Sluiten

Nandoe

De nandoe is een loopvogel die in groepen leeft en hard kan rennen. Het zijn nieuwsgierige dieren die meestal vrij rustig zijn, hoewel de hanen in het broedseizoen agressief kunnen zijn. Uiteraard is deze vogel alleen te houden als u over veel ruimte en een goed binnenverblijf beschikt.

Kies het juiste dier voor uw situatie: lees vóór het kopen eerst of de nandoe het huisdier is dat u zoekt.

Algemeen

De nandoe (Rhea americana) is een loopvogel die van oorsprong afkomstig is uit het midden van Zuid-Amerika en daar leeft op de pampa’s (grasvlakten in met name Argentinië, Bolivia en Paraguay) en de cerrado (savanne-achtig gebied in Brazilië). De nandoe heeft lange, sterke looppoten en een lichaam met grote, donsachtige veren. Hij lijkt daarmee op de struisvogel maar is een stuk kleiner en lichter. Een volwassen nandoe is (opgericht) ongeveer 120 tot 150 centimeter groot en weegt ongeveer 25 tot 30 kilogram. De nandoe heeft drie tenen (in plaats van twee bij de struisvogel) en de mannetjes zijn moeilijk van de vrouwtjes te onderscheiden.

De veren van de nandoe zijn hoofdzakelijk grijsbruin van kleur met een zwarte tekening aan de onderzijde van de hals en borst maar de buik is altijd vaalwit. Bij alle nandoes is de staart erg klein. Nandoes kunnen in gevangenschap vijftien tot twintig jaar oud worden.

Verschillende varianten

Er bestaan vijf ondersoorten van de nandoe met kleine uiterlijke verschillen en een verschillend verspreidingsgebied. Door fokken zijn ook geheel witte nandoes ontstaan.

Van nature

In het wild trekken nandoes al grazend over open vlaktes met hier en daar struiken om in te schuilen, waarbij ze in het algemeen grote grazers vergezellen. Ze leven in groepen van meerdere hennen met één haan.

Nandoes kunnen niet vliegen, maar des te beter rennen; ze verdedigen zich tegen vijanden door weg te rennen en in de vlucht veel snelle haakse bochten te maken om de vijand af te schudden. Ze kunnen gedurende korte tijd hoge snelheden, tot wel 60 kilometer per uur, bereiken. De vleugels helpen bij het bewaren van het evenwicht.
Buiten het broedseizoen zijn nandoes rustige dieren. Tijdens het broedseizoen kunnen de hanen agressief reageren en zelfs aanvallen.

Huisvesting

Nandoes zijn sociale dieren en moeten worden gehouden in groepen van tenminste twee hennen met eventueel één haan. Bij huisvesting in een omheind perk met een binnenverblijf ter bescherming tegen slechte weersomstandigheden kunnen ze het gehele jaar door buiten worden gehouden.

Het binnenverblijf moet voor twee tot zes volwassen nandoes tenminste vijftien vierkante meter groot zijn. Voor groepen groter dan zes dieren moet voor ieder extra dier 2,5 vierkante meter worden toegevoegd aan deze oppervlakte van het binnenhok. Voor twee of drie nandoes heeft u daarnaast 450 vierkante meter buitenverblijf nodig, voor meer dieren moet op 150 vierkante meter per dier worden gerekend.

Het binnenverblijf moet minimaal anderhalve meter hoog zijn, maar hoger is gemakkelijker bij het schoonmaken. De toegang tot het binnenhok vanuit het perk moet tenminste anderhalve meter breed en afsluitbaar zijn. Maak de omheining van het perk tenminste anderhalve meter hoog om te voorkomen dat de dieren ontsnappen. De omheining moet goed zichtbaar en sterk zijn maar ook wat meeveren om te voorkomen dat de dieren zich eraan verwonden als ze er op hoge snelheid tegenaan lopen.

Als bodembedekking voor het binnenverblijf zijn gehakseld stro, houtsnippers of zand geschikt. De bodem van het buitenverblijf kan bestaan uit gras en/of zand. Zorg dat er in het buitenverblijf ergens een dikke laag droog zand ligt waarin de dieren een stofbad kunnen nemen.

