Sluierstaart
Sluierstaartgoudvissen komen in allerlei varianten voor, met verschillende vormen en kleuren. Het zijn rustige vissen die het beste tot hun recht komen in een mooi aquarium met alleen sluierstaarten of met andere rustige vissoorten. Bij voldoende ruimte en een goede verzorging kunnen sluierstaarten vrij groot en relatief oud worden.
Kies het juiste dier voor uw situatie: lees vóór het kopen eerst of de sluierstaart het huisdier is dat u zoekt.
Algemeen
De sluierstaartgoudvis is een variant van de gewone goudvis, een gekweekte zoetwatervis uit de familie van de karperachtigen. Hij wordt kortweg ‘sluierstaart’ genoemd. In de natuur komen sluierstaarten niet voor. Sluierstaartgoudvissen worden gekenmerkt door een gedeelde staartvin en anaalvin en een korte en gebogen ruggengraat.
De sluierstaartgoudvis wordt gemiddeld vijftien tot vijfentwintig centimeter lang. Om tot zijn maximale lengte uit te groeien heeft deze vis voldoende ruimte nodig. Ze kunnen met goede verzorging en veel zwemruimte zeker twintig jaar oud worden en soms zelfs ouder, hoewel ze dit in een aquarium lang niet altijd halen.
Verschillende varianten
Er bestaan diverse vormen van de sluierstaartgoudvis. Sluierstaarten komen voor in verschillende kleuren, zoals oranje, rood, wit, zwart of gevlekt. Daarnaast zijn er vormen zonder rugvin, met uitpuilende ogen of bolle koppen.
Enkele voorbeelden zijn:
- Telescoopoog (demekin): een vis met een kort lichaam, met grote uitpuilende en naar voren gerichte ogen.
- Ruykin: dé sluierstaart, met verlengde vinnen en een kort lichaam.
- Hemelkijker: deze variant heeft een iets langer lichaam met uitpuilende, naar boven gerichte ogen.
- Blaasoog: een lichaamsbouw zoals de hemelkijker maar met onder elk oog een grote, met vocht gevulde, hangende blaas.
- Moor of zwarte sluierstaart: dit is de zwart gekleurde versie van de telescoopoog en heeft een gedrongen lichaam met uitpuilende ogen. Soms worden deze vissen op latere leeftijd oranje, dit kan komen door een hoge watertemperatuur.
Houd er bij de keuze van uw vis rekening mee dat al deze verschillende vormen voor de vis zelf nadelen kunnen hebben. Uitpuilende ogen beschadigen bijvoorbeeld snel en het ontbreken van een rugvin is slecht voor de stabiliteit. Dergelijke kenmerken worden schadelijke raskenmerken genoemd.
Van nature
Sluierstaartgoudvissen kunnen door hun bouw niet zo snel zwemmen. Het zijn rustige, vreedzame vissen die graag met soortgenoten in een bak leven.
Huisvesting
Bij het opzetten, inrichten en onderhouden van een aquarium komt heel wat kijken. In de praktische informatie over ‘het tropisch zoetwateraquarium’ leest u hoe u dat aan kunt pakken en worden de gebruikte termen nader uitgelegd.
De meest geschikte huisvesting voor de sluierstaart is een aquarium. Een vissenkom is niet geschikt, deze heeft een relatief klein wateroppervlak zodat maar weinig water met de lucht in contact komt. Hierdoor kan minder zuurstof uitgewisseld worden. Een filter is in een kom moeilijk te plaatsen. Ook is er geen beschutting door middel van een achterwand mogelijk, wat stress op kan leveren voor de vissen. Bovendien is een kom al snel veel te klein voor de sluierstaart.
Sluierstaarten zijn, net als gewone goudvissen, vissen die met soortgenoten samen leven. Neem er dus minimaal twee maar liefst meer.
Omdat ze vrij groot kunnen worden is er ook een groot aquarium nodig. Voor twee jonge sluierstaarten is een aquarium van minimaal 60 centimeter lang nodig, maar ze groeien snel. Al na zo’n zes maanden moet u overgaan op een aquarium van tenminste een meter lang, liefst nog langer. Omdat u daarvoor dan ook weer passende apparatuur zoals een sterkere filterpomp en eventueel verwarming nodig heeft, kunt u beter direct met een groot aquarium starten. Pas in een voldoende groot aquarium kunnen de vissen zich goed ontwikkelen en tot hun maximale afmetingen doorgroeien.
Houd de sluierstaart niet samen met snellere, grote goudvisvarianten of andere drukke of agressieve vissen, dit geeft te veel stress voor de langzaam zwemmende sluierstaarten.
