat dit niet! U kunt ze de eerste maanden nog niet lang alleen laten, kunt u dat wel regelen? Pups maken soms dingen stuk, ze moeten alles nog leren, zijn nog niet zindelijk. Bent u ontzettend netjes op uw spullen, of heeft u weinig tijd om in de opvoeding te steken, dan is een pup misschien niet de beste optie. Bovendien: als u een pup neemt, dan moet u er rekening mee houden dat u afhankelijk van het ras de hond voor tien tot soms wel zestien jaar lang in huis zult hebben. Hoe is uw eigen situatie over die tijd? Bent u dan nog in staat om goed voor het dier te zorgen?
Een volwassen hond, via herplaatsing of uit een asiel, is vaak al opgevoed en heeft al dingen geleerd. Dat heeft natuurlijk voordelen. Er is vaak het een en ander bekend over zijn karakter, zodat u een indruk krijgt of de hond geschikt is voor u. Maar het is ook mogelijk dat de hond te weinig of de verkeerde dingen geleerd heeft, vervelende ervaringen achter de rug heeft of probleemgedrag heeft ontwikkeld. Dan kost het extra energie en vaak geld om dit te veranderen, en soms is dat zelfs niet mogelijk. Zorg dus dat u zich goed laat informeren over het gedrag van de hond en laat eventueel een hondengedragsdeskundige met u meekijken.
Een volwassen hond die al op leeftijd is kan een goede match vormen wanneer u zelf niet zo actief kunt zijn of wanneer u over een lange periode niet goed kunt overzien of u nog wel in staat zult zijn om voor een hond te zorgen. Het kan ook een prettig gevoel zijn om een wat ouder dier nog een aantal fijne jaren te kunnen geven. Maar een hogere leeftijd brengt ook extra uitdagingen met zich mee: de hond is soms niet meer zo goed ter been, kan ouderdomskwalen krijgen en de kans is groter dan bij een jonge hond dat hij speciaal voer of medicijnen nodig zal hebben. Dat zijn zaken die bij de keuze kunnen meespelen en waar u bij stil moet staan. Vergeet echter niet dat ook een jonge pup uiteindelijk een oude hond zal worden, en ook dan komt u met deze ouderdomsverschijnselen in aanraking en zult u zich daarop moeten aanpassen.
Al een huisdier in huis?
Als u al een of meerdere andere huisdieren in huis heeft, kan dit consequenties hebben voor uw keuze. Heeft u bijvoorbeeld konijnen of knaagdieren, dan is dit een minder handige combinatie met een hond met veel jachtinstinct. Sowieso zult u hen altijd goed in de gaten moeten houden, hoewel sommige honden uitstekend kunnen wennen aan de aanwezigheid van dergelijke dieren. Een al aanwezige kat kan ook een goede combinatie vormen met uw hond, maar dat ligt er vooral aan of de kat al honden gewend is en natuurlijk geldt dit andersom ook voor de hond. Een pup kunt u doorgaans goed wennen aan een kat in huis. Ook hier geldt dat een hond met veel jachtinstinct, en zeker als dit een volwassen hond is, moeilijker te wennen is aan andere diersoorten in huis en eerder geneigd zal zijn om achter hen aan te jagen.
Heeft u al een andere hond in huis, dan kunt u deze meenemen als u een volwassen hond gaat bekijken. Bij pups is dat lastiger, omdat uw hond natuurlijk niet bij het nest mag. Vaak heeft u zelf wel een indruk hoe uw al aanwezige hond omgaat met andere honden en of hij of zij wellicht een voorkeur heeft voor teven of reuen of bijvoorbeeld niet houdt van honden van een bepaald type. Bij sommige rassen is de combinatie van twee reuen of twee teven problematisch, bij andere rassen juist niet. Houd daar rekening mee. Twee honden zullen bovendien een onderlinge rangorde vaststellen. Daarbij moet u ervoor waken dat u deze natuurlijke rangorde niet steeds verstoort door bijvoorbeeld de oude hond meer rechten te geven dan de nieuwe als de honden zelf hebben besloten dat de nieuwe hond hoger in rang is dan de oude. Hoewel dit tegen ons rechtvaardigheidsgevoel in druist, kunt u in zo’n geval beter de rangorde aanhouden die de honden zelf bepaald hebben, anders zullen ze steeds weer strijd leveren om de hiërarchie weer in ere te herstellen.