Verzorgen en hanteren

Dagelijks moet de mest uit het binnen- en buitenverblijf worden verwijderd. De bodembedekking in het binnenverblijf moet tenminste één keer per maand worden vervangen; de bodembedekking mag nooit vochtig zijn.

Let bij de dagelijkse schoonmaak op eventueel aanwezige scherpe voorwerpen in het verblijf (glas, spijkers, ijzerdraad en dergelijke) en verwijder ze onmiddellijk: nandoes zijn namelijk nieuwsgierig en zullen naar dergelijke voorwerpen happen (zeker als ze glimmen) met in het algemeen een dodelijke afloop door perforatie van de darmen.

Ververs dagelijks het water en was de waterbakken en voerbakken af.

Om een nandoe te kunnen vangen, moet het dier eerst in een kleine ruimte worden gedreven. Hierbij kunt u gebruik maken van drijfschotten met handvatten. Vervolgens kan de nandoe bij de basis van de vleugels vastgepakt worden en kunt u het dier naar de gewenste plek leiden. Nandoes worden dus niet opgepakt, maar moeten zelf lopen. Neem altijd een helper mee en pas op voor de krachtige poten met scherpe nagels en de snavel. Draag eventueel een veiligheidsbril en kleding die u kan beschermen. Pas op voor pikken, krabben en poepen. Nandoes zijn in het algemeen beter hanteerbaar bij gedempt licht.

Kuikens kunt u oppakken met één hand aan de nekbasis en één onder het achterwerk. Vouw eventueel met een hand de poten voorzichtig onder het lichaam en leg uw andere arm over het lichaam.

Nandoes worden bij voorkeur vervoerd in stevige houten transportkisten met een bodemoppervlak van ongeveer één vierkante meter. Iedere nandoe moet apart in een kist worden vervoerd, maar om de stress te beperken is het verstandig dat de dieren elkaar tijdens het transport wel kunnen zien door de ventilatiegaten. Meerdere kisten kunnen tegelijkertijd worden vervoerd in een veetransportwagen. Kartonnen dozen zijn niet sterk genoeg, ook niet voor jonge nandoes.

Vermijd transport van de dieren op warme dagen; is transport onvermijdelijk kies dan voor de vroege ochtend of avond.

Voeding

De natuurlijke voeding van nandoes bestaat hoofdzakelijk uit gras en ander plantaardig voedsel (wortels, bladeren, zaden en kruiden) maar ook dierlijk voedsel (insecten, muizen, hagedissen, kikkers en andere kleine dieren). Het zijn dus echte omnivoren.

Het dieet van volwassen dieren in gevangenschap kan het beste bestaan uit een speciaal loopvogelvoer (onderhoudskorrel buiten en legkorrel tijdens het broedseizoen; ongeveer 300 gram per dier per dag) aangevuld met groenvoer (ongeveer 500 gram per dier per dag). Bruikbare aanvullingen zijn bijvoorbeeld luzernebrokken, luzernehooi, grasbrokken, aardappels, appels, andijvie, sojaschroot, maïskorrels, tarwe of haver. Bietenpulp is ook geschikt, maar laat dit eerst een halve dag weken, anders zwelt het op in de maag van de nandoe!

Voer volwassen nandoes twee keer per dag en haal het restant van elke maaltijd na enkele uren weg. Zorg altijd voor voldoende vers drinkwater, een bakje met maagkiezel en een bakje met grit. Grit voorziet in de kalkbehoefte van met name leggende hennen. Maagkiezel hebben alle vogels nodig om het voer te kunnen vermalen in hun spiermaag.

Voer en water kan aangeboden worden in bakken die op een meter hoogte hangen. Het kan ook op de grond worden aangeboden, maar om te voorkomen dat de dieren erdoorheen kunnen lopen is het verstandig de bakken buiten het verblijf te plaatsen en te zorgen dat de dieren er alleen met hun snavel bij kunnen tussen (voldoende ver uit elkaar geplaatste) verticale spijlen door.