Sluierstaarten kunnen minder goed tegen koud water dan gewone goudvissen. De temperatuur van het water kan het beste tussen 12 en 24 graden Celsius worden gehouden, waarbij een temperatuur tussen 18 en 22 graden het meest gunstig is. Bovendien kan bijvoorbeeld de zwarte sluierstaart beter tegen lage temperaturen dan vormen als de blaasoog en de hemelkijker. In warm water zijn de vissen actiever dan in koud water. Een verwarmingselement is niet nodig als uw kamertemperatuur redelijk stabiel is, maar zorg ervoor dat de temperatuur niet te veel schommelt. Hier kunnen de vissen niet goed tegen.
Het water kan eventueel bewerkt worden met een neutraliserend middel dat schadelijke stoffen zoals koper en chloor bindt. Overigens wordt aan het water in Nederland vrijwel nooit chloor toegevoegd.
De pH-waarde (zuurgraad) van het water moet ongeveer tussen 7 en 7,5 liggen, de totale hardheid (GH) tussen zes en zestien dH. Een filter en verlichting horen tot de basisuitrusting van het aquarium. Pas op dat u geen luchtpompje heeft dat belletjes op het wateroppervlak veroorzaakt, dit kan problemen met de zwemblaas van uw sluierstaarten veroorzaken. De stroming mag niet te sterk zijn, omdat sluierstaarten daar niet tegenin kunnen zwemmen.
Sluierstaartgoudvissen woelen de bodem van het aquarium om. Gebruik daarom geen scherpe bodembedekking zodat ze hun mond niet beschadigen. U kunt het beste afgeronde aquariumkiezels van één tot drie millimeter gebruiken.
Planten zijn decoratief in het aquarium en bieden de vissen schuilplaatsen. Bovendien helpen planten om de waterkwaliteit op peil te houden, ze gebruiken bijvoorbeeld het afvalproduct nitraat als voedsel. Daarnaast vormen planten een goede aanvulling op het dieet van de sluierstaart.
Pas bij sluierstaarten met uitpuilende ogen op met het plaatsen van scherpe of harde voorwerpen. Zij kunnen hun ogen gemakkelijk beschadigen.
Sluierstaarten zijn minder geschikt dan 'gewone' goudvissen om in een vijver gehouden te worden, doordat ze niet tegen lage watertemperaturen bestand zijn. Ze kunnen dus niet in de vijver overwinteren. Heeft u uw sluierstaarten ’s zomers in een vijver, span dan een net tegen reigers en katten. Sluierstaarten vormen een gemakkelijke prooi omdat ze langzaam zwemmen.
Verzorgen en hanteren
Dagelijks moet u de vissen even bekijken om te zien of ze gezond zijn. Controleer ook de watertemperatuur en verwijder eventuele voedselresten. Haal elke week losse plantenresten weg.
Test geregeld het water met testsetjes die u in de dierenspeciaalzaak kunt kopen. Belangrijk zijn daarbij vooral de zuurgraad (pH), de hardheid en de hoeveelheid ammoniak, nitriet en nitraat. Bij een goed werkend filter zijn ammoniak en nitriet niet meetbaar aanwezig. Nitraat kan het gemakkelijkst uit het water worden verwijderd door water te verversen. Ververs daarom regelmatig, afhankelijk van de gemeten waterkwaliteit. Een richtlijn voor sluierstaarten is om elke twee weken ongeveer een derde van het water te vervangen.
Het mechanische deel van het filter kunt u uitspoelen met schoon water als het vies begint te worden, bijvoorbeeld tijdens het water verversen , en indien nodig vervangen. Gebruik geen heet water en geen schoonmaakmiddelen.
Gebruik voor het spoelen van het biologische filtermateriaal het oude aquariumwater en spoel niet al het materiaal tegelijk schoon om de bacteriën zoveel mogelijk te behouden. Indien nodig kan het materiaal worden vervangen, maar doe dit beetje bij beetje zodat er steeds voldoende bacteriën aanwezig blijven om het water te kunnen schoonmaken. Om te controleren of uw filter goed werkt of vervangen of schoongemaakt moet worden, moet u de waterkwaliteit testen.
Maak indien nodig de ruiten schoon met filterwatten of een magneetveger. Bij hardnekkige aanslag kunt u een krabber gebruiken.
Gebruik attributen die voor het aquarium bestemd zijn, zoals een emmer en schepnetje, alleen voor het aquarium en niet voor andere huishoudelijke activiteiten. Was altijd uw handen nadat u met het aquarium bezig bent geweest. Gebruikt u een hevelslang, zorg er dan voor dat u geen water binnen krijgt. Sommige visziekten zijn ook besmettelijk voor mensen.