De X-factor
Mag u dan helemaal niet op uw gevoel afgaan bij de keuze van een hond? Ja, natuurlijk wel, en het is zelfs heel verstandig om een hond te kiezen waarbij u het gevoel heeft: dit is hem! Want als niet alleen uw verstand maar ook uw hart voor een hond kiest, heeft u meer voor hem over, is het gemakkelijker om er energie in te steken en krijgt u sneller een goede band met uw huisdier. Een hond aanschaffen is ten slotte iets anders dan een apparaat kopen: het moet ‘klikken’. Probeer alleen wel om toch binnen de grenzen te blijven die u vooraf met uw verstand had afgebakend. Dat voorkomt dat u thuiskomt met een pupje dat er weliswaar nu schattig uitziet, maar u op latere leeftijd veel problemen zal bezorgen. Niets is tenslotte zo moeilijk als afstand te moeten doen van een huisdier omdat het gewoonweg niet gaat. Bespaar uzelf en de hond dat scenario. Volg uw hart met verstand!
Een betrouwbaar adres?
Bij de aanschaf van een hond is het belangrijk om een betrouwbaar adres te vinden en niet overhaast te werk te gaan. U wilt immers een gezonde hond die aan uw verwachtingen voldoet. De overheid geeft weinig regels voor de handel in honden. Dat betekent dat u zelf goed moet weten waar u op moet letten als u een aanschafadres zoekt. Daarbij zijn er verschillen in de aanschaf van een pup en die van een volwassen hond.
Bij wat voor fokker wil ik mijn pup gaan aanschaffen?
Een pup kunt u van verschillende typen verkopers aanschaffen. Waar u de pup ook aanschaft, het is altijd verstandig gebruik te maken van de LICG puppy-checklist. Deze helpt u beoordelen of u bij een betrouwbaar adres bent.
Rasfokkers
Wilt u een rashond, dan kunt u voor adressen van rashondenfokkers terecht bij een rasvereniging, aangesloten bij de Raad van Beheer. Deze verenigingen hebben een fokreglement waarin eisen staan waar de fokker en de ouderdieren aan moeten voldoen. Vaak worden bijvoorbeeld testen op sommige erfelijke ziekten bij de ouderdieren verplicht. Ook zijn er meestal regels over hoe vaak een teefje een nest mag krijgen en bij sommige rassen worden ook eisen gesteld aan het karakter van de ouderdieren. Dat is belangrijk omdat bijvoorbeeld angst en agressie deels erfelijk kunnen zijn. Natuurlijk blijft het verstandig ook zelf te controleren of de fokker van uw keuze zich aan de regels van de rasvereniging houdt.
De rashondenfokkers die bij de rasverenigingen zijn aangesloten, kunnen mensen zijn die hobbymatig af en toe een nestje fokken van hun rashond. Het kunnen ook mensen zijn die bedrijfsmatig meerdere nestjes rashonden per jaar fokken als zij zelf meerdere teven hebben.
Ook buiten de rasverenigingen om kunnen honden met een stamboom worden gefokt. In dat geval moet u zelf controleren of het fokken op verantwoorde wijze gebeurt en of de ouderdieren bijvoorbeeld getest zijn op erfelijke ziekten.
Voor honden met een stamboom is op de website van de Raad van Beheer voor een aantal erfelijke aandoeningen op te zoeken of zij en hun voorouders getest zijn en wat de uitslag was.
Elke hond waarvoor een stamboom wordt aangevraagd moet sinds juni 2014 door middel van een DNA test worden gecontroleerd op afstamming door de Raad van Beheer. U heeft daardoor bij een hond met FCI-stamboom zekerheid over de afkomst van de hond.