Kuikens tot een leeftijd van vier maanden kunnen het beste gevoerd worden met een opfokvoer voor loopvogels aangevuld met kleingesneden groente (bijvoorbeeld andijvie, sla, komkommer), fruit (bijvoorbeeld appel, peer) en geweekte bietenpulp. Gebruik meerdere lage voerbakken en zorg dat de drinkbakken zo ondiep zijn dat de kuikens er niet in kunnen verdrinken. Kuikens tot een leeftijd van drie maanden moeten continu voedsel tot hun beschikking hebben.

Nandoes kunnen slecht tegen plotselinge voerveranderingen; zorg voor geleidelijke overgangen door steeds iets meer van het nieuwe voer te mengen met het oude voer.

Voortplanting

Hanen en hennen zijn moeilijk van elkaar te onderscheiden, maar in het algemeen is de haan groter en zwaarder dan de hen en heeft hij meer zwart onderaan de borst en hals. Verder is het geslachtsonderscheid te maken op basis van het baltsgedrag van de hanen tegen de broedtijd of op basis van DNA-onderzoek op veren.

Hennen zijn geslachtsrijp op een leeftijd van twee jaar, hanen op driejarige leeftijd. Voor de fokkerij kan de haan het beste gekoppeld worden aan twee tot drie hennen. Nandoehanen baltsen door de veren op de kop op te zetten, met de nek over hun rug te zwaaien en met de vleugels te klapperen. Ze maken daarbij een diep, ver dragend geluid dat klinkt als het ‘oehoe’ van een uil. Ook de hennen klapperen met hun vleugels. De hen zoekt de haan op en gaat voor hem liggen. Daarop volgt de paring. De haan maakt het nest dat bestaat uit een kuiltje in het zand of stro. In dit nest leggen meerdere hennen hun eieren of de haan rolt de eieren in het nest.

De eileg begint in het algemeen in april en de hennen leggen iedere twee á drie dagen een lichtgeel gekleurd ei dat ongeveer 600 gram weegt. Normaal gesproken produceren nandoes 15 tot 30 eieren per jaar. Het mannetje broedt de eieren uit en neemt de eerste zes weken de verzorging en opvoeding van de kuikens op zich. Hij jaagt de hennen zelfs weg. De haan kan zo’n vijftien tot achttien eieren tegelijk bebroeden, u zou de overige eieren kunnen weghalen. De eieren zullen na ongeveer zes weken bebroeden uitkomen. Omdat de hennen kunnen pikken naar de kuikens is het verstandig de hennen te scheiden van de haan en zijn kroost.

De kuikens zijn geel-bruin gestreept en wegen ongeveer 400 gram. Vanaf de tweede dag na het uitkomen hebben de jonge nandoes water nodig uit een ondiepe drinkbak, vanaf de vierde dag gaan ze ook eten. De eerste drie dagen na de ‘geboorte’ haalt het kuiken namelijk zijn voedingsstoffen uit de opgenomen dooier. Let op dat de kuikens het water vinden, eventueel kunt u ze een aantal keren met hun snavel voorzichtig in de waterbak duwen. Ook kunt u wat gras in de waterbak laten drijven om de interesse van de kuikens te wekken. Door ook een beetje gras door het voer te mengen, zullen de kuikens sneller beginnen te eten. 
 

Ziekten en aandoeningen

Zieke nandoes zijn vaak te herkennen aan een verandering van het gedrag. Ze zijn suf, komen niet snel naar de voerbak en zonderen zich af. Ook gaat het verenkleed achteruit.

Nandoes zijn gevoelig voor stress: zorg voor een vaste dagelijkse routine, zoals vaste tijden voor het voeren, schoonmaken enzovoorts en altijd door dezelfde persoon. Vermijd stressmomenten als hanteren, transport en bijplaatsen van dieren tot een absoluut minimum.

Verstoppingen van het maagdarmkanaal komen regelmatig voor en kenmerken zich vaak door plotselinge en snelle vermagering. Ook kunnen de dieren soms scherpe voorwerpen inslikken, wat problemen in het maagdarmkanaal veroorzaakt. Dit kan ernstige gevolgen hebben, dus zorg voor een goede dagelijkse controle van hun verblijf.