Voeding
Sluierstaarten zijn alleseters, ze eten zowel dierlijk als plantaardig voer. Gebruik voor sluierstaarten altijd zinkende voerkorrels, geen drijvend voer. Bij het happen naar drijvend voer krijgt de sluierstaart snel te veel lucht binnen. Als hoofdvoer kunt u droogvoer gebruiken dat geschikt is voor sluierstaarten. Daarnaast kunt u levende, gedroogde of diepgevroren watervlooien, muggenlarven of Tubifex geven. Diepvriesvoer dient u wel te ontdooien en op kamertemperatuur te geven. Levend voer en diepvriesvoer kunnen soms ziekten overbrengen, dus haal ze bij een vertrouwde leverancier.
Als plantaardig voedsel eten sluierstaartgoudvissen graag waterplanten, zoals waterpest, of algen. U kunt hen ook geblancheerde blaadjes sla, spinazie of waterkers geven.
Geef de vissen één keer per dag voer. Af en toe een dag overslaan is niet erg, goudvissen eten snel te veel. Omdat hun spijsverteringskanaal is vervormd, kunnen sluierstaarten door een overdaad aan voer extra snel last krijgen van verstopping. Voer de vissen zoveel als ze in een minuut op kunnen eten en zorg dat er geen resten blijven liggen.
Voortplanting
Het onderscheid tussen mannetje en vrouwtje kunt u pas zien als de vissen geslachtsrijp zijn, meestal op een leeftijd tussen één en drie jaar oud. Als het tijd is om te paren, heeft het vrouwtje een vollere buik, de mannetjes vertonen ‘paaiuitslag’: witte stipjes op de kieuwdeksels en soms op de borstvinnen.
Het vrouwtje zet de eieren af tussen planten, geholpen door tenminste twee mannetjes die tegen haar zijkant duwen met hun kop. Dit kan een dag duren en er worden duizenden eitjes afgezet. Deze worden door de mannetjes bevrucht.
Goudvissen vertonen geen broedzorg. Na ongeveer vijf dagen (mede afhankelijk van de temperatuur van het water) komen de jongen uit en blijven dan nog enkele dagen aan de planten hangen. De ouders eten hun jongen op, u kunt de jongen of de ouders dan ook beter in een aparte bak zetten. Voer de jongen met algen, opfokvoer en klein dierlijk voedsel zoals muggenlarven. De jongen zijn erg gevoelig voor temperatuurschommelingen.
Sluierstaartgoudvissen worden donker gekleurd geboren, het duurt een maand of acht voor ze oranje kleuren.
Ziekten en aandoeningen
Om uw vissen gezond te houden is het erg belangrijk om te zorgen voor een goede waterkwaliteit en goede voeding. Stress kunt u voorkomen door de vissen zoveel mogelijk met rust te laten en een vast dagpatroon aan te houden. Zet geen soorten bij elkaar die elkaar lastigvallen. Tekenen van gezondheidsproblemen zijn een doffe of aangetaste huid, geknepen vinnen, een afwijkende lichaamsvorm of een afwijkende manier van zwemmen (bijvoorbeeld schommelend of scheef).
Bij de sluierstaartgoudvis komen erfelijke aandoeningen voor. De speciale vorm van de verschillende varianten van de sluierstaart kan nadelig zijn voor de gezondheid en het welzijn van de vis. Het ontbreken van de rugvin bij hemelkijker en blaasoog zorgt ervoor dat zij slecht hun balans houden. De ogen van de telescoopoog, hemelkijker en blaasoog zijn kwetsbaar en beschadigen snel, met mogelijk infecties tot gevolg. Ook de verdikte huid op de kop van sommige varianten is gevoelig voor infecties. Bij de hemelkijker is er bovendien sprake van het achteruitgaan van het netvlies waardoor het zicht steeds slechter wordt.
Sluierstaarten hebben snel last van te veel lucht in hun zwemblaas. Dit kan veroorzaakt worden door lucht happen tijdens het eten van drijvend voer, of door een luchtpompje dat belletjes aan het wateroppervlak veroorzaakt. Door de lucht in hun zwemblaas raken de vissen uit evenwicht en gaan op hun kop zwemmen. Ook kunnen ze soms moeilijk overeind blijven doordat ze last hebben van verstopping.
Sluierstaartgoudvissen kunnen, net als veel andere aquariumvissen, last krijgen van parasieten. Voorbeelden van parasitaire huidaandoeningen zijn witte stip en fluweelziekte. Een veel voorkomende huidparasiet is de karperluis, die zich aan de vis hecht om bloed te zuigen. Deze kunt u op de vis zien zitten als een grijsbruin vlekje van ongeveer een halve centimeter doorsnede.
Op de kieuwen kunnen eencelligen zoals Trichodina en Ichthyobodo en kieuwwormen zoals Dactylogyrus of Gyrodactylus voorkomen. Deze laatsten zetten zich in de kieuwen vast met haakjes, waardoor het weefsel beschadigt en er infecties ontstaan. Ook in de darmen komen parasieten voor, waaronder verschillende wormen en flagellaten.