Het kan gebeuren dat u op een wachtlijst komt te staan voor u in aanmerking kunt komen voor een pup. Dit vinden mensen soms vervelend, maar in de tussentijd kunt u zich al wel goed voorbereiden op uw nieuwe huisgenoot, boeken lezen over hondengedrag en genieten van de voorpret. U bent als het ware 'in verwachting' van uw pupje: dat kan juist leuk en spannend zijn!
Beroepsfokkers
Er bestaan ook fokkers die beroepsmatig fokken, maar geen rashonden met stamboom fokken. Dat kunnen look-alikes zijn, maar ook kruisingen, zoals de verschillende soorten kruisingen van kleine gezelschapshondjes, vaak ‘boomers’ genoemd. Deze fokkers hebben meerdere teven en fokken meer dan zo’n vijf nestjes per jaar. Zij kunnen zijn aangesloten bij een overkoepelende organisatie van beroepsfokkers (VBK), maar ze kunnen ook zelfstandig zijn. In elk geval hoort elke fokker die bedrijfsmatig honden fokt volgens de wet te voldoen aan het Besluit houders van dieren en moet een bewijs van vakbekwaamheid ‘Hond en kat’ hebben (of het vroegere Bewijs van Vakbekwaamheid Honden- en Kattenbesluit).
Particulieren
Puppy's worden ook aangeboden door particulieren via advertenties, veelal op internet. Soms gaat het daarbij om mensen die graag een keer een nestje van hun hond wilden of om ‘ongelukjes’. Het is goed mogelijk dat deze mensen heel goed voor de pups zorgen en hun taak bij de socialisatie serieus nemen, en gelukkig gaat het vaak goed. Zeker voor een bastaard of kruising kan dit dan ook een goed adres zijn. Helaas komt het soms ook voor dat men eigenlijk niet goed weet waar men mee bezig is. Men is niet goed voorbereid en weet eigenlijk te weinig over fokken, goede voeding en het testen op erfelijke aandoeningen.
Asielen
Ook bij asielen zijn soms pups, meestal omdat een teef zwanger wordt binnengebracht. Vraag dan goed na of er iets bekend is over de voorgeschiedenis en of het asiel ervoor zorgt dat de pups een goede socialisatie krijgen, dus wennen aan gewone huiselijke omstandigheden en nieuwe dingen zoals verkeer, mensen en kinderen. Niet elk asiel heeft daar de gelegenheid voor.
Waar vind ik aanbieders en hoe maak ik mijn keuze?
Als u een pup van een rasfokker wilt kopen, kunt u het beste via de rasvereniging naar fokkers zoeken. U kunt dan met meerdere aangesloten fokkers contact opnemen, eerst een oriënterend bezoek brengen en dan besluiten bij welke fokker u een pup zou willen kopen. Soms gaat de verdeling van pups via de rasvereniging, bijvoorbeeld bij rassen die nog in opbouw zijn.
Voor veel andere pups is het internet al snel de eerste plek waar naar pups wordt gezocht. Daarbij moet u goed opletten, want er zijn veel handelaars actief die alleen geïnteresseerd zijn in geld verdienen en die u proberen te misleiden. Dat kan overigens ook gelden voor advertenties in bijvoorbeeld dagbladen.
Internetplatform
Zowel rashondenfokkers als fokkers van kruisingen kunnen hun pups aanbieden via de website van ‘Bazoeki’. Fokkers die hierop willen adverteren moeten voldoen aan de voorwaarden van de Bazoeki standaard met betrekking tot gezondheid, verzorging en socialisatie. Ze moeten bovendien duidelijke, transparante informatie geven over hoe zij fokken. De fokkers worden door Bazoeki gecontroleerd. Om te zorgen voor een goede match vraagt de fokker ook informatie aan de koper.