Inwendige parasieten die problemen kunnen geven zijn vooral wormen (met name spoel-, haar- en lintwormen). Vaak zijn de dieren besmet zonder dat ze verschijnselen vertonen. Door uitscheiding van de parasieten of hun eieren met de mest vormen ze echter wel een belangrijke besmettingsbron voor de andere nandoes, vooral de jonge dieren. Het is daarom verstandig regelmatig de mest van uw dieren door een dierenarts te laten onderzoeken om te bepalen of ze besmet zijn. Op deze manier is het mogelijk de dieren alleen te ontwormen wanneer dat nodig is. De dierenarts kan u bovendien het meest geschikte middel voorschrijven. U kunt er ook voor kiezen alle nandoes routinematig twee keer per jaar te ontwormen: één keer in het vroege voorjaar (een aantal weken vóór aanvang van het broedseizoen) en één keer in het najaar (na afloop van het broedseizoen).

Nandoes die last hebben van uitwendige parasieten als teken, luizen, vlooien en mijten beschadigen vaak door te pikken en te krabben hun verenkleed. Middelen om uitwendige parasieten te bestrijden zijn verkrijgbaar bij dierenartsen en dierspeciaalzaken.

Een bekende vogelziekte is de vogelgriep (‘vogelpest’) of Aviaire Influenza. Deze kan door verschillende virussen veroorzaakt worden en is zeer besmettelijk. Pluimveehouders met minder dan 250 dieren worden als hobbyisten beschouwd en dan kan vaccinatie toegestaan worden. Kijk voor de meest recente regelgeving op de website van de Rijksoverheid. Nandoes kunnen vanaf een leeftijd van zeven weken worden gevaccineerd. Neem contact op met de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit als u uw nandoes voor de eerste keer wilt laten vaccineren.

Raadpleeg bij twijfel over de gezondheid van uw dier altijd een dierenarts.

Benodigde ervaring

Nandoes zijn geharde dieren die niet snel ziek worden en gemakkelijk te houden zijn. Vanwege het feit dat het hanteren van nandoes niet ongevaarlijk is, is enige ervaring hiermee aan te bevelen. Win voor u besluit nandoes te gaan houden informatie in via bijvoorbeeld pluimveeverenigingen en bezoek liefhebbers en fokkers.

Aanschaf en kosten

Nandoes zijn te koop bij fokkers. Let er bij het kopen van een nandoe op dat de dieren actief zijn. Het verenpak moet schoon (ook rond de cloaca) en aaneengesloten zijn, onder de veren mogen geen parasieten aanwezig zijn en de ogen moeten helder zijn. Vraag de verkoper of u wat voer mee kunt krijgen wat de nandoes gewend waren te eten. U kunt de nandoes geleidelijk overwennen door dit ‘oude’ voer te mengen met steeds iets meer van het nieuwe voer.

Informeer bij uw gemeente of u voor de huisvesting die u wilt plaatsen/bouwen, een bouwvergunning nodig heeft. Zorg ervoor dat de huisvesting klaar is en dat verfdampen vervlogen zijn voor u de nandoes ophaalt, deze zijn giftig voor vogels.

Nandoes kosten vanaf ongeveer 100 euro per dier. Voor loopvogelvoer bent u ongeveer 50 euro per dier per jaar kwijt. De kosten voor groenvoer kunnen erg variëren. Voor de overige verzorging (onder andere bodembedekking) moet u rekenen op enkele tientallen euro’s per dier per jaar. Ook de uitgaven voor vaccinaties en parasietenbestrijding zijn terugkerende kosten. Het bouwen van de huisvesting kost zeker enkele honderden euro’s. Daarnaast kunt u voor onverwachte kosten komen te staan, bijvoorbeeld wanneer de dieren ziek worden en een dierenarts nodig hebben. Houd ook daar rekening mee.

Aandachtspunten

  • Nandoes kunnen ter identificatie gechipt worden. 
  • Nandoes kunnen samen worden gehuisvest met grote grazers en/of andere loopvogels zoals de emoe.