Bacteriën kunnen diverse visziekten veroorzaken. Een voorbeeld is Columnaris ziekte. Dit lijdt tot oppervlakkige aantasting van de huid en kieuwen, die zich snel uitbreidt tot een ernstige ziekte. Het is lastig te behandelen.
Vissen-TBC wordt veroorzaakt door de bacterie Mycobacterium marinum. Deze tast de organen van de vis aan en veroorzaakt granulomen, kleine geelachtige bolletjes tussen en in de organen. Bij de mens kan deze bacterie zwemmersgranuloom veroorzaken, een ziekte met huidwondjes waar een lange antibioticumkuur voor nodig is. Vissen-TBC kan ook via levende en bevroren voeding worden overgedragen, koop dit daarom bij een vertrouwd adres.
Gatenziekte, ook wel karper erythrodermatitis genoemd, wordt veroorzaakt door de bacterie Aeromonas salmonicida. Deze komt bij karperachtigen en paling voor en veroorzaakt diepe huidwonden met een rode en witte randzone.
Buikwaterzucht is een aandoening waarbij de vis opzwelt, de schubben uitzetten en de ogen kunnen uitpuilen. Vaak is dit een gevolg van een bacteriële of virusinfectie, die de nieren aantast waardoor vloeistoffen in het lichaam worden vastgehouden. De zieke dieren kunnen meestal niet meer genezen worden.
Infecties door bacteriën zijn vaak secundair: ze zijn dan een gevolg van verminderde weerstand (bijvoorbeeld door stress), een beschadigde huid of een aantasting van de slijmlaag van de huid door een slechte waterkwaliteit. Een voorbeeld van zo’n infectie waarvoor sluierstaarten gevoelig zijn, is vinrot. Bij dergelijke gevallen is het belangrijk om niet alleen de aandoening te verhelpen, maar vooral ook om de primaire oorzaak op te sporen en te corrigeren.
Bij siervissoorten uit Zuid-Oost Azië komt de waterschimmelziekte EUS (Epizootic Ulcerative Syndrome) voor. Hierbij ontstaan er diepe wonden tot in de spieren met draderige vezelstructuur. Het is een exotische ziekte voor Europa en is aangifteplichtig, dat betekent dat het gemeld moet worden bij de NVWA. Dat kan via de dierenarts of via het WBVR (Wageningen Bioveterinary Research, Lelystad). Zodra er een verdenking op is moet men het visziektenlab van het WBVR bellen, waar de vis dan onderzocht kan worden.
Een aandoening die hier op lijkt is de waterschimmelziekte Saprolegnia, te zien als watten-achtige plukken op chronische wondjes van vissen. Deze schimmel is niet schadelijk in eerste instantie maar kan dit wel zijn als het een bijkomende infectie is bij andere ziekten.
Vaak kunnen vissen door een snelle behandeling weer herstellen. Er zijn in Nederland dierenartsen die gespecialiseerd zijn in vissen. In de dieren- of aquariumspeciaalzaak kan men u vaak doorverwijzen en kunt u terecht voor algemeen advies over ziekten en mogelijke behandelwijzen. Ook vindt u hier enkele middelen om ziekten te behandelen. Zorg er wel voor dat u lang genoeg doorgaat met behandelen, zodat alle ziekteverwekkers gedood worden. Is laboratoriumonderzoek nodig dan kunt u contact opnemen met het visziektenlaboratorium van WBVR in Lelystad.
In de Praktische informatie over ‘Ziekten en aandoeningen bij zoetwatervissen’ leest u meer over visziekten.
Benodigde ervaring
Voor het op een verantwoorde wijze houden van dit huisdier is geen specifieke ervaring nodig. Zorg ervoor dat u zich van tevoren goed informeert over het opzetten van een aquarium.
Aanschaf en kosten
Sluierstaartgoudvissen kunt u kopen bij de aquarium- of dierenspeciaalzaak of bij kwekers. Let er bij het kopen van vissen op dat ze uit schone bakken met gezonde dieren komen. Kies de meest actieve vissen. Let erop dat de vissen een mooie schone huid hebben en niet mager zijn. Laat de dieren geleidelijk wennen aan de nieuwe wateromstandigheden, nog beter is het om nieuwe vissen in een quarantainebak te plaatsen.
Een sluierstaartgoudvis is een goedkope vis. U koopt ze vanaf enkele euro’s per stuk, waarbij grotere sluierstaarten wat duurder zijn dan kleine exemplaren. Sommige varianten zijn duurder. De opstartkosten van een aquarium hangen af van de grootte van het aquarium en de gewenste techniek. Houd er rekening mee dat u een vrij grote bak nodig heeft. Terugkerende kosten zijn die voor voer, testsetjes, filtermateriaal en energie voor pomp en verlichting. Daarnaast kunt u voor kosten komen te staan als er ziekten in het aquarium ontstaan.