Verkoopsites: pas op voor puppyhandelaren en broodfokkers
Er worden veel pups aangeboden door tussenhandelaren, vaak via verkoopsites op internet. Sommige handelaren hebben hele “puppywinkels” waar u van allerlei rassen een pup kunt bestellen. Soms staan meerdere mensen zich hier te verdringen om een pup uit te kiezen en heeft u het gevoel dat u zich moet haasten met uw beslissing, voor een ander ‘uw’ pup voor uw neus wegkaapt. En het is zelfs mogelijk om de pup aan huis te laten bezorgen, alsof het een postorderbestelling is! Dit is natuurlijk geen manier om een verantwoorde keuze te kunnen maken voor een nieuwe huisgenoot.
Uiteraard kunnen al deze nesten niet door de handelaar zelf gefokt worden. Meestal heeft u geen enkel zicht op de ouderdieren en is de moeder niet aanwezig. U weet ook niet waar de pups zijn opgegroeid, al zal men u misschien verzekeren dat ze in huis zijn opgegroeid. Soms blijken ze echter uit achteraf gelegen schuurtjes te komen of van een 'broodfokker' (zie hieronder) met grote massale kennels, waar ze niet of nauwelijks gesocialiseerd zijn. Deze dieren hebben een grotere kans om op latere leeftijd gedragsproblemen te ontwikkelen, zoals angst voor vreemde mensen of dingen en uit angst voortkomende agressie, dan pups die in huis zijn opgegroeid. Ook heeft u meer kans op erfelijke afwijkingen omdat de ouderdieren niet getest zijn.
De pups die u op deze manier kunt kopen zijn vaak snel ‘voorradig’ en meestal goedkoper dan de pups die u via een rasvereniging koopt. Als u pech hebt, bent u echter in een iets later stadium het bespaarde geld in veelvoud kwijt aan dierenartskosten of gedragstherapie en soms komen de gezondheids- of gedragsproblemen nooit meer goed. U kunt dus beter wat langer wachten en soms wat meer betalen voor een gezonde, goed gesocialiseerde pup van een betrouwbare fokker die goed voor zijn dieren zorgt, dan dat u kiest voor een pup uit deze ‘massaproductie’.
Broodfokkers
Met de term 'broodfokkers' bedoelen we hier mensen die honden fokken op een manier waarbij het geldelijke gewin voor hen belangrijker is dan de gezondheid en het welzijn van de pups en hun moeder. Daarom letten ze niet op gedrag en erfelijke afwijkingen, er is vaak geen socialisatieprogramma en soms worden de pups zelfs niet afdoende medisch behandeld tegen bijvoorbeeld wormen of besmettelijke ziekten. Het gaat hen er alleen om, zo snel mogelijk zoveel mogelijk pups te fokken en te verkopen. Het spreekt voor zich dat u een groot risico neemt als u een hondje bij zo'n broodfokker vandaan haalt. Behalve dat de kans op ziekten reëel is, kunt u ook eerder gedragsproblemen verwachten zoals angst of agressiviteit.
Particulier of handelaar??
Soms lijkt een advertentie van een particulier die eenmalig een nestje heeft, maar zit er achter de advertentie toch een tussenhandelaar of een broodfokker. Het komt helaas regelmatig voor dat malafide hondenhandelaars nestjes bij particulieren onderbrengen om de pups van daaruit te verkopen. Zo lijkt het op een gelegenheidsnestje. Het kan moeilijk zijn om hier een onderscheid in te maken als u niet weet waar u op moet letten.
Ga nooit alleen af op de eerste indruk die de pups maken, want een erfelijke aandoening kunt u vaak niet van de buitenkant zien. Ook de vriendelijkheid van de verkoper is geen garantie dat u met een betrouwbaar adres te maken heeft: hij of zij wil immers iets aan u verkopen. Het is daarom heel erg belangrijk dat u weet op welke punten u wél moet letten bij het beoordelen van een aankoopadres.
Stappenplan ‘Puppy via internet’
Om u te helpen bij het selecteren van betrouwbare aanbieders heeft het LICG een stappenplan ontwikkeld. Hierin staat stap voor stap beschreven waar u op kunt letten als u advertenties bekijkt, aanbieders selecteert, contact legt met de aanbieder en op bezoek gaat om naar de pups te kijken.
Het stappenplan ‘Puppy via internet’ vindt u hier.
Een pup uit het buitenland
Wilt u een pup van een buitenlandse fokker halen, dan moet u er rekening mee houden dat elke hond, dus ook elke pup, een geldige rabiësvaccinatie moet hebben om de grens over te mogen. De rabiësvaccinatie mag worden gegeven vanaf een leeftijd van 12 weken en is geldig na 3 weken ‘inwerktijd’. Dat betekent dat pups jonger dan 15 weken niet mogen worden geïmporteerd. De pup zal dus langer dan gebruikelijk bij de fokker moeten blijven!
Behalve dat een particulier soms een enkele pup van een fokker naar Nederland wil halen, worden er door handelaars ook in grotere hoeveelheden pups vanuit het buitenland naar Nederland gehaald. Daarbij wordt niet altijd volgens de regels gehandeld. Vooral uit Oost-Europa worden pups aangevoerd van onbetrouwbare (malafide) handelaars. Men probeert de pups vaak te verkopen via internet. Er wordt gebruik gemaakt van medeplichtigen die doen alsof het nestje bij hen thuis is opgegroeid.
Het kan lastig zijn om te herkennen of u met zo’n buitenlandse pup van een handelaar te maken heeft. Het is namelijk mogelijk dat deze pups ongechipt de grens overgesmokkeld zijn en hier alsnog met een Nederlandse chip gechipt zijn.
De pup moet met een EU-dierenpaspoort van het land van oorsprong over de grens vervoerd worden. Is de pup eenmaal in Nederland, dan mag een dierenarts hem een nieuw Nederlands EU-dierenpaspoort geven. Zo probeert men soms buitenlandse pups als Nederlandse pups te verkopen.
Bij het veranderen van paspoort moet echter in het nieuwe paspoort door de dierenarts worden aangetekend dat de pup van oorsprong een andere nationaliteit had en het paspoortnummer van zijn oorspronkelijke paspoort moet daarbij vermeld worden. Bekijk het paspoort van uw pup dus nauwkeurig, controleer alle bladzijden op notities en kijk wat de nationaliteit van het paspoort is. Nederlandse EU-dierenpaspoorten gedrukt tot halverwege 2023 hebben een code die begint met 528-NL; in de loop van 2023 is overgegaan op een nummering die start met NL en daarachter EP gevolgd door 10 cijfers.
Pups jonger dan 15 weken die geboren zijn in het buitenland maar in Nederland worden aangeboden zijn bovendien illegaal ingevoerd, want zij kunnen nog geen geldige rabiës vaccinatie hebben! Controleer dus ook de leeftijd van de pup volgens het paspoort. Gebruik de LICG puppy-checklist om u te helpen beoordelen of u bij een betrouwbaar adres bent.
Waar moet ik bij de aanschaf op letten: de PUPPY-CHECKLIST
Waar u een pup ook koopt, u moet altijd op een aantal zaken letten als u op bezoek gaat bij de fokker. Als deze niet in orde zijn, kunt u de pup beter niet kopen, ook al ziet het diertje er nog zo schattig uit! U moet bijvoorbeeld letten op het gedrag, de gezondheid en de manier waarop de dieren gefokt zijn, en het is belangrijk dat de fokker rustig de tijd neemt om uw vragen te beantwoorden. U bespaart uzelf veel problemen door een goede voorbereiding en door overhaaste beslissingen te voorkomen.
Om u hiermee te helpen, heeft het LICG een puppy-checklist opgesteld. Daarin worden de belangrijkste zaken opgenoemd die u moet controleren als u een pup gaat kopen. U vindt de LICG puppy-checklist hier. Lees hem goed door, print hem uit en neem hem mee als u gaat kijken!
Eerste hulp bij lokkertjes
Pups zijn altijd schattig. Verkopers profiteren daarvan. Het is nu eenmaal erg moeilijk om zo’n jong dier te weerstaan, en als u eenmaal gaat kijken is de kans groot dat u meteen verkocht bent. Ga dus nooit ‘alvast eens kijken’, zeker niet bij adressen waar allerlei rassen en veel nesten tegelijk worden aangeboden. De kans is dan immers groot dat u alsnog met een ras thuiskomt dat u eigenlijk niet had gekozen, omdat het pupje er toch wel erg schattig uitzag. Bovendien is bij een grote hoeveelheid pups de kans kleiner dat de fokker of verkoper voldoende tijd heeft gehad om de pups allemaal goed te socialiseren en begeleiden.
Zeg ook niet toe dat u de pup zult kopen bij een eerste bezichtiging maar ga altijd meerdere keren bij een nest kijken.
Als u kinderen heeft, zullen die graag mee willen. Toch is dat niet zo handig, want dan moet u behalve het vertederende pupje ook nog die smekende kinderogen weerstaan! Neem de kinderen dus pas mee als u de beslissing om de pup te kopen al genomen heeft.
Maak een lijstje van dingen die u wilt vragen en zaken waar u op moet letten en neem u voor om geen pup te kopen als deze vragen niet beantwoord kunnen worden of als de pup niet aan de checklist voldoet. Bent u bang dat u toch in de verleiding komt, neem dan iemand mee die u er aan kan herinneren wat u zich voorgenomen had!
Koop ook geen zielig, slecht uitziend pupje omdat u er medelijden mee heeft. Zijn plek wordt vaak de volgende dag alweer ingenomen door een volgende en op die manier blijven de mensen die deze pupjes verkopen succesvolle handelaren!
Wetgeving over fokken en verkopen
Wie bedrijfsmatig (dus met enige regelmaat) honden fokt, houdt en/of verkoopt moet in Nederland voldoen aan de eisen van het Besluit Houders van Dieren (voor juli 2014 gold hiervoor het Honden- en Kattenbesluit (HKB)). Zij moeten een UBN voor bedrijfsmatige houders hebben (een registratienummer) en een diploma Vakbekwaamheid. Dit geldt bijvoorbeeld voor hondenfokkers, asielen en pensions. In het Besluit worden eisen gesteld aan huisvesting en basisverzorging.
Vanaf 1 november 2021 is het ook voor hobbyfokkers of voor particuliere fokkers die eenmalig een nestje krijgen verplicht zich te registreren bij RVO. Zij krijgen dan een UBN voor niet-bedrijfsmatige houders. Dit is nodig om de pups te kunnen laten chippen en registreren en een EU-dierenpaspoort voor de pups te kunnen krijgen.
Een chip, een registratie op naam van de verkoper (fokker, importeur of vorige eigenaar) en een EU-dierenpaspoort zijn verplicht. Een hond waarbij een van deze zaken ontbreekt mag niet verkocht worden; zowel verkoper als koper zijn dan in overtreding. Meer hierover leest u op www.chipjedier.nl.
In het Besluit houders van dieren staat bovendien dat pups pas met zeven weken bij de moeder vandaan mogen worden gehaald en dat ze in staat gesteld moeten worden om te wennen aan mensen, relevante dieren en omstandigheden waaronder ze later gehouden zullen worden. Daarnaast is er wetgeving die het couperen van staart of oren en het verwijderen van bijklauwtjes verbiedt.
Koopt u van een bedrijfsmatige fokker? Let er dan op dat de fokker van uw pup een diploma Vakbekwaamheid volgens het Besluit Houders van Dieren heeft en zich aan bovenstaande wetgeving houdt! Houd wel in gedachten dat dit alleen om randvoorwaarden gaat en dat u zelf moet letten op de invulling hiervan, bijvoorbeeld op de manier waarop de pups gesocialiseerd zijn.
Garantie
Wie iets koopt bij een winkel of handelaar heeft recht op garantie volgens het consumentenrecht. Dat geldt ook voor het kopen van een hond bij een fokker, handelaar of winkel. Het gekochte dier moet voldoen aan de eisen die normaal gesproken aan dit dier kunnen worden gesteld. Omdat een hond een levend wezen is kan de verkoper nooit 100% garanderen dat de hond gezond is en blijft. De verkoper moet echter wel kunnen aantonen dat hij er alles aan heeft gedaan om hiervoor te zorgen. Hij moet bijvoorbeeld weten welke gebreken binnen een ras voorkomen, en ervoor zorgen dat de dieren alle benodigde verzorging, vaccinaties en ontwormingen krijgen en naar behoren worden verzorgd.
Als de pup iets mankeert, heeft u vaak het recht om de pup terug te geven en een nieuwe pup te krijgen. De meeste mensen zullen dit echter niet willen en bovendien is een nest vaak al helemaal vergeven. In dat geval kan men overeenkomen dat de verkoper bijvoorbeeld een deel van de dierenartskosten op zich neemt. U moet dan wel met de verkoper overleggen voordat u de kosten maakt!
U als koper moet ook voldoen aan uw onderzoeksplicht. U moet dus voordat u de pup koopt zelf goed opletten of er iets mankeert aan het dier. Dit kunt u doen door bijvoorbeeld de LICG puppy-checklist langs te lopen. Het is ook verstandig om kort na aankoop bij uw dierenarts langs te gaan voor een kennismaking en gezondheidscheck.
Het kan soms lastig zijn om van de verkoper te krijgen waar u recht op heeft. Ook dit is een reden om niet te snel te beslissen en alleen bij betrouwbare verkopers te kopen! Meer over consumentenrecht en garantie leest u in het Praktisch document Consumentenrecht.
De aanschaf van een volwassen hond: een goed adres
Volwassen honden kunt u op verschillende plaatsen aanschaffen. Zoekt u een rashond, dan zijn er rasverenigingen die bemiddelen bij herplaatsing. Daarnaast bestaan er organisaties die zich bezighouden met herplaatsing van zowel rashonden als bastaarden. Ook particulieren bieden soms een volwassen hond aan ter overname.
In asielen zitten natuurlijk veel volwassen honden. Dit kunnen zowel rashonden zijn als kruisingen en bastaarden. Vaak wordt gedacht dat er met een hond uit het asiel wel iets mis zal zijn, maar dit hoeft helemaal niet. Zo komen er ook honden in het asiel doordat hun eigenaren gescheiden zijn en nu geen tijd meer hebben voor de hond, doordat iemand ziek wordt of in een verzorgingstehuis terecht komt of doordat de eigenaar overlijdt. Bovendien kan gedrag wat voor de één een probleem is, voor de ander niet zo belangrijk zijn. Een hond die bang is voor baby’s kan het prima doen bij een ouder echtpaar, een hond die niet lang alleen kan blijven is geen bezwaar voor iemand die zijn hond altijd mee wil nemen, en zo is er voor heel veel honden toch een geschikt tehuis te vinden. Bovendien is er aan probleemgedrag vaak iets te doen. Dat kost wel tijd, energie en vaak ook geld voor begeleiding maar kan ook veel voldoening geven. Voor iemand die nog niet eerder een hond heeft gehad is zoiets meestal niet aan te raden.
De Hondenbescherming heeft een asielhond-checklist opgesteld zodat men goed voorbereid te werk kan gaan bij het uitkiezen van een asielhond. U vindt deze op hun website.
Er worden ook veel voormalige zwerfhonden aangeboden die afkomstig zijn uit het buitenland. Bij de aanschaf van zo’n hond zijn er speciale aandachtspunten. Het is bijvoorbeeld belangrijk een betrouwbare stichting te vinden en u moet rekening houden met mogelijk probleemgedrag. Overweegt u zo’n hond aan te schaffen, lees dan eerst ons document over ‘De aanschaf van een buitenlandse zwerfhond of -kat’.
Ga niet over één nacht ijs
Ga altijd een paar keer naar de hond kijken voor u een beslissing neemt. Ga een eindje met hem wandelen en speel met hem, kijk hoe hij is en hoe hij op u reageert. Verzamel zoveel mogelijk informatie over de hond. Ga na wat eventuele erfelijke afwijkingen zijn die bij het ras kunnen voorkomen als het een rashond of kruising is en kijk of hij gevaccineerd is en of u zijn paspoort mag zien. Vraag precies na waarom de hond weg moet en hoe het gedrag van de hond is. Soms is het verstandig om de hond te laten checken door een dierenarts, bijvoorbeeld als er erfelijke aandoeningen kunnen zijn die u niet goed zelf kunt waarnemen, vraag dan of dit mag.
Het kan prettig zijn als u een proeftijd hebt: de hond komt bijvoorbeeld een week bij u logeren zodat u kunt zien of het goed gaat. Houd er wel rekening mee dat het voor uzelf moeilijk kan zijn om hem daarna alsnog terug te brengen!
Duidelijke afspraken
Maak altijd hele goede afspraken en gebruik een koopcontract of, als er geen betaling is, een overdrachtsovereenkomst. Zo kunt u aantonen dat de hond van u is. Let op: er bestaan constructies waarbij een asiel of een stichting eigenaar blijft van de hond en u als een soort pleeggezin fungeert. Bedenk u goed wat dit voor consequenties kan hebben en of u dit wel wilt! Denk er ook aan dat u de chip op uw naam en adres moet laten zetten als de hond gechipt is.
Verplichte chip en registratie?
Voor elke hond die wordt overgedragen, of het nu om verkoop, adoptie of particuliere herplaatsing gaat, is een chip, een registratie op naam van de vorige houder en een EU-dierenpaspoort verplicht. Vraag de verkoper om het registratiebewijs en het EU-dierenpaspoort. Is de hond niet gechipt en geregistreerd of is er geen paspoort, dan bent u in overtreding als u de hond toch overneemt.
U bent vervolgens verplicht om binnen twee weken na aankoop de registratie op uw naam laten zetten. Dat geldt ook als de hond officieel eigendom van de organisatie blijft: de organisatie is verplicht zijn registratie binnen twee weken af te melden en u moet zich binnen twee weken aanmelden. De registratie moet namelijk op naam van de houder staan en is geen eigendomsbewijs.
Haalt u de hond zelf uit het buitenland, dan moet u binnen twee weken na grensovergang de hond laten registreren bij een portaal door een dierenarts. Daarvoor moet u eerst een UBN aanvragen bij RVO. Heeft de hond nog geen EU-dierenpaspoort dan moet u dat door de dierenarts laten aanmaken.
Voor de rest van het leven van de hond bent u bovendien verplicht om de registratie actueel te houden en wijzigingen, vermissing, verkoop of overlijden binnen twee weken door te geven aan het portaal.
Meer informatie over de chip- en registratieverplichting vindt u op www.chipjedier.nl.
Bent u er klaar voor?
Voor u de hond in huis krijgt is het verstandig om te zorgen dat u alles klaar heeft staan. Op die manier heeft de hond meteen een eigen plekje om aan te kunnen wennen. Ook is het handig om vooraf met het hele gezin vast te stellen welke regels er zullen gaan gelden voor de hond. Zo weet iedereen wat er wel en niet mag en dat is voor de hond wel zo duidelijk. Krijgt u een pup, maak dan van tevoren uw huis puppy-proof! Als u kunt voorkomen dat uw pup verkeerde dingen leert, zoals knagen aan schoenen of uw planten omgooien, dan hoeft u dit later niet meer af te leren. Datzelfde geldt voor een volwassen hond: voorkomen is een stuk eenvoudiger dan afleren!
De kosten van een hond: De Rekenkamer
Het programma De Rekenkamer heeft uitgerekend hoeveel geld een gemiddelde hond tijdens zijn leven kost. Natuurlijk is er variatie mogelijk, afhankelijk van uw keuze voor een ras of type, welke spullen u kiest voor uw hond en wat voor keuzes u maakt met betrekking tot de verzorging. De Rekenkamer kwam voor een gemiddelde hond uit op zo’n 18.000 euro voor een hondenleven van 12 jaar: wel een overweging waard voordat u een hond aanschaft!
Video van RVO over de aanschaf van een hond
RVO maakte dit filmpje over zaken waar u rekening mee moet houden als u een hond wilt gaan aanschaffen.